We trekken dezer dagen massaal de buitenlucht in om te bewegen. Afgelopen week verscheen daarbij het nieuws, zo ook in een eerdere versie van dit artikel, dat we in beweging beter meer dan anderhalve meter afstand houden. Maar daarvoor blijkt onvoldoende bewijs te zijn. "Het is vooral belangrijk dat sporters aandacht hebben voor een zekere basishygiëne", aldus epidemioloog Pierre Van Damme.

Zelfisolatie gecombineerd met een fijn lentezonnetje in corona-tijden: het verleidt ons er dezer dagen massaal toe om buiten te gaan wandelen, fietsen of lopen. En dat is ook gezond, geven experts aan. "Sporten verbetert onze natuurlijke weerstand en dat is momenteel de enige afweer die we hebben tegen het coronavirus," aldus media-arts Marleen Finoulst op EOS Wetenschap

Maar toch stellen we ons soms vragen. Over de verspreiding van het coronavirus door de lucht was de voorbije weken al heel wat te doen. In de buitenlucht lopen we vandaag zoveel mogelijk met een boog om elkaar heen. Maar wat bijvoorbeeld als fietsers of lopers elkaar hijgend, snotterend of spuwend passeren? En wat als we met zijn tweeën of drieën op pad gaan. Blijft sporten in de buitenlucht dan altijd even veilig? 

Anderhalve meter, of meer?

Dat het coronavirus zich vooral verspreidt via onzichtbaar kleine speeksel- of slijmdruppeltjes, daar zijn virologen het over eens. Die druppeltjes komen vrij wanneer iemand spreekt, hoest of niest. Op basis daarvan raadt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) aan om minstens één meter afstand te houden van elkaar, de zogenaamde ‘social distancing’. In de meeste landen, zoals Nederland, is de officiële richtlijn zelfs anderhalve meter. 

Maar over die afstand is heel wat discussie. Verschillende wetenschappelijke studies publiceerden recent alarmerende resultaten. Zo zorgde een onderzoek van het prestigieuze Massachussets Institute of Technology (MIT) vorige week nog voor ophef. Daarin werd gesteld dat druppels van een nies- of hoestbui zich in een warme en vochtige atmosfeer tot wel zes of acht meter ver kunnen verplaatsen. De studie noemde de maatregel van anderhalve meter ‘achterhaald’. 

Geen verspreiding via de lucht 

Wat voorlopig bekend is over de lucht rond Covid-19-patiënten is gelukkig geruststellender. "Belangrijk om te weten is dat het bij dit coronavirus om een druppelinfectie gaat, en geen aerosolinfectie," benadrukt epidemioloog Pierre Van Damme aan de Universiteit Antwerpen. Mocht het virus tot die tweede groep behoren, zou het verspreid worden via een nevel van minuscule druppeltjes die tot wel tien à twintig meter ver kunnen komen. In het geval van een druppelinfectie gaat het om grotere druppels die veel sneller neervallen. 

Ook de WHO geeft aan dat er geen bewijs is dat het virus echt door de lucht wordt (over)gedragen. Dat is volgens Van Damme ook te zien in het huidige verloop van de besmetting. "De epidemiologische gegevens in Italië en China tonen dat iedere besmette persoon ongeveer twee à drie andere personen besmet," aldus Van Damme. "Mocht het om een aerosolinfectie gaan, zouden we een verspreidingspatroon hebben waarbij één persoon meer dan tien personen gaat besmetten."

Het probleem met de studies is volgens virologen dat ideale laboratoriumomstandigheden meestal verschillen van de dagelijkse realiteit, waar het virus minder lang overleeft. Bovendien is er ook een bepaalde concentratie aan virus nodig om iemand te besmetten. Linsey Marr, expert in de materie, vergelijkt in de New York Times de verspreiding met een wolkje waterdamp dat je uitademt op een koude dag. “Dat klinkt eng, maar tenzij je dichtbij iemand staat, is de hoeveelheid waaraan je wordt blootgesteld zeer laag." "In de buitenlucht volstaat tussen twee mensen anderhalve meter in principe om niemand te besmetten," aldus Van Damme. 

De slipstream van sporters 

Maar blijft die stelling overeind als we sporten? Afgelopen week verschenen er daarover meerdere berichten. Nieuw onderzoek van de KU Leuven en de TU Eindhoven zou aangetoond hebben dat sporters in beweging beter veel meer afstand houden. Vooral achter elkaar wandelen, lopen of fietsen houdt risico’s in, luidde het op basis van computersimulaties. 

Het was verantwoordelijke Bert Blocken, professor aerodynamica, die in Het Laatste Nieuws zelf zijn bevindingen uit de doeken deed. Daarbij verwees hij naar het fenomeen van de slipstream, de zone die ontstaat vlak achter een persoon die loopt of fietst en die de lucht "als het ware een beetje meetrekt". Sporters maken daar graag gebruik van, omdat dit minder inspanning vraagt. Maar als iemand tijdens zijn inspanning, hoest, niest of zelfs gewoon uitademt, laat die persoon daarin een wolk van druppels achter. Wanneer achterliggers door die druppelwolk gaan, kunnen ze deze druppels opnemen, zo liet Blocken optekenen. 

