De Britse historicus Simon Schama (1945) schreef The American future, a history, en presenteerde de gelijknamige BBC-serie. Chris Kijne maakte voor Tegenlicht een interview met Schama.

Door Ulrik Unger

- Waarom wilde u met Simon Schama spreken?

Chris Kijne: ‘Omdat ik vind dat hij een prachtig boek heeft geschreven over de Amerikaanse geschiedenis. En voor die BBCserie heeft hij het afgelopen jaar door Amerika gereisd met in zijn achterhoofd een viertal grote thema’s waar het volgens hem in de Amerikaanse geschiedenis altijd over is gegaan. Hij heeft gekeken hoe die thema’s zich hebben ontwikkeld en wat voor consequenties dat heeft voor deze presidentsverkiezingen. Dat vind ik een prachtige aanpak die goed past bij een programma als Tegenlicht, dat ook probeert wat verder te kijken dan de waan van de dag.’

- En wat zijn die thema’s?

‘Schama wil de Europeanen uitleggen dat hun clichébeeld van Amerika niet klopt en dat Amerika ingewikkelder is dan zij denken. En dat doet hij aan de hand van vier thema’s. De eerste aflevering heet American Wars. Dat gaat over de manier waarop in Amerika tegen het leger en oorlogvoeren wordt aangekeken. Schama legt uit dat er vanaf de Founding Fathers twee verschillende opvattingen zijn geweest over leger en oorlogvoeren. Je had die van Thomas Jefferson dat soldaten in de eerste plaats burgers moesten zijn die als het echt nodig is de wapens opnemen en het land verdedigen, zoals de Amerikaanse onafhankelijkheid ook bevochten is door molenaars en loodgieters. Daar tegenover stond het ouderwetse Europese idee van een leger dat altijd paraat moest staan om waar ook ter wereld het landsbelang te behartigen. Schama zegt dat het idee van Jefferson het meest Amerikaanse is, maar dat beide opvattingen altijd naast elkaar hebben bestaan en dat soms de ene en soms de andere overhand heeft gehad.’

- Nu heb je het militair-industrieel complex, waar Eisenhower voor waarschuwde.

‘Precies. Maar Schama geeft ook aan dat het juist een militair was, Eisenhower, die daartegen waarschuwde. Met andere woorden: de mensen die dat militarisme geen goede ontwikkeling vinden zijn ook in het leger te vinden. Hij laat daarmee zien dat Amerika niet zo zwart-wit is als veel Europeanen denken.’

- Die drie andere thema’s...

‘Dan is er religie. Europeanen hebben de neiging Amerika te zien als een door en door religieus en daarom conservatief land. Schama laat zien dat er in het begin van de negentiende eeuw een religieuze opleving heeft plaatsgehad, de Great Awakening, die ervoor heeft gezorgd dat de slavernij is afgeschaft. Dus religie hoeft niet per se een kracht ten kwade te zijn. Hij herinnert eraan dat de kerk bijna een eeuw lang het hart van het sociale en politieke leven van de zwarten geweest. Maar tegelijk is ook de Ku Klux Klan gebaseerd op het christelijk geloof. Ook daarin toont Schama aan hoe gecompliceerd Amerika in elkaar zit.’

- Het derde thema...

‘Immigratie. Wij denken bij Amerika aan het Vrijheidsbeeld, maar Schama laat zien dat Benjamin Franklin, die hij de Founding Father of American Paranoia noemt, al grote bezwaren had tegen de immigratie van Duitsers in de achttiende eeuw. Want die hadden een andere cultuur en volgens Franklin moest Amerika toch vooral een transoceanisch Groot-Brittannië zijn. Blank en Angelsaksisch. Iedere immigratiegolf heeft tot vaak hysterische tegenreacties geleid. Schama schrijft over pogroms op een schaal waar ik nog nooit over gelezen had en laat ook hier zien dat Amerika twee gezichten heeft.’

- Behoorlijk paradoxaal, dus.

‘Het laatste thema noemt hij American Plenty, het idee van veel Amerikanen dat het niet op kan. Vroeger omdat je altijd verder naar westen kon. Nu heeft zich dat vertaald in het idee dat rijkdom en grondstoffen niet op kunnen. De kredietcrisis, het idee dat iedereen een huis en een auto moet kunnen hebben, is daar volgens Schama het gevolg van. Maar hij zegt ook: vergis je niet, Amerika wordt gauw afgeschreven, maar onderschat niet het vermogen van Amerika om zichzelf altijd te vernieuwen en om oplossingen te vinden waar Europeanen nog nooit aan gedacht hebben. Een van mijn laatste vragen was of voor die vernieuwing een overwinning van Obama nodig is en daarop zei hij: ja.’

Uit: VPRO gids nr. 44 2008