De mollige, brildragende Eva (Vivian Dierickx) krijgt voor twee weken een in het wit gestoken blonde god mee naar huis in het kader van een schooluitwisseling met Duitsland.

Veit (Rafael Gareisen) heet de vleesgeworden perfectie, die het burgerlijk geluk van de familie Van End op de proef stelt. Hij mediteert, houdt van vogels en verbetert de wereld, te beginnen bij hemzelf. Die zelfkennis, dat geluk: dat willen de in routines gesmoorde moeder Etty ( Jacqueline Blom), vader Evert ( Ton Kas) en hun oudste zoon Erwin (Tomer Pawlicki) ook wel. Eva is op slag verliefd. Alleen broer Manuel (Abe Dijkman) heeft van meet af aan een stronthekel aan de aansteller.

De ontmaagding van Eva van End is het speelfilmdebuut van Michiel ten Horn en scenariste Anne Barnhoorn, die eerder samen de One Night Stand Alex in Amsterdam maakten. Daarin zwierf een Limburgse vlaaienbakkerszoon door een sprookjesachtig Amsterdam. Ten Horn, die afstudeerde als animator aan de HKU, vergroot de werkelijkheid graag uit in droomsequenties of onwerkelijke werelden. Het
tragikomisch absurdisme van zijn eerdere werk zet ook de toon in Eva van End. Archetypische personages, gevangen in tableaus die aan stripverhalen refereren, belanden daarin in absurde situaties die met deadpan humor worden gebracht. Moeder koopt een rozenkwartsfontein en laat haar chakra's loswerken, vader collecteert voor een Afrikaans jongetje onder zijn collega's van de frikadellenfabriek, en bakvis Eva verandert in een vamp. Naarmate de opgekropte verlangens onvervuld blijven, wordt de situatie grimmiger, tot een keerpunt is bereikt.

Eva van End speelt onder andere leentjebuur bij Donnie Darko (2001) – waarin Patrick Swayze als geestelijk leidsman de akelig ideale schoonzoon uithing –, maar vooral bij Sundance-winnaar Welcome to the Dollhouse (1995) van Todd Solondz . Dat leverde de film een plekje op in de selectie van het festival van Toronto en Rotterdam. Eva lijkt als twee druppels water op Solondz ' Dawn Wiener, die verliefd werd op de onbereikbare ouderejaars in het bandje van haar broer.

Maar waar Dawn met een naïef rechtvaardigheidsgevoel terugvocht tegen de demonen die haar tienerleventje tot een hel maakten, staat Eva – die maar één gezichtsuitdrukking kent – veelal verstijfd aan de kant. De situaties en dialogen zijn te weinig origineel, het camerawerk te statisch, de timing net te traag, waardoor de boel te vaak doodslaat. Het maakt de film tot een construct; een stijloefening die niet helemaal is gelukt. Voor de makers ongetwijfeld een goede leerschool, maar niet een film die de bioscoop in had gehoeven.