Aflevering 3

De vliegenmepper van de Dei

In 1827 gaf de Dei van Barbarije de Franse ambassadeur een ferme tik met zijn vliegenmepper. Dat had hij beter niet kunnen doen. Van het een kwam het ander: pats! Een kortstondige driftbui leidde tot een koloniale overheersing die 132 jaar zou duren.

Daphné Dupont-Nivet, Sophia Twigt, Anne van Mourik


Nee, het lag allemaal iets ingewikkelder. Ten eerste waren er de persoonlijke beslommeringen van Karel de Tiende. Het Frankrijk van 1830 had heel wat achter de rug: na het instorten van Napoleons keizerrijk was het land nu weer een monarchie, inclusief een autoritaire vorst aan het hoofd. De Fransen, met de revolutie nog vers in het geheugen, zat dit eenmansbewind niet lekker. Een overwinning in Algerije, zo hoopte Karel, zou zijn aanzien bij het volk laten stijgen.

Ook kwam het idee om Algerije te koloniseren niet zomaar uit de lucht vallen. Vanaf de vroege zestiende eeuw was Frankrijk al druk bezig een groots koloniaal rijk op te bouwen. En de Fransen waren niet de enigen met expansiedrift. Ook de Britten, de Spanjaarden en de Nederlanders veroverden er flink op los. Deze grootmachten beweerden dat zij de morele taak hadden om ‘onderontwikkelde’ gebieden op te voeden. Racisme? Zij vonden van niet: ze bewezen de ‘inboorlingen’ juist een dienst. Die konden heel wat leren van de superieure westerlingen, zo was het idee.

De Franse uitvoering van deze opvoedingstaak, la mission civilisatrice, was deel van een wijdverbreid Europees wereldbeeld, een ideologie. Maar kolonisatie ging ook gewoon om geld. De Europeanen maakten flinke winst met hun handeltje in grondstoffen, specerijen en slaven die ze - gratis en voor niets - in de koloniën hadden verkregen. Je zou het ook exploitatie kunnen noemen.

We willen maar zeggen: zelfs als de Dei even rustig tot tien had geteld, had Frankrijk wel een goed excuus gevonden om Barbarije binnen te vallen, er waren immers onderliggende redenen genoeg.

La mission civilisatrice:
In andere delen van Europa stond de missie bekend als Missão civilisadora, Civilizing mission of de Nederlandse Ethische politiek, waarbij de cultuur van de overheerser werd overgebracht aan de gekoloniseerde landen.


Nu willen we, in onze zoektocht naar oorzaak en gevolg in de geschiedenis, wel graag weten welke reden de doorslag gaf voor de Franse kolonisatie. Was het de reputatie van de koning, de Europese opvoedingsmissie, of toch geld? Lastig. Dat verschillende factoren een rol speelden maakt meerdere interpretaties mogelijk, en deze diversiteit aan meningen toont zich weer in de geschiedschrijving.

Binnen het vak geschiedenis bestaan namelijk verschillende stromingen, die elk de nadruk leggen op een andere kernoorzaak voor historische verandering. Bovendien zijn er door de jaren heen steeds meer van deze historische brillen bijgekomen. Een overzicht? Ja goeie, tijd om de geschiedenis van de geschiedenis in te duiken.  

raciale verschillen tussen het Westen en de rest gaven de Europeanen een reden - ja, zelfs een morele plicht - om andere landen te overheersen

Laten we bij het begin beginnen. Het volgens een vaste methode vastleggen van verhalen gaat al duizenden jaren terug, naar Herodotus bijvoorbeeld. Maar de basis voor het vak geschiedenis zoals wij dat nu kennen werd gelegd in de vroege 19e eeuw. De Duitse historicus Leopold von Ranke vond dat geschiedenis moest gaan om ‘Wie es eigentlich gewesen ist’: hoe het eigenlijk is geweest.

