Minister Grapperhaus is verplicht om een veelbesproken politiedocument over de zaak van oud-Transavia-piloot Julio Poch aan de Tweede Kamer te sturen. Dit zeggen hoogleraren staats- en bestuursrecht Paul Bovend’Eert en Wim Voermans, in reactie op het handelen van Grapperhaus. De minister weigert om de Kamer inzage te geven in het politiek pikante verslag van een verbindingsofficier van de Nederlandse politie. De SP bereidt nu een motie voor om het stuk alsnog naar het parlement te krijgen.

‘De minister heeft staatsrechtelijk gezien gewoon de plicht om dit document naar de Kamer te sturen’, zegt Bovend’Eert. ‘Bovendien heeft hij zelf ook beloofd om alle stukken die in deze zaak nog zouden worden gevonden, aan de Kamer te overhandigen.’

Wim Voermans ziet Grapperhaus ‘allerlei trucs’ gebruiken om de Grondwet te omzeilen en het stuk niet te hoeven openbaren. ‘Hij probeert tijd te kopen. Als hij die documenten moet geven, kan daar een pijnlijke waarheid uit naar boven komen.’

Een meerderheid van de Tweede Kamer vroeg Grapperhaus om inzage in twee documenten die waren opgedoken door Nieuwsuur, RTL Nieuws en VPRO-radioprogramma Bureau Buitenland. Het eerste stuk betrof een ambtelijke nota. Daaruit bleek dat de Nederlandse Staat een veel grotere rol speelde in de zaak-Poch dan de minister heeft aangegeven. Het tweede document is een zogeheten ‘journaal’ uit begin 2008 van de toenmalige Nederlandse politieliaison in Latijns Amerika.

Hierin staat onder meer dat het Koninklijk Huis op de hoogte was van het toen nog zeer prille politieonderzoek naar Poch. Het is de eerste keer in de zaak-Poch dat in een overheidsdocument letterlijk gewag wordt gemaakt van het koningshuis.

Na lang aandringen gaf Grapperhaus de nota die Nieuwsuur boven water haalde, vertrouwelijk ter inzage aan de Kamer – ook al omdat Nieuwsuur de volledige inhoud van het stuk al had gepubliceerd. Maar het verslag van de politieliaison over het koningshuis dat RTL Nieuws en Bureau Buitenland hebben ingezien, maakt de minister op geen enkele manier openbaar, bleek deze week uit zijn antwoorden op Kamervragen.

Grapperhaus zegt in deze kwestie ‘terughoudend’ te zijn met het verstrekken van stukken, om de commissie-Machielse niet voor de voeten te lopen. De commissie, die de zaak-Poch onderzoekt na onthullingen van Argos, eind 2018, heeft ‘uitdrukkelijk’ laten weten dat het onderzoek kan worden gehinderd ‘indien vóór oplevering van het rapport afzonderlijke documenten (…) in de openbaarheid komen’, schrijft de minister. ‘Dit kan ertoe leiden dat personen die de commissie in het kader van haar onderzoek nog wil horen, beïnvloed of vooringenomen worden.’

De Kamer wil juist van dat document het naadje van de kous weten. Waarom wist het Koninklijk Huis begin 2008 al van het onderzoek naar Poch? Had dit wellicht te maken met Jorge Zorreguieta, de vader van koningin Maxima? Zo ja, waarom dan?

Transavia-piloot Julio Poch werd strafrechtelijk onderzocht omdat hij ervan werd verdacht als marinepiloot tijdens de Argentijnse dictatuur tegenstanders van de militaire junta levend uit vliegtuigen te hebben gegooid. Zorreguieta werd nooit vervolgd, hoewel hij minister was in datzelfde regime. 

‘Heel rommelig’ en ‘gesteggel’, kwalificeert hoogleraar Bovend’Eert het optreden van minister Grapperhaus. ‘De inlichtingenplicht van de minister aan de Tweede Kamer functioneert op dit moment heel slecht. Als Grapperhaus had gezegd: ik stuur de stukken naar de Kamer zodra de commissie klaar is met haar onderzoek, dan heeft hij misschien een punt. Maar dat schrijft hij niet. Het blijft nu onduidelijk, terwijl hij wel de plicht heeft om dat document te geven als de Kamer er naar vraagt.’

Wim Voermans noemt Grapperhaus’ verwijzing naar het onderzoek van de commissie-Machielse ‘grote flauwekul’. De minister ‘doet alsof die commissie een rechterlijke instantie is’, zegt Voermans, ‘en zaken die onder de rechter zijn, daar mag je je zogenaamd niet mee bemoeien. Maar dat is niets meer dan slimme spin van de minister. Die commissie heeft namelijk geen enkele status, die kan ook niemand onder ede horen, die kan alleen maar interviews doen.

‘En hoezo zullen personen worden beïnvloed als er tussentijds documenten openbaar worden? Je kunt het ook omdraaien: misschien willen mensen dan juist méér gaan vertellen, omdat ze misschien in de gaten krijgen dat ze onderdeel zijn geweest van een politiek spelletje. Er is maar één legitieme reden om de Kamer niet te informeren, en dat is als het belang van de Staat in het geding is. Maar dat heb ik Grapperhaus in deze zaak nog niet horen zeggen.’

Julio Poch werd eind 2017 na acht jaar voorarrest in Argentinië unaniem vrijgesproken van betrokkenheid bij de moorden door de Argentijnse junta. Omdat Nederland volgens Poch een kwalijke rol speelde bij het strafrechtelijk onderzoek, zijn aanhouding in Spanje en de uitlevering via Spanje aan Argentinië, eisen advocaten Geert-Jan en Carry Knoops namens de oud-Transavia-piloot een schadevergoeding van de Staat.