De jeugdserie Alleen op de wereld slaagt erin om de beroemde kinderklassieker te vatten in een fris, eigentijds verhaal dat jongensboekallure paart aan haast volwassen emotionele diepgang. Dit laat niemand onberoerd.

Alleen op de wereld: vanaf dinsdag 6 december, 18:00 uur op NPO 3.
Daarna iedere dag een nieuwe aflevering, voorafgegaan door de herhaling van de vorige.

Remi is een vondeling. Dat is niet leuk, maar andere kinderen hebben ook weleens wat. Die hebben platvoeten of adhd. Verder is hij een gewone jongen zoals iedereen.

Zo vertelt Remi, gespeeld door Julian Ras, zijn verhaal tijdens een spreekbeurt op school in de eerste aflevering van de nieuwe vpro-jeugdserie Alleen op de wereld, naar de beroemde klassieker van Hector Malot uit 1879. Anno 2016 is Remi een zelfstandige jongen die in staat is om te reflecteren op zijn situatie en dat doet hij op een aantrekkelijke manier. Nuchter en zonder er doekjes om te winden, maar met altijd een positieve houding treedt hij de wereld tegemoet. En zo is ook de toon van de serie zelf: eerlijk, echt en soms rauw – er overkomt Remi nogal wat – maar de onderliggende monterheid maakt alles dragelijk. Het zou het recept kunnen zijn voor het leven zelf.

Op papier is het droevig genoeg. Remi, toch al een vondeling, wordt in de serie door zijn stiefvader, die hem niet accepteert, het huis uit gebonjourd. Zijn moeder is te slap om zelfs maar te protesteren. Tijdens een ritje op de vrachtwagen van vader wordt de nietsvermoedende Remi door hem gedumpt op een benzinestation. De trompet waar hij zo graag op speelt, heeft pa op straat gegooid. Ineens is de vrachtwagen weg. En de trompet is stuk.
’s Avonds belt hij maar eens naar huis.

Remi: ‘Kom je me nog halen?’

Vader: ‘Nee! Je bent nu groot. Grote jongens zorgen voor zichzelf.’

'Verdriet wordt niet eerlijk verdeeld' - Remi

Disneysausje

En zo begint dit jongetje aan een zwervend bestaan. Onderweg maakt hij een hoop vrienden, zoals de oude Vitalis (Bert Luppes), zijn honden Dolce en Zerbino en het varkentje Appie, met wie hij in een gezellige gammele kampeerbus gaat wonen. Ze hebben het leuk. En de trompet doet het ook weer. Later leert hij Arthur kennen die in een rolstoel rijdt en zijn moeder Fanny (Ricky Koole). Remi komt overal: hij sluit zich aan bij kermisklanten en scheepslui, gaat werken in een broodfabriek en verkeert met jongleurs, straatmuzikanten en krakers. Maar hij kan nooit ergens lang blijven en dus raakt hij ook steeds veel kwijt. Hij moet zich voortdurend aanpassen. En er is tegenslag, van de akelige soort. Zijn geld wordt gejat, zijn vriend Vitalis opgesloten, hun dieren worden verkocht en de verlamde Arthur valt van de boot.

Ver weg is hier de wereld van de Disneytekenfilm, de veilige, besloten cocon van de kinderwereld die kinderfilms en -boeken zo goed weten op te roepen en die het zo heerlijk maakt om er in weg te duiken. En toch is Alleen op de wereld net zo meeslepend, daar is geen Disneysausje voor nodig. Doordat de nadruk ligt op het grote avontuur dat Remi meemaakt, gaat de kijker er vanaf het begin af aan in op. De magnetische persoonlijkheid van de hoofdrolspeler doet de rest en de twintig korte delen maken het bovendien lekker door- kijken.

Dat de balans tussen avontuur en emotie zo wonderlijk mooi uitpakt, is vooral de verdienste van regisseurs Margien Rogaar (1977) en Steven Wouterlood (1984). Beiden waren al vroeg in hun filmcarrière actief op het terrein van de jeugdfilm en hebben veel ervaring. Rogaar studeerde in 2002 af aan de Filmacademie met onder meer de puberfilm Meisje jongen ijsje. Later won ze prijzen voor onder andere de jeugdfilm Bouwdorp en ze regisseerde de vpro-jeugdserie Doctor Cheezy, waarin vijf kinderen op zoek naar een hamburger ontsnappen uit een dieetkamp. Steven Wouterlood won twee jaar geleden een Emmy Award voor de korte film Alles mag, eveneens van de vpro, en hij regisseerde vorig jaar het meermalen bekroonde Koningsdag.

Veerkracht

Wouterlood: ‘Na het winnen van de Emmy is mijn carrière in een stroomversnelling geraakt. Er gaan nu meer deuren voor me open dan daarvoor; ik kreeg het vertrouwen om deze grote serie te mogen maken. Het ligt bij ons allebei in lijn met ons eerdere werk; ik denk dat ze daarom uitkwamen bij ons als regieduo.’

Een bijzondere serie zoals Alleen op de wereld kon alleen ontstaan dankzij de lange, sterke traditie op het gebied van jeugdfilms in Nederland, volgens Rogaar. ‘Wereldwijd behoren we tot de top,’ zegt Wouterlood. In Nederlandse series kan veel. Er is de durf om lastige onderwerpen aan te pakken, en Nederlandse makers weten daarbij de juiste toon te treffen. Rogaar: ‘Het is een heel volwassen tak van film maken hier. Er is veel knowhow en een sterk gevoel over wat goed is, en wat niet. Dat is volgens mij echt begonnen bij de vpro met Burny Bos, die daar eindredacteur Jeugd was in de jaren tachtig. Plus natuurlijk de sterke invloed van de boeken van Annie M.G. Schmidt waarin volwassenen en kinderen gelijkgeschakeld zijn. Wie in Nederland kinderfilms gaat maken, kan bogen op zijn eigen jeugdervaringen in de bioscoop vroeger. Neem Mijn vader woont in Rio van Ben Sombogaart, die kent iedereen.’

