Na de gebroeders Coen, Dardenne, Wachowski, Pang en Taviani kan de filmwereld nu eindelijk een vrouwelijk koppel bijschrijven op de regisseurslijst: de gezusters Coulin. Hun speelfilmdebuut 17 Filles sluit aan bij een nog jonge traditie: door vrouwen gemaakte coming of age-films over tienermeisjes. Deze dicht op de huid gedraaide, broeierige films torpederen het romantische ideaalbeeld van pubermeiden dat eerder door mannelijke collega’s werd hooggehouden.

‘Pompen of verzuipen,’ dat is wat puberen volgens vrouwen is. Zie Sofia Coppola’s The Virgin Suicides (1999), Dorothée van den Berghe’s Meisje (2002), Céline Sciamma’s Naissance des pieuvres (2007), of Andrea Arnold’s Fish Tank (2009). Eenzaamheid, beklemming, manipulatie, humor en explosiviteit gelden daarbij als vaste ingrediënten, voortgejaagd door de onstuitbare wens te ontsnappen aan het leven dat wordt geleid.

In 17 Filles is dat niet anders. ‘Ik heb dan iemand die mijn hele leven onvoorwaardelijk van me houdt,’ verzucht een van de zeventienjarige meiden in deze film bij het vooruitzicht dat ze een baby krijgt. Ze maakt deel uit van een groepje van vijf hippe vriendinnen die besluiten collectief zwanger te raken als Camille (Louise Grinberg), de populairste van het stel, per ongeluk in verwachting blijkt. Een trend is geboren, want er volgen er meer. Onwaarschijnlijk? Helemaal niet, want de film is gebaseerd op ware gebeurtenissen op Gloucester High, Massachusetts (iets ten noorden van Boston) in juni 2008, waar zeventien middelbare schoolmeisjes zo’n beetje tegelijk zwanger raakten.

Delphine en Muriel Coulin haalden het verhaal naar deze kant van de oceaan, naar het Franse verlepte kuststadje Lorient, waar ze zelf opgroeiden. Ze filmden de utopische luchtbel vanuit het perspectief van de vriendinnen, in blauw-roze; in de warme nazomerzon van een bijna voorbije jeugd en het herfstgrauw van een stadje zonder perspectief. Met op de achtergrond de weidse, onverbiddelijke zee.

Zwangerschap geldt in 17 Filles als daad van verzet, als uiting van een behoefte aan respect en zelfbeschikking. Paradoxaal genoeg leggen de naïeve bakvissen zichzelf met hun vrije keuze meer dan ooit aan de ketting, maar daarover vellen de Coulins wijselijk geen oordeel . Het levert een levenslustige film op met een tragische onderstroom. Op haar best is 17 Filles waar die contrasten samenkomen, zoals in de scène waarin een kluitje tienermeiden zich verdringt bij de kassa van een drogisterij. Een menopauzegepasseerde cassière legt hen desgevraagd uit dat een zwangerschapstest niet herbruikbaar is. Waarop een van de meisjes zegt: ‘Doe er dan maar zes.’