Geymond Vital (1897-1987): cast.
Er zijn 8 films gevonden.

Docteur Laënnec

1948 | Biografie

Frankrijk 1948. Biografie van Maurice Cloche. Met o.a. Pierre Blanchar, Jany Holt, Mireille Perrey, Saturnin Fabre en Jeannine Viennot.

De strijd van een Parijse arts tegen de onmogelijkheid om longziekten te diagnostiseren resulteert in zijn uitvinding van de stethoscoop. De medische stand reageert op zijn methodes met argwanend onbegrip, tot hij zelf geveld wordt door de ziekte die hij probeerde te bestrijden. Op het saaie af, sobere filmbiografie, die niet overtuigender wordt door het opgelegd nobele acteren van Pierre Blanchar.

Un Flic

1947 | Oorlogsfilm, Misdaad, Film noir

Frankrijk 1947. Oorlogsfilm van Maurice de Canonge. Met o.a. Suzy Carrier, Michèle Martin, Gaby Bruyère, Yvonne Yma en Palmyre Levasseur.

Een lid van een politiefamilie gaat op het slechte pad vanwege de liefde van een vrouw en pleegt een mislukte overval waarbij hij het leven laat. Het scenario van Jacques Companeez is sterk maar conventioneel en de film - misschien de beste van Maurice de Canonge - mag gezien worden vanwege de zowel nauwkeurige als gruwelijke schildering van de Bevrijding van Parijs gezien van het Hoofdbureau van politie evenals opmerkelijke spelprestaties, met name van Coëdel in de rol van inspecteur Renaud. Daarbij moet men ook niet de decors van Robert Dumesnil vergeten die haast niet realistischer konden.

Les cinq sous de Lavarède

1939 | Komedie

Frankrijk 1939. Komedie van Maurice Cammage. Met o.a. Fernandel, Josette Day, Jean Dax, Marcel Vallée en Andrex.

Armand Lavar[KA2]ede (Fernandel) schept graag op met fictieve avonturen om indruk te maken op de vrouwen. Zijn oom, die ook op de hoogte is van de 'ervaringen' van zijn neef, sterft. Hij laat hem een fortuin na, maar er is een voorwaarde: om de erfenis te kunnen opstrijken moet hij binnen de honderd dagen een reis rond de wereld hebben gemaakt, met op zak niet meer dan vijf stuivers. Twee vrienden van de overledenen moeten hem controleren. Slaagt hij niet erin dan krijgen zij de erfenis. Materie genoeg om met Fernandel een geslaagde komedie te maken, die op zijn beurt een echte one-man show ervan heeft gemaakt. De film heeft veel vaart en de climax - de tocht naar Parijs - is knap gefilmd. Een van de betere resultaten van de samenwerking Fernandel-Cammage. Jean- Louis Bouquet, René Wheeler, Jean Rioux en Claude Legentil baseerden hun scenario op een werk van Paul d'Ivoi en Henri Chabrillat. Fotografie van Géoges Clerc, Jean-P. Goreaud en Edouard Meyer. Al eerder verfilmd in 1928 met dezelfde titel door Maurice Champreux.

L' Etrange M. Victor

1937 | Drama

Frankrijk 1937. Drama van Jean Grémillon. Met o.a. Raimu, Madeleine Renaud, Pierre Blanchar, Viviane Romance en Marcelle Géniat.

Een schijnbaar achtenswaardige burger heeft een moord gepleegd waarvoor zijn buurman wordt gearresteerd. Deze ontsnapt en zoekt zijn toevlucht bij Monsieur Victor. Dit complexe drama geeft interessante rollen aan de beroemde acteurs. Toulon werd voor de film nagebouwd in Duitse studio's. Het scenario is van Albert Valentin, Charles Spaak en Marcel Achard. Het camerawerk is van Werner Krien.

Rapt

1933 | Drama

Frankrijk​/​​Zwitserland 1933. Drama van Dimitri Kirsanoff. Met o.a. Geymond Vital, Nadia Sibirskaïa, Lucas Gridoux, Auguste Bovério en Dyk Rudens.

Trouwe bewerking van de sombere roman [KL]La s[KA1]eparation des races[KLE] van Ramuz. Die wordt er niet slechter op dankzij het talent van de van oorsprong Russische regisseur Kirsanoff (het begin van zijn carri[KA2]ere was heel wat sprankelender dan het einde), de muziek van Honegger, het scenario van Benjamin Fondane en Stefan Markus en een tegelijk zeer geloofwaardige en nuchtere vertolking. Volgens Herv[KA1]e Dumont vertegenwoordigt Rapt vijf bijzondere eigenschappen die hem onderscheiden van de rest: eerste bewerking van Ramuz voor het witte doek; internationaal team met een sterk Slavisch aandeel; subtiel gebruik van de tweetaligheid in de begintijd van de geluidsfilm (ieder spreekt zijn eigen taal); muzikale compositie; en suggestieve stijl verwant aan de esthetica van de stomme film. Voeg daar nog aan toe de invloed van de montage, het zoeken naar zowel akoestisch als visueel tegenwicht, de betoverende werking die de beelden hebben en zie daar: de eerste grote Franstalige Zwitserse film in de filmgeschiedenis.

