In No Country for Old Men - nu te zien in de bioscoop - weet Javier Bardem moeiteloos zijn belachelijke pagekapsel met een angstaanjagende uitstraling te combineren. De acteur is hard op weg Spanje’s belangrijkste exportproduct te worden. Afgelopen donderdag ging de bestsellerverfilming Love in the Time of Cholera in première, met Bardem in de hoofdrol. Vrijdag zond de VPRO Mar Adentro uit, over de volledig verlamde Ramón Sampedro, waarmee Bardem internationaal respect afdwong. Geen gekke prestatie van de man die ooit naast Penelopé Cruz in Jamón, Jamón doorbrak als onderbroekenmodel ‘El Chorizo’.

De feiten
Geboren: 1 maart 1969, Las Palmas de Gran Canaria (Canarische eilanden, Spanje).

Actief als: acteur.

Eerste film: Las Edades de Lulú (1990), over de zinderende seksavonturen van de jonge Lulú in Madrid.

Prijzen oa: Oscarnominaties voor No Country for Old Men (2008) voor beste mannelijke bijrol en Before Night Falls (2001) voor beste mannelijke hoofdrol; BAFTA voor No Country for Old Men (2008); Volpi Cup filmfestival Venetië voor Mar Adentro (2004) en Before Night Falls (2000); Gouden Kinnaree op het Bangkok internationale filmfestival voor Mar Adentro ( 2005); European Film Award beste acteur voor Mar Adentro (2004) en publieksprijs (1997); Goya’s beste acteur (de Spaanse Oscar) voor Mar Adentro (2005), Los Lunes al Sol (2003), Boca a Boca (1996), Días Contados (1995); Independent Spirit Award beste acteur Before Night Falls (2001); Niewkomersprijs van de Spaanse acteursvakbond voor Jamón, Jamón (1993).

Beste film
No Country for Old Men (2007). Als de lijkbleke personificatie van de dood, Anton Chigurh,  stapt Bardem onverstoorbaar en hypnotiserend door het beeld. De VPRO Gids schreef erover: ‘Chigurh is een filmschurk geworden van het formaat Hannibal Lecter. Angstaanjagend en onweerstaanbaar tegelijk. Bardem zelf wuift alle loftuitingen aan zijn adres weg: “In handen van vrijwel elke andere regisseur was hij een wandelend cliché geworden. Maar door de manier waarop de gebroeders Coen hem in het landschap hebben geplaatst, hem hebben omringd met andere personages, de manier waarop die personages over hem praten, de humor in de film, hebben zij een onvergetelijk filmpersonage geschapen. Toen ik de film voor het eerst zag was ook ik onder de indruk van Chigurh. Ik had iets van: Wow , wie is die vent. Dat is niet mijn verdienste. Dat is allemaal dankzij de Coens ”.’
Ook zien: Before Night Falls, Mar Adentro, Jamón, Jamón, en (John Malkovichs regiedebuut) The Dancer Upstairs.

Slechtste film
Goya’s Ghost (2006). Bardems dappere geworstel met de Engelse uitspraak kwam zijn toch al ongelukkige rol van godsdienstwaanzinnige inquisiteur niet ten goede. Regisseur Milos Forman had trouwens sowieso een potje gemaakt van zijn portret van de beroemde Spaanse schilder Goya. Ook de andere personages waren vlakker dan Hollandse polders.

Handelsmerk
Bardem heeft het zeldzame vermogen steeds opnieuw zijn karakteristieke hoofd bijna onherkenbaar te verlenen aan de meest uiteenlopende karakters: van de aalgladde, macho dekhengst Chorizo in Jamón, Jamón, via de getourmenteerde kunstenaar Reinaldo Arenas in Before Night Falls en de intelligente stijfkop Ramón Sampedro in Mar Adentro, tot aan de ontaarde moordenaar Anton Chigurh in No Country for Old Men. Taal lijkt bij hem een ondergeschikt instrument om de innerlijke belevingswereld van zijn sterke personages over te brengen, wat hem internationaler maakt dan zijn stevige Spaanse tongval doet vermoeden. Bardem kan net zo makkelijk oermannelijkheid à la Benicio del Toro uitseinen, als zachtmoedige charme of gekwelde ondoorgrondelijkheid.

