Eindredacteur Ger van Westing, die op verzoek van Vermeulen van Nieuwsuur overstapte naar de VPRO om met hem te werken, roemt zijn werklust en bevlogenheid. Bram kan rustig op zondagavond om elf uur nog kan appen dat Ger beslist dit belangwekkende artikel uit The New Yorker moet lezen. Vermeulen moet hartelijk lachen als hij het hoort. ‘Zei hij dat? Ger kan er zelf ook wat van hoor!’
Praat met Vermeulen en je vliegt in anderhalf uur de halve wereld over: van Nagorno-Karabach naar Manilla, van de Centraal-Afrikaanse Republiek naar Eritrea. Het zijn niet de makkelijkste onderwerpen die hij kiest. Vermeulen maakt verhalen die vrijwel niemand anders maakt, op plekken waar vrijwel niemand anders komt. Soms letterlijk.
‘Ik werd een keer gebeld door Christiaan Triebert, een Nederlandse onderzoeksjournalist die voor de New York Times werkt. Die was erachter gekomen dat wij met de VPRO voor onze reisserie over de Sahara in een uithoek van Mauritanië zijn geweest die nog nooit door iemand anders was gefilmd. Dat was gewoon een plek waarvan geen beeld bestond. Behalve wat wij hadden gemaakt. Het is ook echt een uithoek, met alleen maar leeg land, waar geen coördinaten van zijn. Die uitzending ging over slavernij in Mauritanië, dat bestaat daar nog steeds. Online is die heel goed bekeken, terwijl ik voordat we op reis gingen een gesprek had met iemand van de NPO die zei: “Mauritanië, wat moeten we dáár nou?”’