Boeken

Lieve Joris & Russel Shorto

In haar boek 'Op de vleugels van de draak' onderzoekt reisschrijfster Lieve Joris de complexe relatie tussen Afrika, China en Europa. En de Amerikaanse schrijver en journalist Russel Shorto schreef een boek over Amsterdam als wereldhoofdstad van het liberalisme. Joris en Shorto zijn beiden te gast in VPRO Boeken.

Er zijn steeds meer Afrikaanse en Chinese handelaren die tussen China en Afrika pendelen om daar economisch gewin te halen. Wat gebeurt er wanneer volkeren die geen koloniale geschiedenis delen, elkaar ontmoeten? Om die vraag te beantwoorden reisde schrijfster Lieve Joris vier jaar lang tussen Afrika en China. Ze kwam terug met het boek Op de vleugels van de draak.

Toen Lieve Joris eind jaren negentig in Congo verbleef, om er een boek te schrijven, ontdekte ze dat er steeds meer Afrikanen naar het Oosten trokken om er zich te bevoorraden. Eerst in Dubai en vervolgens in de Chinese havenstad Guangzhou. Joris is die beweging gaan volgen.

Ze reisde met enkele Afrikanen mee naar China, waar geld wordt verdiend met de handel in mobieltjes en nagemaakte merkkleding. In China ontdekten de Afrikanen een partner waarmee ze zaken kon doen, zonder dat ze er een koloniale geschiedenis mee hadden.

Joris reisde ook enkele Chinezen na die richting Afrika zijn gegaan. Ze hebben er een bestaan opgebouwd met kleine winkeltjes of hebben een baan in een fabriek. Anders dan de westerlingen in Afrika zonderen de Chinezen zich niet af. Ze wonen niet in afgeschermde villa's, maar vestigen zich in de Afrikaanse wijken.

In de westerse media wordt China weggezet als een neokoloniale macht in Afrika. Middels kleine persoonlijke verhalen schetst Joris in Op de vleugels van de draak een ander beeld: door de Chinese inmenging in Afrika is er een bloeiende economie van ritselaars en koopmannen ontstaan.

Amsterdam staat bekend om zijn tolerantie. De oorsprong van deze mentaliteit gaat ver terug. In het boek Amsterdam beschrijft de Amerikaanse journalist en schrijver Russell Shorto de geschiedenis van 'de meest liberale stad ter wereld'. Liberaal, in de zin van vrij, open en verdraagzaam.

Russel Shorto woonde zes jaar in Amsterdam en nam vorige maand afscheid als directeur van het John Adams Institute, de instelling die het Nederlandse publiek kennis wil laten maken met de Amerikaanse cultuur. Er zijn kennelijk vreemde ogen voor nodig om het vrijzinnige denken en handelen van Nederlanders te kunnen waarnemen.

De wortels van die vrijzinnigheid kunnen volgens Shorto allemaal worden herleid tot Amsterdam. Die stad is altijd net een stapje verder gegaan in het tolereren van afwijkend gedrag en het koesteren van diversiteit. En dat beperkt zich niet tot het clichématige beeld van de Wallen en de coffeeshops. Shorto: 'Ik wilde met het boek iets rechtzetten. Het beeld dat buitenstaanders van Amsterdam hebben: seks en drugs en zo. Daar ging het me om. Maar ik zag ook een verband tussen die vrijheid-blijheid waar Amsterdam volgens mij prat op gaat en het klassieke liberalisme uit de 17de eeuw de tijd waarin de individuele vrijheid opbloeit en bij Spinoza zelfs deel gaat uitmaken van zijn filosofisch stelsel. Dat is de diepliggende kracht die de hele moderne geschiedenis beïnvloedt. Er is een verband tussen die twee.'

De basis van die vrijzinnige mentaliteit werd gelegd in de Gouden Eeuw, toen Amsterdam een vrijhaven was voor religieuze dissidenten en radicale denkers. De religieuze verdraagzaamheid was uniek. Zoals het 'gedogen', zoals we dat nu nog kennen, dat ook is. Maar de Amerikaan is ook kritisch: 'De tolerantie van Amsterdam is nooit ideologisch geweest, maar altijd pragmatisch. De stad was gewend ruimte te geven aan nieuwkomers met radicale ideeën. De nazi's hadden die. Dan zou het fijn zijn als je tolerantie een krachtiger ideologisch fundament had.'