Interview met IDFA winnaar Esther Hertog

Voor de Tegenlichtuitzending 'Kolonisten van Hebron' verbleef Esther Hertog in een caravan binnen een joodse nederzetting. Tijdens haar eerste bezoek aan Hebron was ze geraakt door de haat van Israëlische jongeren jegens de Palestijnen. 'Toen ik terug was in Nederland wist ik: "Ik wil weten wie de kolonisten zijn." En een jaar later was ik daar.' Hoe beleefde Esther Hertog het dagelijks leven als filmmaakster in een absurde realiteit met altijd soldaten op het dak?

"Wat mij het meest verbaasde was dat ze constant zeggen ‘Wat is het hier mooi, een heilig land’ terwijl het in werkelijkheid zo vuil is, en er overal soldaten zijn"

Esther Hertog - regisseur 'Kolonisten van Hebron'

Voor haar meest recente film, Kolonisten van Hebron verbleef Esther Hertog (1978) gedurende drie jaar met regelmaat bij joodse kolonisten in Hebron, een stad op de Westelijke Jordaanoever die zowel voor joden als moslims heilig is. Een langere versie is te zien op het IFDA 2012 onder de titel Soldier on the Roof.

In Hebron filmde de Nederlands-Israëlische visueel antropologe de absurditeit van het dagelijks leven in een joodse nederzetting. De filmmaakster kreeg haar eigen caravan, midden op straat. Hertog: ‘Het absurde was dat het vroeger een straat was met veel Palestijnse winkels, het arabische commerciële centrum van Hebron. Voor eeuwen woonde arabieren en joden samen in Hebron. Tot 1929 toen kwam daar een einde aan met een bloedbad waar bijna 70 joden waren vermoord. Op de plek van de oude joodse wijk bouwde de Arabieren een commercieel centrum. En nu komen de joden weer terug, huis voor huis. Alle deuren van de huizen van voormalige Palestijnse bewoners zijn dicht gelast, zodat ze er niet meer in kunnen.'

Wat is jouw band met Israël?

'Ik woonde er van mijn 12e tot mijn 24e. Ik ben in Nederland geboren en woonde in Amsterdam, maar mijn stiefvader woonde daar, dus zijn we met het gezin geëmigreerd en heb ik mijn middelbare school daar gedaan. We woonden in Haifa: een mooi strand, een mooie plek om te wonen. Ik zou een nieuw leven starten. Gelukkig waren het optimistische tijden van de vredesgesprekken.'

Hoeveel kreeg je in die tijd in Haifa mee van het conflict?

'Ja, kijk, de Westbank was qua afstand dichtbij, alleen de militaire acties leken ver weg. Toch was het conflict zelf altijd heel dichtbij- iedereen kent wel iemand die door het conflict is omgekomen. Ook ik heb vrienden verloren. Mijn beste vriend zit in een rolstoel. Uit de oorlog in Libanon.'

"Op mijn 24e besefte ik pas hoe erg je daar in een bubbel leeft. Weg van die bubbel leerde ik pas echt de andere kant van het verhaal kennen."

Esther Hertog - regisseur 'Kolonisten van Hebron'

Hoe leerde jij over het conflict?

‘Op school leerde je over het Joodse volk. Je leerde niet over Palestijnen en Arabisch leren was ook niet verplicht. Als keuzevak kon je kiezen tussen Frans of Arabisch en voor mij was Frans gemakkelijker. Van jongs af aan wordt je geleerd dat alle Arabieren je vijand zijn. Je gaat niet een Palestijns kamp in, want je bent bang. Kijk, ik was natuurlijk links en 'pro-vrede', maar ik had nog nooit koffie gedronken met een Palestijn. Als je dat deed werd je voor gek verklaard.’

'Pas toen ik, nadat ik in het leger had gezeten, ging reizen en op mijn 24e terug ging naar Nederland om daar te studeren, merkte ik in wat voor bubbel je daar leeft. Ook als ik nu met vrienden in Israël ben moet ik goed weten welke 'taal' ik gebruik als ik met ze over het conflict praat. Er zijn bijvoorbeeld zoveel benamingen voor het gebied in de Westbank en elke benaming heeft weer een andere lading. Ik praat nu over de Westbank omdat dat politiek correct is, maar daar zou men me té neutraal vinden. Zo hanteer ik wanneer ik met de kolonisten praat niet de term 'bezette gebieden', maar de Bijbelse benamingen.'

