Een in Zweden veroordeelde ‘journalist’ was spil in een schimmig Iraans spel van spionage, intimidatie en mogelijk zelfs voorbereiding van nieuwe liquidaties op Nederlandse bodem. ‘Ik vertrouw niemand meer’. Argos reconstrueerde het dubbelleven van Raghdan al-H.

Raghdan al-H. wordt geboeid de rechtszaal in Stockholm binnengebracht. Het is 4 december en de zevende dag van zijn proces. Drie Iraanse Nederlanders zijn overgekomen naar Zweden om tegen hem te getuigen. Raghdan heeft hen bespioneerd en tegen betaling persoonlijke gegevens doorgegeven aan de Iraanse geheime dienst. Hij ontkent, onder het mom van journalistiek werk, maar heeft heel wat uit te leggen. Raghdan onderhield intensief contact met een Iraans telefoonnummer, deelde daar informatie mee en bracht de afgelopen paar jaar een handvol bliksembezoeken aan Teheran. Hij had geen inkomen en alleen op papier een baan bij een restaurant, maar ontving geregeld cash geld.

De deur van de rechtszaal sluit met een bons als het besloten deel van de zitting begint. De veiligheid van de getuigen - bedreigde politieke vluchtelingen - gaat boven openbaarheid. Ook is er informatie van buitenlandse veiligheidsdiensten die niet mag worden onthuld. 

Argos sprak met Nederlandse doelwitten en kreeg inzage in het strafdossier. Het geeft een onthullend inkijkje in de Iraanse flyktingspionage (vluchtelingenspionage) en toont aan hoe Teheran zelfs in Europa tegenstanders laat leven in angst.

Ahmad Mola Nissi

‘Ik wil een opname van de verklaring van Nahed. Ik zal je dankbaar zijn. En maak foto’s.’ Terwijl de Nederlandse Ahwazi-gemeenschap een dag na de moord op Ahmad Mola Nissi in Den Haag in shock is, bestookt een journalist Iraanse Nederlanders met verzoeken om informatie over alles wat er rond de rouwende familie van Nissi gebeurt. 

Nissi was een belangrijke voorman van een Arabische minderheid in Iran - de Ahwazi - die streeft naar een onafhankelijke staat. Nahed is zijn zoon. Nissi en andere Ahwaz-activisten zijn de afgelopen decennia naar Europa gevlucht maar ook hier laat de Iraanse geheime dienst ze niet met rust. Nederland houdt Iran op basis van informatie van de AIVD verantwoordelijk voor de liquidatie. Op de avond van de moord wil de journalist, een Irakees uit Zweden, al een interview met de familie. In de dagen erna vraagt hij via WhatsApp om de toespraak van Nahed te filmen, foto’s te maken van rouwbijeenkomsten en zelfs vast te leggen wie er bij de begrafenis aanwezig zijn.

Hij heeft dan al jaren grote belangstelling voor de Ahwaz-beweging in Europa. Hij mengt zich in app- en Facebookgroepen, bezoekt conferenties en demonstraties en zoekt contact met medewerkers van Ahwazna TV: het televisiekanaal van de activisten dat via satelliet uitzendt in Iran. Het tv-station heeft een professionele studio heeft op een bedrijventerrein in de buurt van Den Haag. Hij stelt zich voor als journalist Raghdan al-Khazali en trekt met de politiek activisten op alsof het zijn vrienden zijn. Hij wil overal bij zijn, maakt grapjes, lacht en geeft adviezen. Ook Khazali moet niets hebben van het Iraanse regime, zegt hij. Alleen zijn honger naar zelfs de kleinste details over mensen die betrokken zijn bij de Ahwaz-beweging valt op. Maar als vrijwillig medewerker van de Zweedse Arabischtalige nieuwssite Euro-Times, hij is er fotojournalist, lijkt dat ook weer niet zo vreemd.

In februari van dit jaar valt het doek voor Khazali, die in werkelijkheid Raghdan al-H. blijkt te heten. De Säkerhetspolisen, de Zweedse nationale veiligheidsdienst, heeft hem dan al maanden in het vizier, nadat door de Nederlandse activisten alarm is geslagen. Er ligt een arrestatiebevel klaar als de Iraakse Zweed vanuit Irak terugkeert naar vliegveld Arlanda bij Stockholm. De politie houdt hem direct na aankomst aan. Hij heeft een arsenaal aan telefoons en simkaarten bij zich. De apparatuur bevat een schat aan belastende informatie. 

