Judoka Henk Grol verspeelde in zijn leven twee keer Olympisch goud door in de finales in Peking en Londen de verkeerde keuzes te maken. Goud winnen is een obsessie voor hem geworden. Wilfried de Jong reist met Grol naar Japan, de bakermat van het judo, en praat met hem over angst en stress.

Hugo Hoes

In het eerste van zes portretten van topsporters volgt Wilfried de Jong judoka Henk Grol (Veendam, 14 april, 1985).

Grol over Grol

‘Ik ben geen motorisch of fysiek wonder, maar geef nooit op. 365 dagen per jaar doe ik mijn huiswerk en daarom ben ik zo goed geworden. Ik ben de slechtste verliezer die je maar kunt bedenken. Absoluut niet sportief. Ik haat verliezen. Kan er slecht mee omgaan. Ik gun het die anderen ook gewoon niet. Ik gun het mezelf meer.’


Boven het maaiveld, RTV Noord, 26 jan 2014

palmares

2008 EK Lissabon, goud
2008 OS Peking, brons
2009 WK Rotterdam, zilver
2010 WK Tokio, zilver
2012 OS Londen, brons
2013 WK Rio, zilver
2015 EK Bakoe, goud

in de sterren

Volgens website astrohoroscoop.nl wordt 2016 een druk jaar voor Henk Grol en andere rammen want ‘mars staat in een zeer sterke positie.’ Dat hoeft niet te betekenen dat hij dit olympische jaar in de problemen komt. ‘Dankzij uw typische koppigheid en strijdlust zult u al die aanstaande gebeurtenissen heel gemakkelijk aan kunnen.’ Dat is goed nieuws, maar biedt geen garantie op succes. ‘Wees voorzichtig. Er is een unieke kans voor u om te laten zien wat u kunt, dus laat het niet door uw vingers glippen.’

onmisbaar

De beste manier voor Henk Grol om te ontspannen is vissen, en hoe groter de vis hoe beter. Zijn record sloeg hij vorig jaar aan de haak bij Florida. Een Goliath Grouper van maar liefst 175 kilogram. Alleen krachtpatsers krijgen zo’n zwaargewicht naar boven.

Carla Grol, judoka

57 kg/ student voeding en diëtiek / zus

‘Omdat hij zo druk was, zei de schoolarts: doe hem maar op judo. Henk heeft mij aangestoken en al heel snel ging ik mee. Ook al komen we uit een echte paardrijfamilie. We trainen in het zelfde krachthonk en fietsen en spinnen samen. Na toernooien belt hij mij altijd en zegt wat ik anders had moeten doen. Ik ben 25 jaar, maar voor Henk blijf ik altijd zijn kleine zusje. Henk houdt van ouwehoeren en regelmatig gooit hij mij nog door de huiskamer. Als hij zich verveelt gaan we een broodje eten in de stad. Voor hem altijd een uitsmijter met rosbief. Hij heeft mij geleerd om te leven als een topsporter. Wat dat betreft is hij een echte sportheld voor mij. In Rio hebben we in 2013 samen deelgenomen aan het WK. Hij pakte zilver en ik ging er in de derde ronde uit. Dit jaar? Goud! Het gaat gebeuren.’

afstand Veendam - Rio de Janeiro 9.729 km

Kees Jongkind (studio sport)

‘Henks sterkste punt is zijn kracht. Hij is de sterkste en daar doet hij veel voor. Dat is ook een risico, want regelmatig is hij geblesseerd. Misschien omdat hij zichzelf helemaal kapottrekt. Meestal wint hij op kracht. Als ik hem zag verliezen, was dat omdat hij te eager was. Te graag willen winnen met heel veel zelfvertrouwen. Hij is zo gedreven en doet niets liever dan tegenstanders zo snel mogelijk op de rug gooien. In Peking had hij kampioen kunnen en moeten worden. Hij stond voor, had rustig zijn tegenstander kunnen laten komen, maar wilde hem toch weer op de rug gooien. Na Peking zijn de judoregels aangepast in het nadeel van Henk. Tillen is verboden. Henk kan elke tegenstander die met zijn been naar voren komt optillen en naar achteren op de rug flikkeren. Mag niet meer. Hij heeft een onverschrokken mentaliteit. Een warrior. Zijn focus kan in Rio tegen hem werken. Het obsessieve van die eerste plaats moet er een beetje af. Je kunt ook te geconcentreerd zijn. Henk is een van de favorieten, maar in zijn klasse zitten een sterke Koreaan en de levensgevaarlijk Japanner Ryunosuke Haga. Hun kansen schat ik hoger in. Henk zal mij dit niet in dank afnemen, maar misschien haalt het de druk wat bij hem weg.’

wat draagt Henk?

Een wit of blauw ensemble (gi) met als opvallendste item de wijde katoenen broek ook wel zubon genoemd. Boven die broek draagt Henk nonchalant maar toch stoer een ruimvallende uwagi van dezelfde kleur. Dit stevige bovenkledingstuk wordt bijeengehouden door een ferme zwarte obi. De gi is niet seizoensgebonden en kan het hele jaar door gedragen worden.

Wilfried de Jong

vis en vissen

Slapen? Dat kunnen we vergeten. Henk Grol wil naar de grote vismarkt in Tokio. We nemen om half vier in de nacht een taxi en komen een kwartier later aan. De slagboom is dicht. Een Japanner in uniform wijst naar een bord: vanwege de drukke eindejaarsperiode geen toegang. Even verderop piepen we toch naar binnen. Vissen in alle soorten en maten. Meterslange tonijnen, kleine garnalen. Palingen happen op het droge naar adem, voordat een hakbijl de genadeklap geeft. Henk weet een plek naast de markt waar de lekkerste sushi wordt bereid. Met kleine oogjes kauwen we op rauwe vis. Later zie ik Henk op het vliegveld. Hij draagt een langwerpige koker. Henk heeft in Tokio een hengel gekocht. Door een schouderblessure kon hij niet judoën, maar met zijn liefde voor vissen en vis eten werd dat verdriet gemaskeerd.

hoogtevrees

In de eerste aflevering van Holland Sport gaat Henk Grol parachutespringen om zijn hoogtevrees te bezweren.

colofon

Presentatie en regie: Wilfried de Jong

Regie, camera en montage: Rob Hodselmans

Geluid: Benny Jansen, Frenk van der Sterre, Pepijn Aben, Charles Kersten

Eindredactie: Jurgen van Uden

Redactie: Renate Verhoofstad, Casper Brasser

Productie: Elleke Claessen

Grading & Online editing: Gerhard van der Beek

Geluidsnabewerking: Sander den Broeder

Muziek: Ecobar

Vormgeving: Urbi et Orbi

Pers & Communicatie: Herrie Film & TV, Annica Peeters

bekijk ook...