Het beoordelen van een jeugdfilm is altijd een precaire aangelegenheid. Immers, een volwassene laat zich niet meer onbevangen meeslepen en prikt al te naïef vertelde verhalen meteen door. Dat is helaas het geval bij Isdraken oftewel Ice Dragon van de Zweedse regisseur Martin Högdahl, naar het gelijknamige jeugdboek van Mikael Engström.

De moeder van de elfjarige Stockholmse jongen Mik (Philipp Olsson) is al enige jaren overleden. Zijn vader is een alcoholistische metaldrummer die niet voor zijn zoon kan zorgen, Miks oudere broer staat al met één been in de criminaliteit.

Ice Dragon begint, na een schets van de gezinssituatie, wanneer Mik door twee weinig empathische kinderbeschermingsambtenaren op de bus wordt gezet naar zijn tante Lena (Malin Morgan) op het platteland. Daar sluit hij snel vriendschap met Pi, een kordaat meisje van Thaise afkomst, en haar twee maatjes. Wanneer hij zich thuis begint te voelen, wordt hij zonder pardon in een boosaardig pleeggezin geplaatst. Mik wil slechts één ding: terug naar tante Lena en Pi.

Ice Dragon is zo' n sympathiek underdogverhaal dat je ook als volwassene heel graag goed wilt vinden. Maar wanneer het scenario zo'n sloddervossenbende is als hier, wordt dat knap lastig. De film stuitert in krap tachtig minuten van akte naar akte zonder zich om de potentieel interessante figuren te bekommeren. Ontkiemt er iets van dramaturgische cohesie, snelt het verhaal alweer naar het volgende halfgare hoofdstukje.

Doodzonde dat bijvoorbeeld het ongewone personage van boekenverslaafde tante Lena in een flutkrabbel blijft steken. Ook pa's drankzucht ontbeert iedere achtergrond. De gekarikaturiseerde jeugdzorgambtenaren en vooral de potsierlijke pleeggezinepisode zijn ronduit storend: aan karakteruitdieping, logica, nuance en ritme is geen enkele aandacht besteed. De Scandinavische kinder- en jeugdcinema heeft van oudsher een naam op te houden (we noemen maar eens Pelle Erobreren/ Pelle de Veroveraar of het geweldige Bare skyer beveger stjernene/Sterren bewegen). Dit dilettantenscenario is die historie onwaardig.

Toch laat deze Zweedse ijsdraak – de ietwat vergezochte metafoor voor de solitair dolende walvis waarmee Mik zich verwant voelt – vanwege zijn optimisme een positief gevoel na. Grotemensenpluspunten: de fraaie 'Scope-fotografie van Trond Høines en de muziek. Geen aalgladde Hollywoodstrijkertjes en schijnheilige knuffelbeerliedjes hier, maar melodieuze metalriffs en sfeerstukken van typisch Noord-Europese melancholie. Die werden hoofdzakelijk gecomponeerd door Jesper Strömblad, de getalenteerde gitarist die het succesvolle deathmetalgezelschap In Flames verliet om zijn alcoholisme te beteugelen (headbangertje Mik draagt overigens een shirt van de band).

Het echte leven en de film gaan nog verder door elkaar lopen wanneer je weet dat Strömblad ook drummer is bij de metalband HammerFall. Voor de Ice Dragon- doelgroep heeft dit uiteraard nul betekenis, maar het geeft het eerste kwartiertje van de film een vreemdsoortig reliëf.