Een korte verhandeling over tankstations.

1. Ik heb geen auto en geen rijbewijs en ik ben voornemens zonder auto en zonder rijbewijs te sterven, wat niet wegneemt dat ik af en toe weleens in een auto zit en om die reden ook weleens op een tankstation beland. Zo stond ik van de zomer niet ver van de Russische stad Smolensk bij een ietwat verlaten tankstation en de gedachte overviel me dat ik daar een tijdje zou moeten gaan werken. In sommige landen heeft het tankstation nog de romantiek van het reizen, het afscheid, kortom het avontuur. Dat deze romantiek mede zal zijn ingegeven door een soort exotisme – voor de inwoner van Smolensk zal dat tankstation ongetwijfeld stukken minder romantisch zijn – doet niets af aan de sensatie van romantiek die mij daar overviel. De verlatenheid van de ziel kan treffend worden uitgedrukt door de verlatenheid van het tankstation. Daar iets buiten Smolensk overviel mij zelfs de gedachte dat de ziel een tankstation is.

2. In Nederland drukt het gemiddelde tankstation de troosteloosheid van het forenzen uit. Met avontuur heeft dat allemaal niets meer te maken, men denkt hooguit aan woon-werkverkeer. De troosteloosheid is zo immens dat ik weleens een romantisch rendez-vous zou willen plannen in een tankstation langs de snelweg.

3. Het viel mij op dat mensen in Nederlandse tankstations ook lelijker worden. Alsof het licht daar vooral is gemaakt om onze oneffenheden en tekortkomingen te benadrukken. Nabij Smolensk mag het tankstation de verlatenheid van de ziel uitdrukken, in Nederland drukt het vooral het beruchte menselijk tekort uit. Nergens is de mens meer een gemankeerd dier dan langs de snelweg.

4. Mijn uitgever vertelde me recentelijk dat Thé Lau ooit in tankstation Scheiwijk had opgetreden. Volgens deze uitgever was Scheiwijk het beste tankstation van Nederland. Het lijkt me een goed idee deze traditie voort te zetten. Geen signeersessies meer in boekhandels, alleen nog bij de benzinepomp. De schrijver kan na afloop ook door een automobilist worden meegenomen naar huis. Steeds vaker betrap ik mij op de fantasie om in handen te vallen van een lustmoordenaar. Steevast begint deze fantasie op een tankstation.