Waarom voelen jullie je zo thuis bij de kindertijd?

Rogaar: ‘Ik vind vooral de overgangsjaren heel interessant, dus van kind naar puber en van puber naar jongvolwassene. Waar het gaat schuren, waar verwachtingen een rol gaan spelen – en vaak niet worden waargemaakt. Loyaliteit tegenover de groep waar je bij hoort, in de klas maar ook in het gezin. Hoe je met z’n allen door zo’n proces heen komt. Films maken is een nostalgische bezigheid; je probeert om momenten vast te houden voor altijd.’

Wouterlood: ‘Ik houd van coming-of-age-verhalen. Van de onbevangen blik van een kind op de volwassen wereld. Ik vind Alleen op de wereld een prachtig voorbeeld van een jongen die tijdens een ongelooflijke aaneenschakeling van gebeurtenissen de wereld leert kennen. De veerkracht die hij toont en hoe hij blijft vertrouwen in de nieuwe mensen die hij ontmoet, dat is bewonderenswaardig. Ik denk dat iedereen er stiekem wel eens over fantaseert hoe het zou zijn om er, net als Remi, helemaal alleen voor te staan en met een groepje dieren rond te trekken. Remi is een echte held.’

Kapstok

Remi’s vele omzwervingen gaven de regisseurs wel hoofdbrekens. Wouterlood: ‘Het is een serie met heel veel locaties en acteurs. Dat was echt een uitdaging, maar ook te gek om te doen. Een operaconcert, een voetbalwedstrijd, brand in een broodfabriek, uitgestrekte weilanden, de bus van Remi’s grote vriend Vitalis, een politieachtervolging, de boot van Fanny en Arthur, een kraakpand, een hondenasiel. En nu noem ik nog maar een fractie van wat er allemaal gebeurt in de serie.’

In hoeverre speelde het boek van Hector Malot nog een rol in de regie?

Wouterlood: ‘Ik zag het als uitdaging om dicht bij het gevoel van het boek te blijven, dat voor velen dierbaar en nostalgisch is. Het melancholische en avontuurlijke gevoel van een jongen die in zijn eentje op reis is; ik denk wel dat het de schrijvers en ons als regisseurs gelukt is om dat in de serie te leggen.’

Rogaar: Ik heb het boek als kind niet gelezen. Daar ben ik wel blij om. Ik hoefde dus niet te refereren aan hoe ik het als kind beleefde. Maar het script vond ik heel mooi. Het is heel literair van toon. Het romantische, het fantasievolle van het verhaal sprak me meteen aan; een sfeervolle wereld is het. Ik vergelijk Alleen op de wereld graag met sprookjes: het is een combinatie van een fictieve wereld met echte gevoelens. Ik wilde deze serie heel graag doen. Het is een soort pageturner door alles wat er gebeurt, en tegelijk dient het verhaal als kapstok om al die emoties aan op te hangen en te verbeelden, en de kijker mee te nemen. En het geeft ook aanleiding om het te verheffen boven het alledaagse.’

Grote, moeilijke dingen

De keuze voor Julian Ras was een schot in de roos. De opgewektheid ondanks alles die steeds voelbaar is in de serie, is echt aan hem te danken, zegt Rogaar. ‘Julian maakt wat bij je los. Als kijker wil je je heel graag met hem verbinden. Hij is bijna voortdurend in beeld, dus er werd heel veel van hem gevraagd. En hij moest leren trompetspelen, hij moest gebarentaal leren en met dieren kunnen omgaan. Deed-ie allemaal.’

In het begin speelt hij recht op de camera. Waarom is dat?

‘Ik wilde snel benadrukken dat hij de verteller is. Want dat is heel belangrijk. Doordat Remi het verhaal vertelt, weet je als kijker dat het toch goed komt aan het eind van de rit.’

Alleen op de wereld stelt zijdelings veel aan de kaak. Grote dingen, moeilijke dingen ook. Zoals eenzaamheid, en het gevoel niet gewenst te zijn. ‘De grote gevoelens in het verhaal moesten overeind blijven in de serie,’ zegt Rogaar, ‘want die zijn heel bepalend.’ Maar neem je als makers dan niet een groot risico? Wat als de kleine kijker het niet trekt; als wij al met een brok in de keel zaten, hoe moet dat voor een tienjarige zijn?

‘We hebben de serie getest en al werd er veel gesnift, de kinderen vonden het toch heel fijn om naar te kijken. Huilen kan heel bevrijdend zijn. En hij komt ook heel veel goeds tegen hè. Al heeft Remi zelf geen huis meer, er zijn wel veel mensen bij wie hij zich thuis kan voelen. En die hem dingen leren over grote onderwerpen zoals stelen, delen, en liefde. Zo groeit hij steeds een stukje. De onbevangenheid raakt hij wel kwijt, dat is zo. Je hebt een lief konijn en dan wordt het opgegeten. Dat doet pijn. Maar zo gaat het soms. Huisdieren gaan weleens dood. Remi leert zelfstandig te zijn, en dit is het proces. Remi is een jongen die toch steeds doorgaat, en die zijn lot in eigen handen neemt. Uiteindelijk gaat het niet over hoe hij steeds de weg kwijtraakt, maar over hoe hij zijn weg vindt.’

‘Soms moet je boven de dingen staan. Dan zie je meer.’ - Remi