Je vertelde dat je zelf ook het leger hebt gezeten, hoe was dat?

'Pas op, je moet daar wel meteen bij vermelden dat ik in de educatieve unit zat. Ik werkte met kinderen. Ik was eigenlijk een soort reisleidster en leerde ze over het land van Israël en de cultuur. In het Israëlische leger dienen betekent niet alleen maar Palestijnen doodschieten.'

Dus jij leerde de kinderen wat jou geleerd was?

'Eigenlijk wel ja. Kijk, in elk land leer je meer over je eigen achtergrond en geschiedenis. In Nederland leer je meer over de geschiedenis van Nederland dan over die van België. Het is eigenlijk heel simpel. Het is een conflict over een stuk land. Elk kind krijgt met de paplepel ingegoten dat Israël bij hen hoort.'

Eerder maakte je een film over een Palestijns vluchtelingenkamp. Hoe was dat?

'Mijn allereerste film ging over een Palestijnse buikdanser, zo had ik voor het eerst echte een vriendschap met en Palestijn. Hij was een... eigenlijk een moslim bedoeïenen Palestijn... het is erg complex. Zeg maar gewoon een Palestijnse Israëli. Mijn tweede film heb ik gemaakt over een circus zomerkamp in Deheisheh, een Palestijns vluchtelingenkamp vlakbij Bethlehem. Ik ging die zomer werken en filmen in het kamp. De organisatoren wisten dat ik Israëli was en hadden wel vaker met Israëli’s gewerkt. Maar voor de kinderen kwam ik uit Nederland. Israëli's vertrouwen ze niet.'

Aan de andere kant, als de kinderen zouden weten dat je Israëlisch bent leren ze misschien ook dat sommige Israëli's wel te vertrouwen zijn?

'Nee, dat is te link. Toen vrienden hoorden dat ik daar ging filmen, zeiden ze: "Je bent gestoord." Het is echt te riskant. Zodra ze horen dat je Israëli bent gaat de deur dicht. Dan zien ze je niet meer als mens. Ik bedoel, ik wil de wereld veranderen, maar ja...'

Ik begon mezelf vragen te stellen. "Waarom ging ik in het leger? Waarom was dat zo vanzelfsprekend?" Ik heb de luxe gehad om afstand van het leven in Israël te kunnen nemen. Weg van die bubbel leerde ik pas echt de andere kant van het verhaal kennen.'

Esther Hertog - regisseur 'Kolonisten van Hebron'

Je hebt gekozen voor een opleiding antropologie. Hoe ben je daar bij gekomen?

'Ik had heel veel geleerd over cultuur en geschiedenis als tourguide in Israel en daarna ging ik reizen - iedereen in Israël gaat reizen. Eerst had ik het klassieke beeld van antropologie en wilde ik meer leren over de nomadenstammen in Mongolië waar ik tijdens mijn reizen was geweest. Maar toen ik eenmaal in Amsterdam was aangekomen merkte ik dat ik onbewust op de universiteit veel vakken over conflict, religies en Israel koos, omdat dat zo dichtbij mij lag. Antropologie was voor mij echt een eyeopener. Ik begon mezelf vragen te stellen. "Waarom ging ik in het leger? Waarom was dat zo vanzelfsprekend?" Ik heb de luxe gehad om afstand te kunnen nemen. Op mijn 24e besefte ik pas hoe erg je daar in een bubbel leeft. Weg van die bubbel leerde ik pas echt de andere kant van het verhaal kennen.'

Hoe ben je bij het idee gekomen voor Kolonisten van Hebron?

