The arms drop is een kruising tussen actiefilm en documentaire. ‘Verbluffend waarheidsgetrouw’, volgens een van de hoofdpersonen.

---------------------------------------------------------
2doc: The arms drop
woensdag 21 januari om 23.00 uur op NPO 2 (beperkt online te zien)

---------------------------------------------------------

Stel, je bent van plan in het geniep honderden kalasjnikovs met een miljoen kogels uit een vliegtuig te gooien zodat Indiase opstandelingen een burgeroorlog kunnen beginnen. Dan nodig je natuurlijk geen filmmaker uit om dat vast te leggen. Toch begint de documentaire The arms drop met prachtige beelden van zo'n dropping, die plaatsvond in 1995. Regisseur Andreas Koefoed was destijds een scholier van zestien. Dus hoe zit dat?

Nou, zo: een deel van de documentaire bestaat uit nagespeelde scenes. Eigenlijk stukken speelfilm dus. Maar wel verbluffend waarheidsgetrouw, zegt voormalig wapenhandelaar Peter Bleach, een van de twee hoofdpersonen in de film: ‘Alles klopt met mijn herinnering, daar heeft Andreas dan ook kosten noch moeite voor gespaard.’ Een voorbeeld: ‘We vlogen destijds in een Antonov An-26, een oud transportvliegtuig uit de Sovjettijd. Er waren nog maar twee van die vliegtuigen op de wereld. De ene hebben we gebruikt voor de wapendropping. Met de andere is de film gemaakt.’

Ik spreek Bleach en Koefoed in de lobby van de Amsterdamse bioscoop Tuschinsky, tijdens het IDFA, waar de The arms drop vertoond wordt. De andere hoofdpersoon, Nils Holck, kan er niet bij zijn, om redenen die in de film duidelijk worden. Maar, zegt Koefoed, zijn verhaal komt precies overeen met dat van Bleach. ‘Op wat details na, maar die hebben we buiten de film gelaten.’

Peter Bleach is een aimabele oudere heer. Een typische Engelse gentleman, zou je denken. Maar wel een met een roerig verleden. Hij vocht als huurling voor het racistische regime in Rhodesië, was verbonden aan de geheime dienst, werkte als privédetective en was in de jaren negentig wapenhandelaar, die wereldwijd wapens leverde aan wie ze maar wilde betalen. ‘Het ging mij puur om het geld. Idealen speelden geen rol. Handel is handel, en de klant moet zelf maar weten wat hij met de wapens doet.’

De Deen Nils Holck, toen onder de schuilnaam Kim Davy, was zo’n klant. Koefoed: ‘Hij is een nogal apart persoon, met grote idealen, waarvan ik denk dat ze behoorlijk puur en oprecht zijn. En dan heeft hij zijn methoden. Hij is bereid de wetten te overtreden en wat dan ook te doen om zijn doelen te bereiken.’ In dit geval zocht hij een vliegtuig om wapens te droppen in West-Bengalen, voor een opstand tegen de communistische deelstaatregering, die tegenstanders wreed onderdrukte. Bleach vond een geschikt toestel voor hem in Letland en vloog daarin met Holck, de kalasjnikovs en de Russische bemanning naar India.

Niets illegaals

Dit soort handel was in principe legaal, zegt Bleach. ‘Het klinkt nu gek, maar er waren geen wetten die het verboden om mee te werken aan het omverwerpen van regeringen, zolang dat maar niet de regering was van het land waar je op dat moment was. Dat soort dingen is nu totaal veranderd, als reactie op de aanslagen van 11 september 2001.’

Hij onderhield goede banden met de Britse geheime dienst, MI5. Volgens hem werkte het zo in deze handel: in ruil voor het doorgeven van nuttige informatie die hem ter ore kwam, liet de MI5 zo’n wapenhandelaar met rust. Als een deal echt niet door de beugel kon, hoorde hij het wel.

De geheime dienst wist van de wapendropping, want Bleach had ze alles verteld wat hij wist. En, zegt hij, de Britse en Indiase geheime diensten zijn twee handen op één buik. Dus die Indiërs waren naar alle waarschijnlijkheid ook vooraf op de hoogte van de hele operatie. Ze zouden ingrijpen om de wapensmokkelaars op heterdaad te betrappen, vermoedde hij. Ze zouden hem bedanken voor de medewerking, en dan kon hij mooi weer naar huis.

acht jaar cel

Het liep allemaal anders, zien we in de film. De geheime dienst greep niet in en de dropping ging door. Alleen kwamen de wapens per vergissing op de verkeerde plek terecht. Het was groot nieuws in heel India. Bleach werd gearresteerd en bracht vervolgens acht jaar door in smerige Indiase gevangenissen, wat hij ternauwernood overleefde. Holck kneep er op tijd tussenuit, met hulp van een hoge Indiase politicus, en vluchtte naar Denemarken.

Regisseur Koefoed raakte in 2010 in het verhaal geïnteresseerd, vertelt hij: ‘Dat kwam doordat ik Nils Holck ontmoette, die uitgeleverd dreigde te worden aan India. Ik vond het intrigerend. Deze familieman zag eruit alsof hij in een bibliotheek zou kunnen werken of zoiets. En nu bleek dat hij een bizar verleden had, dat hem funest dreigde te worden. Ik wilde dat hele proces volgen. En toen ontmoette ik ook nog Peter. Dat overtuigde me ervan dat ik echt een goed verhaal kon maken met deze twee mannen in de hoofdrol. Twee mannen in hetzelfde vliegtuig met twee verschillende agenda’s. De schuldige ontsnapt en de ander moet ervoor boeten. En dan komt het tot een rechtszaak over de uitlevering en legt de onschuldige juist een ontlastende verklaring af. Een mooie basis, vond ik.’

Maar wel lastig, want een groot deel van het verhaal had zich al voltrokken, zonder camera’s. ‘Ja, ik had al in een vroeg stadium door dat er scenes nagespeeld moesten worden; ik wist alleen niet of dat haalbaar zou zijn. Maar het is dus gelukt. We gebruiken heel veel verschillend materiaal in de film: interviews, archiefbeeld, en dus nagespeelde scenes.’ Het contrasteert soms scherp, die Hollywoodachtige actiescènes en zonder statief gefilmde interviews, maar het stoort je als kijker niet omdat het verhaal staat als een huis.

Vanuit Hollywood is er trouwens wel belangstelling voor een remake als speelfilm, zegt Koefoed. ‘Maar ik zou die niet willen maken. Je krijgt toch nooit de echtheid die je nu in de interviewscènes ziet.’