H. blijkt over tal van Ahwaz-activisten informatie te hebben doorgespeeld aan Iran. Bijvoorbeeld over deelnemers aan conferenties die hij in 2015 heeft bezocht in Maastricht, Leiden en Den Haag. Maar vooral over Ahwazna TV en haar medewerkers, waar hij in 2017 en 2018 bezoeken heeft gebracht. Ook zocht hij contact met de in Denemarken woonachtige Habib Jabor, een prominente Ahwaz-leider en voorzitter van de onafhankelijkheidsbeweging ASMLA. Op Jabor werd in september 2018 ternauwernood een moordaanslag voorkomen. 

Zweden neemt de zaak zeer serieus. In gesprek met Argos zegt openbaar aanklager Hans-Jörgen Hanström dat de rechtszaak ook moet worden gezien als politiek signaal dat Zweden het niet pikt dat Iran in Europa spionnen inzet tegen vluchtelingen. Raghdan al-H. spioneerde volgens hem systematisch, langdurig en met een levensgroot risico op ‘vervolging, ernstig letsel of dood van oppositionele Ahwazi of hun familieleden’. H.’s vermoedelijke motief: geld.

Geen spel

‘Heb je onderhandeld en zijn jullie het eens geworden?’ Het is de nacht van 21 juni 2018, een paar minuten over vier. Raghdan al-H. krijgt het ene na het andere bericht van Kamil al-K., een oom van H.’s vrouw in Irak. ‘Ik heb je een boodschap gestuurd. Hebben we tijd om te bellen?’, whatsappt hij even later. 

‘Wat wil je nou Raghdan? Dit is geen spel! Het is een business met harde regels. Het is niet goed dat je de ene dag zaken doet met hen en de volgende dag geen antwoord geeft’, stuurt K. om 08.33 uur, als H. niet reageert. En om 08.36 uur: ‘Alsjeblieft. Verman jezelf. Zorg ervoor dat je verkoopt wat je aan hen zou verkopen. Ze zijn bereid het bedrag te voldoen. Zorg dat ze mij niet benaderen. Ik sta hier buiten.’

Pas tegen half elf antwoordt H.: ‘Ik heb geen goede waar en heb niets kunnen verkopen. Als ik ergens winst op kan maken, verkoop ik het direct, maar de markt is slecht. Als God het wil, ik zal het binnenkort nog een keer proberen.’

De week erop reist hij af naar Nederland. Raghdan bezoekt de studio van Ahwazna TV in de Haagse regio. Hij is er weleens eerder geweest en logeert thuis bij een van de presentatoren. 

Als rechercheurs H. een jaar later in de gevangenis van Kronoberg ondervragen, wil hij weinig meer kwijt over het gesprek met zijn familielid: 

‘Waar gaat deze chat over?’ 
‘Geen commentaar’ 
‘Het lijkt alsof je zaken doet met iemand.’
‘Geen commentaar’ 
‘Wat is het wat je aan hen verkoopt?’
‘Geen commentaar’. 

H. krijgt foto’s voorgelegd die hij maakte tijdens zijn bezoek aan Nederland. Het zijn beelden die weinig met journalistiek werk van doen hebben: kentekens, inloggegevens, voordeuren en trappenhuizen van woningen en bijna ieder detail van de televisiestudio. Hij heeft er geen duidelijke verklaring voor. 

‘Dit lijkt op een wifirouter.’ 
‘Ik zie niet waar het is’
‘De foto is gemaakt in Nederland.’ 
‘Ik weet het niet meer.’
‘Er zijn ook foto’s van een deur, een intercom en brievenbussen.’
‘Ik weet niet meer waar de foto’s zijn genomen en waarom.’

Nona

Meest opvallend zijn Raghdan al-H.’s gesprekken met ‘Nona’. In een van de telefoons van H. is deze Nona - met een Iraans nummer - het enige contact. Voor en na het bezoek aan Nederland is er voortdurend communicatie tussen de twee. 

‘Ik heb jouw spullen bij mijn vriend achtergelaten en hij zal morgen of vrijdag contact opnemen met Nadjran in Najaf’, is één van de berichten van Nona aan H.. Niet veel later stuurt Nadjran, een broer van Raghdan in Irak, een som van 4.500 dollar naar een schimmig wisselkantoor annex reisbureau in Stockholm. Raghdan haalt het bedrag waarschijnlijk cash op. Van de transactie is geen administratie meer voorhanden.