'Ik werd gefilmd voor een TV serie WarZONE van Llink. We gingen op bezoek bij WarChild projecten die toen werden gefilmd. We bezochten o.a. een Palestijnse familie die op de grens met de nederzetting woonde. In Hebron zijn een paar wijken met joodse nederzettingen verdeeld over het centrum van de stad, en zij zijn deels met elkaar verbonden. Op een gegeven moment stond ik met de kinderen van de Palestijnse familie op hun dak. De Israëlische jongeren scholden ons uit. Ik probeerde met ze te praten en ze waren verbaasd dat ik Hebreeuws sprak. Maar ze bleven schreeuwen: "Wat doe je hier?" Praten was bijna niet mogelijk. Ze begonnen op een gegeven moment ook stenen te gooien. Ik was zo enorm geraakt en vroeg me af ‘waar komt al die haat vandaan?’ Ik vroeg nog aan ze: "In de Bijbel staat toch 'Heb uw naasten lief als uzelf’?" Maar ze antwoordden: "Nee, dat is alleen voor de Joden". Dat was het moment dat ik besloot om terug te keren om een film te maken. Toen ik terug was in Nederland wist ik: "Ik wil weten wie de kolonisten zijn." En een jaar later was ik daar.'

'Ik zei tegen een Nederlandse vrouw in de nederzetting: "In de media worden jullie geportretteerd als een stelletje extremisten. Ik wil laten zien wie jullie echt zijn en het dagelijks leven in Hebron filmen."'

Esther Hertog - regisseur 'Kolonisten van Hebron'

Hoe lukte het je om binnen te komen bij de kolonisten in Hebron?

'Ik zei tegen een Nederlandse vrouw in de nederzetting: "In de media worden jullie geportretteerd als een stelletje extremisten. Ik wil laten zien wie jullie echt zijn en het dagelijks leven in Hebron filmen." En zo werd ik ontvangen. Wel voorzichtig, maar omdat ik oprecht geïnteresseerd was en echt wilde weten waar die passie vandaan komt, heb ik denk ik hun vertrouwen gekregen. En ook natuurlijk omdat ik een soort one woman crew was, ik was altijd alleen. Eén meisje met een camera. Dat zag er niet echt professioneel uit. Ik was in hun ogen niet 'de media'. Die hebben hen altijd in een heel slecht daglicht gezet. Mijn doel was hun ideologie te laten zien. En ik denk dat ik daar eerlijk in ben geweest. Ik heb zoveel mogelijk geprobeerd om de realiteit te laten zien.'

"Als je hier in Nederland caravan zegt, denk je gelijk aan een camping. Maar daar is het de eerste stap van bezetting. Eerst zet je een tent neer, dan een caravan, en daarna een gebouw. Zo gaat dat."

Esther Hertog - regisseur 'Kolonisten van Hebron'

Hoe was het om alleen in Hebron in een caravan te wonen?

'Als je hier in Nederland caravan zegt, denk je gelijk aan een camping. Maar daar is het de eerste stap van bezetting. Eerst zet je een tent neer, dan een caravan, en daarna een gebouw. Zo gaat dat. En een caravan is voor jonge Israëlische stelletjes ook gewoon te huur, als een soort vakantiehuisje. Maar het absurde is dat de caravan midden op straat stond. Als ik mijn deur opendeed, keek ik zo tegen een deur van een verlaten voormalig Palestijns huis aan.'

'Op persoonlijk vlak waren ze heel aardig, ze hebben me binnen gelaten en in hun huizen toegelaten. Maar qua ideologie ben ik het niet met hen eens. Dat is altijd heel lastig voor mij geweest.'

Esther Hertog - regisseur 'Kolonisten van Hebron'

Hoe was het contact met de kolonisten?

'Kijk, persoonlijk heb ik heel goed contact met hen gehad. Op persoonlijk vlak waren ze heel aardig, ze hebben me binnen gelaten en in hun huizen toegelaten. Maar qua ideologie ben ik het niet met hen eens. Dat is altijd heel lastig voor mij geweest. Het is heel dubbel. Het enige wat ik over hen kan zeggen is dat de kolonisten heel eerlijk zijn. Ze zeggen heel duidelijk: "Wij willen hier wonen", en dat doen ze. Ze geloven het, en doen het. Waar het naar mijn mening fout gaat is als de politiek zegt pro vrede te zijn, maar tegelijkertijd nieuwe nederzettingen bouwt. Voor elke kolonist die overlijdt bouwt de overheid er een nieuw gebouw bij.'