Deze nieuwe wetenschappelijke speurtocht stond haaks op de “geschiedenis” die verteld werd in volksverhalen, of opgeslagen was in het wazige en onbetrouwbare menselijke geheugen. Vanaf nu moesten historici zich richten op het blootleggen van harde feiten - van de waarheid. En daarbij mochten zij zeker geen waardeoordelen geven. Hoe? Door het nauwkeurig analyseren van primaire bronnen, verstopt in de archieven.

Von Rankes ideeën werden toonaangevend in de vroege negentiende eeuw. Machtige Europese natiestaten maakten toen de dienst uit op het wereldtoneel - immers, dit was ook de periode waarin Frankrijk Algerije binnenviel! De archieven waar Von Ranke op doelde, waren die van staatshoofden en nationale regeringen, en van hun overzeese koloniale instituties.

Wat kunnen we hiermee als we de kolonisatie van Algerije analyseren? Die werd op het moment zelf heel anders bekeken dan wij dat nu doen. Geschiedkundigen beschreven de machtsstrijd tussen Europese landen en koloniën als een natuurlijke hierarchie van ‘superieure’ en ‘inferieure’ beschavingen; de vaart der volkeren. Bovendien lieten veel historici zich leiden  door de zogenaamd wetenschappelijke rassenleer van die tijd: ‘raciale’ verschillen tussen het Westen en ‘de rest’ gaven de Europeanen een reden - ja, zelfs een morele plicht - om andere landen te overheersen.

De meeste historici hielden het dus bij een analyse van deze koloniale rijken en beschreven de machtsstrijd tussen landen (de geschiedenis van de internationale betrekkingen) en staatshoofden (diplomatieke geschiedenis).

alternatieve brillen


In dezelfde periode ontstonden ook andere manieren van kijken. De intellectuele geschiedenis kijkt naar de verspreiding van ideeën. Nog steeds ligt de nadruk op invloedrijke individuen (vooral mannen) die op de proppen kwamen met grote ideologieën. Historici met deze bril op onderzoeken bijvoorbeeld waar het idee vandaan kwam dat de westerse kolonisatie een goed en nobel doel had.

Ook werd rond 1900 de economische geschiedenis invloedrijker. Volgers van deze stroming hameren erop dat vooral economische processen de geschiedenis voortstuwen. Ze onderzoeken hoe factoren als productie, consumptie, crises en groei verschillen in diverse historische situaties. Op landelijk, maar ook op internationaal of mondiaal vlak. Voor wie de kolonisatie van Algerije door deze bril bekijkt, ging het de westerse mogendheden niet om macht of ideologie, maar voornamelijk om economisch gewin en uitbuiting.

De sociale geschiedenis ontstond als protest: in de geschiedenis was geen plek voor gewone mensen! Er miste een bottom-up-perspectief op het verleden, en dat was nu juist zo belangrijk. De stroming was in eerste instantie een reactie op de industriële revolutie, maar kreeg na 1960 pas echt veel invloed. De belangen van ‘gewone’ mensen en sociale bewegingen stonden nu centraal. Met deze bril op bekijken historici wat de kolonisatie van Algerije betekende voor de gemiddelde Algerijn of Fransman, en hoe de verschillende klassen in de koloniale maatschappij zich tot elkaar verhielden.

De jongste stroming is de culturele geschiedenis. Deze beweging vindt dat we gebeurtenissen moeten interpreteren door te kijken naar de sociale en culturele normen van die tijd. We moeten letten op macht, regels, normen en waarden. De officiële bronnen van het Franse koloniale bewind zullen amper iets  weergeven over vrouwen en minderheden, aangezien die toen niet de moeite van het bespreken waard waren. Hun ‘stiltes’ zijn te vinden tussen de regels door, en vertellen een verhaal over ongelijkheid en macht.

