Op papier is het een idee met voldoende potentie, een Nederlandse thriller die zich afspeelt in Buenos Aires, over een stel dat per ongeluk getuige is van een moord door een corrupte politieagent. In Amerikaanse politieseries mag een dergelijk gegeven inmiddels op honderden manieren herkauwd zijn, in Nederland kenden we het nog niet. Om het geheel een frisse twist te geven weeft regisseur Diederik van Rooijen er bovendien een relatiedrama doorheen.

Johan ( Barry Atsma) en Saar ( Susan Visser) zitten in een huwelijkscrisis. Als laatste redmiddel stuurt dochter Roos ze met een camera op vakantie naar Argentinië in de hoop de romantische vlam te laten oplaaien. Maar de twee krijgen juist grotere ruzie en druipen met echtscheiding in gedachten af richting vliegveld. Dan begint de echte misère pas. Het stel filmt per ongeluk een moord door een agent en al snel zit de vlerk ze op de hielen door de stad.

De huwelijkscrisis wordt wel erg dik aangezet, met geforceerd aandoende flarden horrorvakantie gevangen in homevideo’s. Het gekibbel van Atsma en Visser voelt onnatuurlijk aan; van chemie tussen de twee is geen sprake en door de krampachtige dia- en monologen voelt het acteerwerk stroef.

Dan de achtervolging – terwijl Buenos Aires in de eerste paar scènes van de film nog een fraai decor vormde, is er later niets meer van de stad te herkennen. Een donkere straat, een fabriek, een ziekenhuis, de camera hobbelt met misselijkmakende uit de hand geschoten beelden achter de twee schreeuwende toeristen aan. Degelijke actie, degelijke montage, fraaie muziek, maar niets van wat er gebeurt hebben we niet al eerder gezien.

De momenten die goed zijn, zoals bijvoorbeeld een fraai getimede en gefilmde ontsnapping met een bus, waarbij de camera vernuftig de personages volgt, onderstrepen de mislukte momenten en clichés. Richting het einde, als de twee werkelijk niets meer bespaard blijft en een kogelwond nog het minst van de zorgen blijkt, ontspoort de logica volledig. De emotionele climax is daardoor eerder lachwekkend dan bevrijdend. Het gekunstelde dertien-in-een-dozijn-einde is de tenenkrommende druppel.

Hier en daar mag dan lichtjes een degelijke thriller door de onzin heen schemeren, een zucht van opluchting kan je als kijker niet onderdrukken als na amper tachtig minuten de credits verschijnen.