In 2005 bracht een vredesakkoord een einde aan de decennialang slepende burgeroorlog in Soedan, die miljoenen inwoners het leven kostte. Zes jaar later mocht de bevolking zich in een referendum uitspreken over de positie van Zuid-Soedan. Een overweldigende meerderheid stemde voor een onafhankelijke staat, die op 9 juli 2011 werkelijkheid werd. Maar ondanks het vredesakkoord en de onafhankelijkheid blijft de regio door conflicten verscheurd.

Al in 1954 kwam het zuiden van Soedan, waar de bevolking het christendom en natuurgodsdiensten aanhangt, in opstand tegen het overwegend islamitische noorden. Anno 2011 wordt de regio nog steeds geplaagd door conflicten. In 2009 werden naar schatting 2500 mensen gedood en 350.000 verdreven door conflicten in het zuiden.

Bombardement

Begin november werd een vluchtelingenkamp in het in Zuid-Soedan gelegen Unity State gebombardeerd. In het kamp, waar 20.000 vluchtelingen bescherming zoeken, vielen geen doden of gewonden. De goeverneur van Unity State beschuldigde Soedan van de aanval, maar de woordvoerder van het Soedanese leger ontkende deze beschuldiging: “Wij respecteren het internationaal recht en het is onmogelijk dat we zoiets zouden doen.”

Rebellenleider

Ook Paulino Matip, de rebellenleider waar Phil Heilberg zaken mee doet, komt uit Unity State. In 1983 vocht hij al mee in de burgeroorlog, waarin hij van kant wisselde wanneer hem dat goed uitkwam. De historicus Robert Collins beschreef hem als “een ultieme vrijbuiter, die zich aansloot bij god of the duivel, afhankelijk van wie hem wilde voorzien van wat hij nodig had om zijn prestige en zijn privéleger in stand te houden.” Dat priveleger - the South Sudan Unity Movement/Army (SSM/A) - bracht volgens burgers veel leed: dorpen werden geplunderd, mannen mishandeld en vrouwen verkracht. In 2009 werd Matip gepromoveerd onderstafchef van het Zuid-Soedanese leger. Tegenwoordig is Matip oud en ziek en wordt hij slechts nog omringd door zijn lijfwachten.