Ook zijn er pogingen om al deze structuren samen te brengen tot een allesomvattende theorie. Zo is er de Annales-school van de jaren zestig. Deze zoomt uit en kijkt naar demografische en klimatologische veranderingen over duizenden jaren om de opkomst en ondergang van beschavingen en ideologieën te verklaren.

Ook de Big History-stroming, die kijkt naar de geschiedenis vanaf de Big Bang en haast gelijk is aan evolutieleer, wint de laatste jaren terrein. Deze stroming heeft voordelen en nadelen. Zo biedt hij een ontzettend-lange-termijn-uitleg, maar werpt hij weer bar weinig licht op de rol van koloniale ideologie of macht.

nog steeds ligt de nadruk op invloedrijke individuen (vooral mannen) die op de proppen kwamen met grote ideologieën

De Annales-school hield zich bezig met de lange termijn van geschiedenis en probeerde patronen te ontdekken. De naam komt van het Latijnse annus (jaar) en wordt gebruikt als de libri annales (jaarboeken), waarin de Romeinen alle gebeurtenissen in een jaar chronologisch opschreven. Ze focusten zich niet zozeer op losse evenementen, als op de grote lijnen die de geschiedenis volgde.

In de stroming van Big History wordt de geschiedenis vanaf de oerknal bekeken - dus niet vanaf het menselijk bestaan, zoals veel andere stromingen vaak doen. Vanuit meerdere disciplines binnen de wetenschap wordt de geschiedenis onderzocht.

'Wild, wicked, gay and naughty' Algerije, in een CIA documentaire uit 1961, die de Algerijnse oorlog tegen de bezetter bekijkt.

Kind van zijn tijd

Het vak geschiedenis verandert dus voortdurend en is net zo goed zélf een kind van zijn tijd. Het is niet zomaar een objectieve methode waarmee je de waarheid zult vinden. In zekere mate wordt de waarheid gevormd door de historische bril die je opzet. Elke bril draagt verschillende waarden met zich mee, gevormd door de tijdgeest en de mensen die het vak uitoefenen.

Ja, dat gaat richting relativisme, waarin elke opvatting net zo veel waard is als de volgende. Maar, wacht even, wij vinden nu toch zeker niet dat de racistische koloniale ideologieën net zo ‘waar’ zijn als die van onszelf? Ook trekt zo’n bewering Von Rankes ideaal in twijfel, dat we waarheid zomaar zullen aantreffen in de primaire bronnen. Waarheid, bestaat die eigenlijk wel?

Goeie vraag, maar zo ver hoeven we hier niet eens te gaan. De hoeveelheid aan historische brillen betekent heus niet dat we nergens meer in mogen geloven. In tegendeel, het voordeel van dit brede assortiment is juist dat we nu verschillende brillen kunnen afwisselen. Op die manier bekijken we historische bronnen vanuit verschillende oogpunten, wat weer zorgt voor een beter begrip van het verleden. En dat was nou net de bedoeling!  

Elke bril leidt de aandacht naar een ander stukje van de puzzel. Het mooie van deze diversiteit? Hij biedt de ruimte voor het omarmen van nuance. Geschiedenis zegt dat de realiteit niet te vangen is in een allesomvattend model, hoe graag de sociale en exacte wetenschappen dit ook zouden willen. Het gevaar? Dat we door de bomen het bos niet meer zien; een verrekijker zou niet gek zijn.

de waarheid wordt gevormd door de historische bril die je opzet

Naar een idee van Anne van Mourik, Sophia Twigt en Daphné Dupont-Nivet

Anne van Mourik research en productie
Sophia Twigt illustraties
Daphné Dupont-Nivet longreads
Studio Plumeau animatie
Vincent Twigt muziek en mixage
Bashel de Vries sounddesign
Stijn van Vliet voice-over stem
Roy van Rosendaal opnames
Elly Scheele scenario advies
Iris Heusschen scenario advies
Nils von der Assen redactie longreads

©VPRO Dorst 2016