50/50, dat is de kans op overleving die de 27-jarige Adam (Joseph Gordon-Levitt) wordt voorgehouden nadat er een kwaadaardige tumor in zijn rug is ontdekt. Maar de titel zou ook kunnen slaan op de formule van de film: vijftig procent platte buddy-komedie, vijftig procent serieus kankerdrama. Klinkt als een slecht idee, maar het werkt.

In 2004 werkte scenarist Will Reiser met collega’s Seth Rogen en Evan Goldberg aan de tv-serie Da Ali G Show, toen hij werd gediagnosticeerd met kanker. Dramatisch natuurlijk, maar zoals je kunt verwachten in zo’n melig gezelschap wekte het gegeven ook de nodige zwarte humor op. Reisers vrienden moedigden hem meteen aan zijn ervaringen te verwerken tot een filmscript.

Het duurde begrijpelijkerwijs even voordat Reiser daar de moed voor vond. Nu is er 50/50, met Goldberg en Rogen als producenten, en die laatste tevens in een van de hoofdrollen. Rogen speelt Kyle, de onbeschofte maar loyale beste vriend van hoofdpersoon Adam – en daarmee dus een variant op zichzelf.

Hoewel Reiser het autobiografische gehalte van 50/50 in interviews nuanceert, is de unieke toon van de film duidelijk die van de ervaringsdeskundige. De injectie van lompe humor in het dramatische verhaal doet niet geforceerd aan – van de schrijvers van Da Ali G Show en Superbad is het eerder verrassend hoe gevoelig en levensecht het scenario bij tijden is.

Adams overbezorgde moeder ( Anjelica Huston), zijn vriendin die niet met het nieuws kan omgaan ( Bryce Dallas Howard), zijn veel te jonge, goedbedoelende therapeute ( Anna Kendrick), de bejaarde medepatiënten die graag een jointje met hem opsteken (o.a. Philip Baker Hall) – binnen de setting van een luchtige twintigerskomedie zijn ze allemaal verfrissend driedimensionaal. De enige botte bijl in het gezelschap is vriend Kyle, maar die ontpopt zich ten slotte tot een van de helden van het verhaal.

Dat de zwartste diepten van Adams situatie in 50/50 onderbelicht blijven, zij de filmmakers vergeven: zo’n verhaal wilden zij niet vertellen. Het is al heel wat dat een dodelijke ziekte in een Hollywoodfilm niet dramatisch wordt uitgemolken of al te zeer gebagatelliseerd.