Volgens H. is ‘Nona’ een videoproductiebedrijfje in Irak waar hij contact mee had om samen een documentaire te maken. De Zweedse inlichtingendienst heeft geen enkele aanwijzing kunnen vinden dat Nona echt bestaat. Sterker: in geheime documenten van de dienst staat dat ‘Nona’ via zijn e-mailadres en telefoonnummer te linken is aan Iran en de Iraanse inlichtingendienst. Argos heeft met geolocatie het IP-adres van e-mails van Nona herleid tot de Iraanse hoofdstad Teheran of directe omgeving.

Uit berichtenverkeer wordt duidelijk dat ‘Nona’ Raghdan heeft aangestuurd en dat familielid Kamil el-K. als tussenpersoon fungeerde voor de overdracht van informatie. Ook K. heeft banden met Iran. Zo heeft hij een huis in Teheran en is zijn vrouw Iraanse. Uit app- en mailverkeer wordt duidelijk dat de drie elkaar kennen. Als Raghdan Nona’s mails niet beantwoordt, dan waarschuwt K. dat hij dat wel moet doen omdat ‘ze’ anders bij K. aan de deur komen. 

‘Nona’ vraagt in het appverkeer met H. gericht naar de mensen van Ahwazna TV. ‘Vergeet zenderdirecteur Jacob en Isa niet’, staat in een van de berichten. Zonder verder duidelijk te maken wat hij bedoelt noemt hij hen ‘de sleutel’. H. informeert ondertussen voortdurend bij Ahwaz-activisten waar Jacob is en weet ook het kenteken van diens auto te fotograferen. Bij Isa is hij zelfs persoonlijk op bezoek geweest.

Moordplan

‘Dit moet te maken hebben met een plan om iemand om te brengen, misschien wel mijzelf’. Het is het eerste wat Isa denkt als de Nederlands politie hem dit jaar foto’s laat zien. Raghdan al-H. heeft ze genomen in de studio van Ahwazna TV en bij hem thuis in de omgeving van Den Haag. 

De presentator van Ahwazna TV vertelt het in de woonkamer van zijn flat. Raghdan al-H. was hier als journalist van Euro-Times te gast toen hij vorig jaar in Nederland was. De achterkant van de wifirouter op de vloer van het appartement is ook te zien op Raghdans foto’s. Net als de voordeur, de galerij, het trappenhuis, de entree van de flat en zelfs de straat voor het huis en de steeg erachter. De beelden zijn doorgespeeld naar de Iraanse geheime dienst. Sindsdien loopt Isa rond met een noodknop om zijn hals. Het toont dat een nieuwe moordaanslag door Iran op Nederlandse bodem ook voor de Nederlandse autoriteiten een reëel scenario is. 

Raghdan presenteert zich als vriend van de Ahwaz-zaak, maar wekt wantrouwen als hij steeds verder doorvraagt. ‘Raghdan ging heel gedetailleerde vragen stellen over mijn familie en met wie ik nog precies contact had in Iran’, vertelt Isa. Als Isa en zijn collega’s een foto onder ogen krijgen van Raghdan met de beruchte Iraakse militieleider Qais Khazali, die nauw aan Iran is gelieerd, weten ze het zeker. De Nederlandse Iraniërs stappen naar de politie en inlichtingendienst in Denemarken, waar het hoofdkwartier van hun beweging is gevestigd. 

Isa is een van de mannen uit Nederland die in Zweden tegen Raghdan al-H.hebben getuigd. Nasser, ook vrijwilliger bij Ahwazna TV, is een van de anderen. Beiden zijn uit Iran gevlucht omdat het er voor hen niet meer veilig was. Ze hebben er zelfs in de gevangenis gezeten. Nasser kwam vorig jaar in het nieuws toen hij politiek Den Haag opriep om zijn uitzetting te voorkomen. Hij vreest voor zijn leven en zat naar eigen zeggen zelfs in een safehouse.

Raghdan benaderde hem als vriend vertelt Nasser in de studio van Ahwazna TV, zijn werkplek die tot in detail is vastgelegd door de ‘journalist’. Ook hij gelooft dat de informatie die Raghdan heeft verzameld, was bedoeld om een nieuwe moord voor te bereiden. 

De Iraanse geheime dienst bedreigt Nasser nog altijd. Tot twee keer toe zijn familieleden in Iran opgepakt. De boodschap: je komt terug of we vermoorden je in Nederland. De laatste keer, zeer recent,  kreeg hij dat bericht naar eigen zeggen via zijn moeder, die bezoek had gekregen van de Iraanse geheime dienst. 

De ontmaskering van Raghdan kwam voor Nasser als een schok. ‘Ik vertrouw niemand meer’.