'In Israël zeggen ze vaak dat de extremisten een stelletje gekken zijn.'

Esther Hertog - regisseur 'Kolonisten van Hebron'

Ben je tijdens je verblijf ook wel eens in contact geweest met de Palestijnse bewoners van Hebron?

'Nee, dat kon niet. Dat was echt te riskant. Kijk, ze wisten niet hoe ze mij moesten plaatsen. De Palestijnen zagen dat ik oké was, maar ook dat ik afstand hield omdat ik met de kolonisten was. Ik zag er Westers uit. Ik kleedde mij bescheiden (bedekt en vaak met een rok tot over de knieën) een beetje als een koloniste. De camera voelde als mijn bescherming. De camera betekende dat ik niet één van hen was. Ik legde hem vaak expres in het zicht op de voorbank als we in de auto ergens naartoe reden. Maar terug in Hebron trok ik weer een rok aan. Ik was een soort kameleon. En bij religieuze gelegenheden, zag ik er net zo uit als de kolonisten, zonder mijn camera. Dat was heel eng. Ik dacht: als er iets gebeurt schieten ze mij ook dood. Gelukkig is dat niet gebeurd.'

'De Palestijnen zagen dat ik oké was, maar ook dat ik afstand hield omdat ik met de kolonisten was. De camera voelde als mijn bescherming. De camera betekende dat ik niet één van hen was.'

Esther Hertog - regisseur 'Kolonisten van Hebron'

Wat wilde je vertellen met deze film en wat hoop je bij het publiek te bereiken?

'Wat ik eigenlijk laat zien, wat ik probeer, is dat het publiek contact maakt met deze mensen. Alle andere films gaan over de politieke kant en zetten hen neer als "de kolonisten". Maar het conflict is niet zwart-wit. Ik probeer de grijze kant van extremisme te laten zien. Ik hoop dat mensen na de film meer vragen dan antwoorden hebben. Wie ben ik om te beslissen wat goed of slecht is? Ik laat het zien. En ik hoop heel erg dat hij op de Israëlische televisie komt. In Israël zeggen ze vaak dat de extremisten een stelletje gekken zijn.'

Zou je nog een film willen maken over dit gebied? En zoja, voor welke insteek zou je dan kiezen?'

Hertog: 'Ja.' Stilte. 'Maar ik kan beter nog niet vertellen waarover..,' spreekt ze twijfelend terwijl ze een blik uitwisselt met haar art director. Ze lacht en antwoordt dan op een serieuze toon: 'Er zijn daar zeker heel veel verhalen te vertellen. Juist door van binnenuit het conflict te beschrijven. Veel films kijken van bovenaf, maar een klein verhaal van binnenuit zegt heel veel. Wie zijn de mensen achter het masker van de stereotypes? Ik blijf die vraag stellen.'

Esther Hertog
Soldier on the Roof (VPRO/Sarphati Media)
Tweevoudig bekroond op IDFA 2012 :
Best First Appearance
Best Dutch Documentary

 

Wat krijgt het publiek mee van de film?

Janneke en Roos moeten de film nog even op zich in laten werken. ‘We hebben laatst nog de film van Louis Theroux gezien ‘The Ultra-Zionists,’ vertelt Janneke, ‘daarin brengt hij ook tijd door met Joodse kolonisten in de Westbank. Die lijken nog extremer en militanter. Maar we hebben het net uitgebreid over de film gehad, dus het maakt zeker een hoop los. Hoe kun je nu bijvoorbeeld denken dat Hebron een veilige plek is om je kinderen op te laten groeien? Ze geven echt alles voor hun beloofde land.’ Roos vertelt: ‘Aan het eind van de film dacht ik: ‘Wat vind ik nou eigenlijk?’ De film neemt geen standpunt in waardoor je heel erg bewust wordt van je eigen standpunt. Je hebt zoveel vragen. Toen de film was afgelopen bleef het ook heel lang stil, mensen waren kennelijk nog niet toe aan klappen, je bent nog zo verward en vol indrukken.’