Voor doorgewinterde griezelfanaten geldt de lijst als een horrorbijbel, maar de zogenaamde 'video nasties' werden ooit geselecteerd door moraalridders die het argeloze filmpubliek wilde beschermen tegen smerigheid. Het Bredase BUT Film Festival, dat plaatsvindt van 2 t/m 6 september, besteedt er dit jaar aandacht aan.

We schrijven begin jaren tachtig: in Amerika is Ronald Reagan aan de macht en in Groot-Brittannië zwaait Margaret Thatcher de scepter. Moralisme viert hoogtij, terwijl tegelijkertijd horrorfilms een opmars kennen vanwege de lage financiële kosten en de grote afzetmarkt. De twee wereld botsen uiteraard. Het meest tekenende voorbeeld van het conflict is de publicatie van de lijst met zogenaamde 'video nasties'. 
 
Het begint allemaal met de conservatief-christelijke organisatie National Viewers' and Listeners' Association, die een mediahetze op touw zet tegen een groep bloederige horrorfilms, die immoreel gedrag in de hand zouden helpen. Drijvende kracht achter de organisatie is Mary Whitehouse, een moraalridder die strijdt tegen ' een losbandige maatschappij' en sociaal-liberale waarden en normen. Eén van haar paradepaardjes is de videomarkt, die destijds grossierde in pulphorror.
 
Terwijl films in de bioscopen beoordeeld werden door het censuurorgaan British Board of Film Classification, waren er op de videomarkt geen strikte regels. Onder mediadruk van Mary Whitehouse en de NVALA begonnen lokale politieke partijen zich in het debat te mengen, die politie-invallen lieten doen bij videotheken om te controleren of die obscene films in huis hadden. Niet altijd had de politie het bij het rechte eind: Dolly Parton-musical The Best Little Whorehouse in Texas werd ooit ook geconfisqueerd.
 
Omdat de politie tijdens hun acties niet altijd volgens de wet handelden, vroegen videotheken, gesteund door de Video Retailers Association, aan de politiek om een lijst met gewraakte titels: films die boetes zouden kunnen opleveren vanwege hun inhoud en die je dus beter niet in de schappen kon hebben. Al snel ontstond er een lijst waar de officieuze naam 'video nasties' op werd geplakt. Ook Whitehouse en de NVALA bezigden deze naam. Van de lijst van 72 titels waren er uiteindelijk 39 waarvan de producenten strafrechtelijk werden vervolgd op grond van vermeende obsceniteit. De overige titels werden alleen in de ban gedaan: bezit van deze films op video was verboden, en verkoop al helemaal.



Saillant detail is dat de hetze waarschijnlijk begon door een marketingcampagne van distributeur Go Video: die probeerde een hype te creëren rondom het controversiële Cannibal Holocaust (waarin echte dierenmoorden te zien zijn) door Mary Whitehouse een anonieme brief te sturen waarin zij werd gewaarschuwd voor deze obscene film. Ze hoopten op gratis publiciteit. Whitehouse, die bij de media een flinke vinger in de pap had, deed haar werk echter iets te goed. 
 
Achteraf gezien was het keurmerk 'video nasty' de perfecte reclamecampagne: in de loop der jaren werden de regels minder strikt en werd een groot deel van de titels ongecensureerd verkrijgbaar in Groot-Brittanië en daarbuiten. Veel films die anders vergeten zouden zijn (Anthropophagous, The Toolbox Murders, Island of Death) hebben een langere adem vanwege hun status als video nasty. Dat is mede te danken aan het grote aantal klassieke horrortitels dat ook op deze lijst te vinden is, zoals Dario Argento's Inferno, Sam Raimi's Evil Dead en wijlen Wes Craven's The Last House on the Left – dankzij zulke films kregen de mindere titels vanzelf een zekere glans. Dat niet elke film bestaat uit ranzige bloedfestijnen bewijzen ook sfeervolle en kunstzinnige titels als Possession en Dead & Buried.
 
Tegenwoordig geldt 'video nasty' als een geuzennaam. De kwaliteit is vaak niet om over naar huis te schrijven, maar over het algemeen weet je wat je ervan kunt verwachten: sensationeel low-budget hak- en slachtwerk met hier en daar wat niet-functioneel naakt. En daar is altijd wel een markt voor te vinden – op het BUT Film Festival bijvoorbeeld.
 
In het themaprogramma The Forbidden vertoont het BUT Film Festival onder meer op 5 september de documentaire Video Nasties: Moral Panic, Censorship & Videotape. Meer informatie op de festivalsite.