Een korte verhandeling over etiquette.

  1. Misdaden tegen de etiquette zijn zelden morele vergrijpen. Wie zijn biefstuk met zijn handen vastgrijpt in plaats van het vlees met mes en vork te lijf te gaan, benadeelt niemand, hooguit brengt hij zichzelf in een lastige positie. Daarom is het geen moreel vergrijp. Er is geen benadeelde partij. De overtreder laat blijken dat hij niet weet hoe het hoort, of dat hij wel weet hoe het hoort, maar dat hij er lak aan heeft. Beide optredens zijn een ontkenning, respectievelijk onbewust en bewust, van de etiquette.
     
  2. De provocateur, degene die bewust de omgangsvormen overtreedt, moet laten blijken op de hoogte te zijn van de regels om te voorkomen dat hij als een domoor overkomt. Alle provocatie is daarom ironie. Er zijn mensen die menen de provocatie te kunnen bestrijden door de ironie ervan te negeren. Een misvatting. Als Wilders consequent was behandeld als een doorgewinterde ironicus, dan was hij allang onschadelijk gemaakt.
     
  3. Als etiquette de spelling is, is beschaving dan de taal? Is het feit dat sommigen etiquette, veelal onbeduidende regeltjes, als het hoogst haalbare beschouwen een teken van onbeschaafdheid? Of juist van beschaafdheid?
     
  4. Etiquette gaat over uitsluiting en rangorde. Democratisering is het proces waarbij men gepoogd heeft minder uit te sluiten en de rangorde op te heffen: etiquette of niet, men hoort er allemaal bij. In de praktijk is de ene etiquette vervangen door een andere, waarbij het de vraag of de nieuwe minder dwingend is dan de oude, want als men de etiquette afschaft, betekent dat nog niet dat de rangorde automatisch verdwijnt, sterker nog: het afschaffen van de etiquette, een vorm van orde, heeft eerst een zekere ordeloosheid tot gevolg, en vervolgens een nieuwe orde. Is die beter dan de oude orde?
     
  5. Is moord te beschouwen als het overtreden van de etiquette? Wat is het wezenlijke verschil tussen etiquette en moraal? Het slachtoffer zou kunnen zeggen voordat het mes in zijn borst wordt gestoken: ‘Zo gaan we niet met elkaar om.’ Zoals de gastheer kan zeggen: ‘Zo eten we ons bord niet leeg.’ Doorgaans eten moordenaars overigens met mes en vork.