In ‘Xi, Xi wat jij niet ziet’ onderzoekt Medialogica hoe de Chinese overheid probeert ons beeld van China te beïnvloeden. De Volksrepubliek van president Xi Jinping hanteert daarbij de wortel en de stok. Hij financiert het Nederlandse taalonderwijs en intimideert correspondenten.
Medialogica benaderde verschillende Nederlandse Chinacorrespondenten. Geen van allen willen ze aan deze uitzending meewerken. De reden is veelal dezelfde: de mogelijke reactie van de Chinese autoriteiten, en de gevolgen die dat heeft voor hun journalistieke werk aldaar.
Oud-Chinacorrespondent Tom Van de Weghe van de Vlaamse omroep VRT sprak wel met Medialogica. Volgens de Belgische journalist is zelfcensuur niet te vermijden. 'Als je succesvol wilt zijn als correspondent in China moet je meespelen met het spel. Je kan kritische berichten brengen maar je moet dat afwisselen met positieve geluiden.'
Veel correspondenten hebben een lokale assistent die hen helpt bij de berichtgeving. Deze nieuwsassistenten krijgen zelden de credits, ook niet van Nederlandse correspondenten. Toch hebben zij een grote invloed op wat wij te zien en te horen krijgen.
Behalve intimidatie, past China ook publieksdiplomatie toe. Bijvoorbeeld via het Groningen Confucius Instituut, een deels door China betaalde en aangestuurde instelling. Het Instituut sponsort veertien middelbare scholen die Chinese les geven. Volgens de directeur van het Confucius Instituut, dr. Jingyi Liu, leren inmiddels 2872 Nederlandse scholieren Chinees op kosten van de Volksrepubliek. Volgens Liu doet China dat ‘om de dialoog te bevorderen’. Volgens critici bedrijft China pr via de schoolbanken.