Big House

1930 | Drama

Verenigde Staten​/​​Frankrijk 1930. Drama van Paul Fejos en George Hill. Met o.a. Mona Goya, Charles Boyer, André Berley, André Burgère en Rolla Norman.

Franse versie van de Amerikaanse film van George Hill, getiteld THE BIG HOUSE met o.a. Leila Hyams, Chester Morris, Wallace Beery en Lewis Stone. Drie gevangenen zitten in een strafinrichting in een benauwde cel. Ze willen uitbreken en beramen daartoe een opstand. Een van hen weet te ontsnappen, maar wordt weer in de kraag gevat. Als hij zich tijdens de opstand netjes gedraagt, wordt hij beloond met zijn invrijheidstelling. Melodramatische in de V.S. gedraaide gevangenisfilm die hooguit interessant is vanwege de spelers en het feit dat men per taalgebied speciale versies vervaardigde. Het scenario is van Frances Marion en het camerawerk is van Harold Wenstrom. De Duitse versie - ook door Fejos gemaakt - heet MENSCHEN HINTER GITTERN en werd in 1931 gedraaid met in de hoofdrollen Heinrich George, Gustav Diessl, Egon von Jordan en Anton Pointner. Ward Wing maakte de Spaanstalige versie in EL PRESIDIO in 1930 met Juan De Landa en José Crespo. Frejos raakte verbitterd en teleurgesteld over de grote studio's en verruilde na deze film Amerika voor Frankrijk om er na vele omzwervingen weer in 1941 terug te keren en directeur te worden van een Anthropologisch instituut.

Un chapeau de paille d'Italie

1928 | Zwijgende film, Komedie

Frankrijk​/​​Duitsland 1928. Zwijgende film van René Clair. Met o.a. Albert Préjean, Marise Maia, Olga Tschechowa, Geymond Vital en Paul Olivier.

Het koetspaard van Fadinard (Préjean) die met Hélène (Maia) op weg is naar een bruiloft vreet onderweg de strooien hoed op van een vrijend paartje (Tschechowa en Vital) en dat leidt tot de nodige complicaties. De verfilming van de muzikale boulevard-klucht met dezelfde titel over ontrouw, huwelijksbedrog, verwisselde personen en misverstanden maakte ex-journalist, toneelspeler René Clair (die in werkelijkheid René Chommette heette) indertijd wereldberoemd als regisseur. Een (ten onrechte dikwijls vergeten) klassieker van de zwijgende film.

Maldone

1928 | Drama

Frankrijk 1928. Drama van Jean Grémillon. Met o.a. Charles Dullin, Marcelle Charles-Dullin, Génica Athanasiou, André Bacqué en Roger Karl.

Olivier Maldone (Dullin) is de telg uit een rijk geslacht. Hij heeft zijn familie in de steek gelaten en verdient als eenvoudige arbeider de kost. Hij is gelukkig met zijn zelf gekozen vrijheid. Tijdens een zomers straatfeest ziet hij de oogverblindende Zita (Athanasiou), een jonge zigeunerin op wie hij verliefd wordt. Hij weet haar van haar begeleider los te maken en drinkt met haar een glas. Dan komt het bericht van de oude butler L[KA1]eonard (Séroff) dat zijn broer gestorven is en dat zijn overkomst dringend gewenst is om het familiebezit te besturen. Maldone trouwt braaf met een vrouw uit zijn eigen kringen, ze krijgen een kind, maar hij kan Zita niet vergeten. Door een toeval ontmoet hij haar op een avond en hij laat alles in de steek. Hoofdrol Dullin die dit magisch realistische en romantische drama produceerde, was beïnvloed door de sociaal getinte drama's uit de nog jonge Sovjetunie, die bol stonden van de propaganda. Deze teneur heeft zich geuit in de tegenstellingen die de voorwaar prachtige decors moesten uitbeelden om te laten zien hoe de rijken op het land leefden - er werd gefilmd in kastelen; de held liet zich niet door de pracht en praal verblinden en koos voor een eerlijk, paradijselijk arbeidersbestaan. Het publiek deelde die mening niet en deze film werd Dullin's laatste productie; bovendien deed de geluidsfilm een jaar later zijn intrede en raakten dergelijke werken heel snel in het vergeetboek. De Cinémathèque française restaureerde al eens een kopie, maar in 2001 liet ZZ Productions met steun van de Fransduitse cultuurzender ARTE en het Franse ministerie van Cultuur via het filmmuseum CNC door Centrimage de film grondig restaureren. Hij werd voorzien van muziek die wordt gevoerd door het Orchestre de Saint-Quentin-en- Yvelines onder leiding van François Feuillette. De accordeonmuziek wordt uitgevoerd door Richard Galliano. Ondanks al deze interessante aspecten is en blijft het een achterhaald drama dat voor filmstudenten echter heel interessant is. Het scenario is van Alexandre Arnoux. Het camerawerk is van Georges Périnal en Christian Matras.