Daarom raadde hij aan om in deze corona-tijden alleen al tijdens het wandelen zeker vier à vijf meter afstand van elkaar te houden. Voor lopen of rustig fietsen gaf hij tien meter op, voor fietsen aan 30 of 40 km/uur zelfs twintig meter. "Hoe sneller je rijdt, hoe meer risico dat je in contact komt met druppeltjes van je voorganger," aldus Blocken. Ook tijdens het inhalen konden sporters hier volgens hem best rekening mee houden, door hun inhaalbeweging op tijd in te zetten (video). 

Geen officiële studie

Maar met de studie blijken er een heel aantal problemen te zijn. Zo merkte Vice op dat er om te beginnen gewoon nog geen officiële studie is. Volgens Vice omzeilden Blocken en zijn team met de publicatie van hun bevindingen "alle standaard wetenschappelijke publicatieprotocollen". Bovendien zijn de resultaten uit hun context getrokken: het feit dat er druppels overgedragen worden, betekent immers nog niet dat er sprake is van besmetting. 

Op Twitter gaf professor Blocken zelf toe dat hij niet het gangbare proces van peer-review en academische controle gevolgd had, "omdat de crisis urgent is". "We wilden geen bevindingen achter gesloten deuren houden tot we de tijd gevonden hadden om deze volledig uit te schrijven," zegt hij daarover. "Als we het tegenovergestelde gedaan hadden, zouden we daarop kritiek gekregen hebben. Het is nooit mogelijk om voor iedereen goed te doen."

Anderhalve meter afstand volstaat 

Inmiddels werd het nieuws echter overgenomen door verschillende (internationale) media. Waar verschillende academici de bevindingen aanvankelijk voor waar aannamen, uiten zij nu kritiek op de actie van Blocken. Het klopt misschien dat er druppels overgedragen worden tijdens het sporten, maar dat betekent niet per se dat je besmet wordt, benadrukken virologen. 

Over het risico op besmetting in de buitenlucht is er nog veel discussie in de wetenschappelijke wereld. Daarbij is het belangrijker om te kijken hoeveel virus overgedragen wordt via een bepaalde weg, dan waar deze druppels zich bevinden, geeft epidemioloog William Hanage (Harvard) aan bij Vice. Het RIVM laat in De Volkskrant wel weten het onderzoek van Blocken en zijn team mee te nemen in zijn afwegingen. Meer onderzoek is dan ook nodig, maar voorlopig is er volgens experts geen reden om voor sporters andere richtlijnen te hanteren.

Dat geeft ook viroloog Steven Van Gucht aan op VRT NWS: "Dat je door zo’n druppelwolk besmet zou worden, is zeer onwaarschijnlijk. Als er waterdruppeltjes in de buitenlucht terechtkomen, worden die onmiddellijk verdund door de wind. Je moet dus niet bang zijn om te gaan wandelen, lopen of fietsen." Epidemioloog Van Damme zegt daarover in een tweede reactie: "best pas je je afstand misschien wat aan aan je snelheid, maar in principe is anderhalve meter voldoende." 

Hygiëne tijdens het sporten 

Toch is sporten niet helemaal zonder risico op besmetting. Zo richt epidemioloog Pierre Van Damme zich wel expliciet tot fietsers en lopers die in volle inspanning hun neus leegmaken of speeksel uitspuwen. "Het is niet goed dat die lichaamsvloeistoffen zomaar ronddwarrelen of in het milieu belanden," aldus Van Damme. "Zorg vooral dat je daar geen anderen aan blootstelt, maar overweeg toch ook om bijvoorbeeld een papieren zakdoekje te gebruiken."

Die mening deelt ook viroloog Marc Van Ranst. Hij deed op Twitter een week geleden al een cynische oproep aan wielertoeristen om hun snot niet in het rond te laten vliegen: "Dat was gisteren onhygiënisch, dat is vandaag onhygiënisch en onverantwoord, en dat gaat morgen nog altijd onhygiënisch zijn. Hou rekening met andere mensen."

Sport, maar hou met een aantal zaken rekening 

Dat sporten dezer dagen gezond én belangrijk is, daar zijn de experts het in ieder geval over eens. Belangrijk is daarbij in de eerste plaats wel dat je naar je lichaam luistert en jezelf niet overbelast. Onder meer op ScienceAlert geven enkele sportwetenschappers daarom raad voor de ‘juiste hoeveelheid sport’. Sporten kan dan je immuunsysteem versterken. 

Anders dan eerder deze week aangegeven werd, is vooralsnog onvoldoende bewezen dat extra afstand moet worden gehouden als je daarvoor de buitenlucht opzoekt. De bevindingen over de ‘druppelwolk’ van de KU Leuven en de TU Eindhoven zijn interessant, maar moeten eerst de academische controle doorstaan. Vervolgens moeten ze nog verder onderzocht worden door virologen, vooraleer er uitspraken kunnen gedaan worden over het risico op coronabesmetting. Anderhalve meter blijft dus voorlopig de richtlijn tijdens het sporten.

Daarnaast waarschuwen virologen er ook voor dat je anderen in gevaar kan brengen door tijdens je inspanning te spuwen of je neus leeg te maken. Het beste is daarom een zakdoek mee te nemen. Van Damme pleit er overigens voor om daar niet alleen nu aandacht voor te hebben: "Ik denk dat we naar de toekomst toe misschien eens moeten nadenken over een bepaalde etiquette van sporters. Ook tijdens het sporten is een bepaalde basishygiëne belangrijk."

Dit artikel is een gecorrigeerde versie van de tekst die op 9 april 2020 op verscheen.