Homeland drukte dit weekend, tot aardig wat verbazing maar ieders opluchting, de resetknop in. In het vierde seizoen kijken we weliswaar naar ongeveer dezelfde personages, maar in nieuwe locaties, worstelend met nieuwe omstandigheden, bang voor nieuwe gevaren. ‘Leaner and meaner,’ kopte de Vanity Fair. Het kon niet anders.

We hebben het hier niet over de verhaaltechnische problemen van de eerste drie seizoenen Homeland, dat een ijzersterke start beleefde maar uiteindelijk totaal ontspoorde. Nee, een vierde seizoen is in alle gevallen lastig – en biedt daarmee juist de mogelijkheid voor iets moois.

Kijk, de gemiddelde goed bekeken en goed gewaardeerde serie schopt het tot vijf, zes of zeven seizoenen (alles daarna is zelden de moeite waard) en allemaal volgen ze daarin een vrij simpele en geijkte structuur. Het eerste seizoen staat in het teken van de fundering leggen. Met de kijkers en de bazen in hun zak, kunnen de schrijvers vervolgens in seizoen twee aan hun droomhuis bouwen. Als er iets in de fundering niet klopt, gaat het hier fout (zie Homeland, Dexter), maar als het goed zit, dan leidt dat vaak tot een fantastisch derde seizoen, waarin alles dat er al in de onderste laag in is gestopt, uitkomt.

Maar wat doe je daarna? Dan kun je, dramatisch gezien, niets anders dan het huis weer slopen . Na drie seizoenen werkelijk alles uit het bedrijfsleven bij Sterling Cooper gehaald te hebben, zat er voor Mad Men niets anders op dan Don Draper op zijn eigen pad te sturen. Een nieuw bedrijf, een nieuwe vrouw en vers bloed onder de collega’s, ieder weer met hun eigen nieuwe avonturen.

De trailer van het vierde seizoen

In zo’n situatie wordt ook meer gevraagd van de schrijvers, om behalve hun personages ook hun eigen kunnen eens goed uit te dagen. Het vierde seizoen van Breaking Bad, nadat alles was afgebroken dat Walter White voor elkaar gekregen had, is een claustrofobisch stukje televisie. Bij The Shield, dat daarvoor succes boekte met veel adrenaline en actie, is het vierde seizoen misschien wel het rustigste en meest bedachtzame. En Dexter sloeg keihard terug met de bloedstollende Trinity Killer.

Natuurlijk schuilen hierin de simpele regels van de dramatiek, van de vijf akten: uiteenzetting, opbouw, crisis, wederopbouw, climax. Maar bij een televisieserie kun je zelden zo ver vooruit kijken. Daarom zien we het eerder als een muzikant die zich na een paar albums af moet vragen of hij door moet gaan op eerder succes, of eens een sprong in het diepe moet wagen. Juist dat laatste levert vaak het mooiste resultaat op.

Bij The Wire braken ze alles af: in seizoen vier zijn de bad guys van de laatste jaren uit beeld, is het rechercheteam opgebroken en volgen we ineens vier jongens op weg naar volwassenheid in een door drugs en geweld geteisterde stad. Met als gevolg het beste stukje televisie ooit gemaakt (naar onze bescheiden mening).

Hoe dat zal lopen bij Homeland, geen idee, maar we volgen de wederopbouw met interesse.