Bardem over Bardem
‘Ik heb een hekel aan geweld, maar ik wilde wel graag met de broers werken. Dat wil ik al vanaf hun eerste film, Blood Simple. Maar ik spreek geen Engels, dus ik wist dat dat nooit ging gebeuren. Toch ging ik naar New York om de jongens te ontmoeten. En het eerste wat ik zei was: “Ik kan niet autorijden, spreek slecht Engels, en ik heb een hekel aan geweld. Volgens mij ben ik de verkeerde acteur.” Waarop zij zeiden: “Misschien is dat wel waarom we jou willen”.’
Cinema.nl, 2008 (over No Country)

‘Ik ben een tamelijk lastige klant als acteur, want ik stel de hele tijd vragen . Dan weet ik wat de regisseur verwacht en dan kan ik daar weer rekening mee houden. De Coens houden daar helemaal niet van. Die keken elkaar aan met een blik van: Waar heeft-ie het over, speel nou maar gewoon je rol!’
Cinema .nl, 2008

‘Ik zal nooit met een regisseur samenwerken, alleen maar omdat het een goede regisseur is. Ik wil werken met een regisseur die goed materiaal heeft, want uiteindelijk gaat het daarom. Alle goede films zijn gestut op hoe het verhaal wordt gebracht. En dat kun je niet doen met een slecht script, wat de omstandigheden ook zijn. Zelfs Stanley Kubrick zou er niet mee wegkomen. Het gaat dus om het verhaal, niet zozeer om de rol.’
Movies. about.com, 2005

‘Ik deed helemaal niks. Niks. Zes dagen per week deed ik m’n ding en op zondag lag ik op de bank, man. Te relaxen. Dat deed ik met opzet. Gewoon om niet naar mijn lichaam te luisteren, anders zou er verwarring ontstaan. Er was veel concentratie voor die rol nodig want je moet precies weten waar je heen gaat, wat je in de voorgaande scène deed en wat je daarna gaat doen om daarop aan te sluiten.’
Movies.about.com, 2005 ( over zijn rol als de aan het bed gekluisterde Ramón Sampedro in Mar Adentro)

‘Toen ik de film voor het eerst zag, wilde ik mezelf van kant maken. Ik had er zes maanden van mijn leven aan besteed dus ik verwachtte veel meer. Ik keek naar mezelf en zag een Spaantalig persoon die probeert begrepen te worden door een Engelstalig publiek en daar heel veel energie in stopt, in plaats van zich vrij te uiten en zich op zijn gemak voelen.’
New York Times, 2001 (over Before Night Falls)

‘Soms denk ik wel eens: wat doe je in deze absurde baan? Waarom ga je niet naar Afrika om mensen te helpen? Maar ik kan helemaal geen mensen helpen, want ik ben een hypochonder. En ik weet niet eens hoe ik een auto moet besturen. Het enige wat ik kan, is acteren, en zelfs dat voelt niet altijd gemakkelijk aan. Het kost me veel energie want ik ben een verlegen persoon, al zie ik er niet zo uit. Ik wil acteren, omdat ik niets beters weet. Maar noem me liever geen acteur. Ik ben gewoon een werknemer, een entertainer. Zeg niet dat het kunst is wat ik doe.’
New York Times, 2001

‘Niet echt, maar eigenlijk zou ik het ook niet willen. Als je Ramón Sampedro speelt, wil je dat personage helemaal niet afschudden. Je wilt juist liever met hem samenleven zo lang het kan, want die vent zegt dingen waar je van groeit. Niet als acteur, maar als persoon. Hij dwingt je in een positie waarin je dingen onder ogen moet zien, terwijl je dat eigenlijk niet wilt. Over het leven, de dood, en ware liefde. Kunnen we daadwerkelijk liefhebben zonder te bezitten? Dat wordt de grote vraag.’ BBC, 2003

‘The Colleteral deed ik uit nieuwsgierigheid. Michael Mann vroeg me, als cameo , en bood me zo een inkijkje in het zogenaamde Hollywood, een high-budget-film. Het was prima, maar eigenlijk precies hetzelfde als spelen in een reguliere Spaanse film. Ze zeggen ‘action’, en ‘cut’, en je moet op tijd klaar staan. Er lopen alleen meer mensen met een headset rond, snap je? Niet dat dat werkt. Ik wilde graag een glaasje water en moest uiteindelijk zelf opstaan om het te halen .’
BBC, 2003