Enjoy Poverty leidde tot veel rumoer en discussie. Wat vonden een collegafilmmaker, een reisschrijfster over Congo en een ontwikkelingswerker ervan?

Door Angela van der Elst

*Heddy Honigmann, filmmaker: 'Ik vond Enjoy Poverty verwerpelijk, met als belangrijkste reden dat, hoe je het ook wendt of keert, je als filmmaker geen enkel recht hebt om een mens zijn dromen te ontnemen. En dat doet Martens wel. Hij is een bedrieger. Bijvoorbeeld als hij een man met een baantje van niets waarmee hij zijn gezin onderhoudt, eerst een voortreffelijke maaltijd serveert en hem daarna vertelt dat hij nooit een toekomst zal hebben. Dat is ontoelaatbaar. Maar zijn arrogantie gaat nog verder, als hij twee jongens met een fotowinkeltje verleidt om carrière te maken als echte reporters, met foto's van honger en dood. Wij weten dat dit onmogelijk is, en inderdaad, na een paar schokkende scènes mislukt de onderneming. Dit alles heeft Martens bedacht om te vertellen dat er door niet-Afrikanen geld wordt verdiend aan de ellende van de bevolking van de Derde Wereld. Dat is waar, maar waarom is Martens zo wreed om ons dit over de rug van die twee jongens te tonen? Voor wie heeft hij zijn film gemaakt? Voor reportage- en documentairemakers? Voor de arme lokale bevolking? Voor de medewerkers van Artsen Zonder Grenzen die hij met een beschuldigende vinger laat zien terwijl die mensen in een verdiende pauze van een drankje aan het genieten zijn? Enjoy Poverty is eigenlijk een film zonder een echte mogelijke ontvanger; de film is ijdel en praat met zichzelf.'

*Lieve Joris, literair reisschrijfster, onder andere over Congo: 'Ik heb Enjoy Poverty twee keer gezien. Renzo Martens heeft ons willen schokken, en is daar goed in geslaagd. Het is een verstorende film. Iedereen die van veraf of van dichtbij te maken heeft met ontwikkelingshulp of ontwikkelingslanden zou hem mijns inziens moeten zien. Ik hoop dat de film in de toekomst ook in landen als Congo zal getoond worden. Ik zal nooit meer naar een fondsenwervende reportage van een hulporganisatie kunnen kijken zonder te denken aan deze film; Martens laat ons zien hoe die reportages gemaakt worden. Soms vond ik de filmmaker hard tegenover de Congolezen, op andere momenten had ik zin om de Congolezen die zich door hem in het ootje laten nemen een schop te verkopen. De mens die zijn lot uit handen heeft gegeven en niet langer op zichzelf vertrouwt, is beklagenswaardig.'

*Tineke Ceelen, directeur Stichting Vluchteling: 'De scènes rondom dat net gestorven kind vond ik totaal onsmakelijk, ik heb zitten huilen toen ik dat zag. Zoiets kun je niet maken. Renzo Martens agendeert een probleem, zeker. En armoede ís zoals hij het laat zien, iets vreselijks, het is niet voor niks dat we daar met z'n allen een eind aan willen maken. Maar ik vind het dubieus dat iemand van armoede een kunstproject maakt. En wat heeft Martens zelf nu eigenlijk gedaan, wat doet hij met de spotlights waarin hij met zijn film staat, gaat hij terug naar Congo? Misschien heeft hij het voor de mensen die hij daar ontmoette nog erger gemaakt dan het al was, bijvoorbeeld door die fotografen valse hoop te geven. Of door een man te vragen of hij wel een fiets heeft, of schoenen, dingen die hier de normaalste zaak van de wereld zijn. Dat vond ik nog wel het meest schokkend; je ziet die man zich realiseren dat hij tien jaar hard heeft gewerkt en helemaal niets heeft bereikt, dat zijn kinderen honger hebben, en dat daarin geen verandering zal komen. Ook is Martens erop uit hulpverleners zo lullig mogelijk neer te zetten, en dat is goed gelukt. Hij brengt mensen die in de meest oncomfortabele omstandigheden moeten werken op een stuitende manier in beeld, ongeïnteresseerd hangend en sigaretjes rokend, terwijl Martens zelf voortdurend in een parelwit bloesje voorbij paradeert. Ik ben een tweede keer naar de film gegaan en heb geprobeerd door m'n walging heen te kijken. Want in eerste instantie zadelde Martens me alleen maar op met heel veel vragen waar ik me geen raad mee wist. Ik wilde zien of er iets in zat waar we wél wat mee konden. Misschien moeten we er voortaan voor zorgen dat als er iemand in beeld komt, diegene daar iets aan heeft, op een of andere manier betaald wordt. Maar verder? Enjoy Poverty gaf me vooral een zwaar, depressief gevoel.'

Uit: VPRO Gids Nr. 46 2009