Boeken

Siddhartha Mukherjee & Ad Vingerhoets

In het boek 'De keizer aller ziektes' beschrijft de Amerikaanse oncoloog Siddhartha Mukherjee de geschiedenis en toekomst van de medische strijd tegen kanker. In 'Tranen' brengt psycholoog en gedragswetenschapper Ad Vingerhoets in kaart wat er over tranen bekend is en wat hun functie is.

Kanker is onlosmakelijk verbonden met onze samenleving: naarmate we als mens langer leven, zorgen we onvermijdelijk voor meer kwaadaardig groeiende cellen. Anders dan vaak wordt gedacht is kanker geen recent ontstane ‘welvaartsziekte’. In het boek De keizer aller ziektes beschrijft de Amerikaanse oncoloog Siddhartha Mukherjee de geschiedenis van de medische strijd tegen deze groteske, veelzijdige ziekte. Wat is er de afgelopen vierduizend jaar veranderd aan behandeling en prognose, en wat zouden we later in dit millennium kunnen verwachten?

In 2004 vroeg een vrouwelijke patiënt, die Siddhartha Mukherjee behandelde, naar de geschiedenis van de ziekte waar zij tegen streed. Vergeefs zocht Mukherjee naar een boek dat hij kon aanbevelen. Zo’n 5000 boeken zijn er over kanker geschreven, maar een historisch overzicht ontbrak. Mukherjee besloot om de ontwikkelingen in het medisch denken over kanker zelf in kaart te brengen.

De oudst bekende beschrijving is gevonden op een Egyptische papyrusrol uit de zestiende eeuw v.Chr. die de volledige gezondheidsleer van Imhotep beschrijft, een befaamde Egyptische arts, die rond 2625 v.Chr. heeft geleefd. De papyrus maakt duidelijk dat Imhotep het heeft over een ziekte met een ‘uitpuilend gezwel in de borst’. Hij stelt een diagnose, maar zegt ‘Er is geen behandeling’. In 500 v.Chr. geeft de Perzische koningin Atossa een Griekse slaaf de opdracht om met een mes haar door kanker aangetaste borst af te snijden. Tweehonderd jaar later, in Thracië, identificeert Hippocrates de tumor als een karkinos (Grieks voor krab). Het is een naam die tot in het heden zal doorklinken.

Volgens Mukherjee kwam de medische doorbraak pas in 1840 toen de Duitse patholoog Rudolf Virchow (1821-1902) onzichtbare ziekten op cellulair niveau begon te beschrijven. Toen hij door zijn microscoop naar door kanker aangetast weefsel keek, ontdekte hij dat de cellen zich ongebreideld vermeerderden. Dankzij Virchow weten we dat door onbeheerste celdeling weefselmassa’s (tumoren) ontstaan, die organen binnendringen en normaal weefsel verwoesten.

In het boek De keizer aller ziektes doet Mukherjee verslag van alle ontdekkingen, tegenslagen en overwinningen tot en met de hoopvolle ontwikkelingen van de laatste tien jaar. In vijfhonderd pagina’s bewijst hij waarom de ziekte met recht aanspraak maakt op de titel ‘keizer aller ziektes, koning aller angsten’.

Tranen worden geassocieerd met puurheid en klaarheid, met reiniging. Van oudsher zijn tranen in verband gebracht met bovennatuurlijke krachten. In het boek Tranen brengt psycholoog en gedragswetenschapper Ad Vingerhoets in kaart wat er over tranen bekend is, wat hun functie is. Wat is er bekend over de evolutie van tranen? Welke hersenstructuren en hormonen zijn erbij betrokken? Waarom huilt de een meer dan de ander? En welke invloed heeft cultuur op het huilgedrag?

Charles Darwin, de grondlegger van de evolutietheorie, onderkende het nut van huilen bij kinderen, om aandacht te trekken of voor pijnverlichting, maar over emotionele tranen beweerde hij dat het nooit een nuttige functie heeft gehad. Volgens Vingerhoets hebben tranen echter een grote bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van empathische vermogens en het vermogen tot samenwerken en sociale binding. De traan als signaal voor de psychische gesteldheid. Ons gezicht is immers bij uitstek het medium om onze gevoelens te uiten.

Voor zijn boek deed Ad Vingerhoets uitgebreid onderzoek onder 5500 respondenten uit 37 landen. Opvallend uit het onderzoek is dat er in koudere landen meer wordt gehuild dan in warmere landen. En in de avonduren worden er ook meer tranen geteld. Aanleidingen om te huilen komen voort uit verlies, machteloosheid en verbondenheid.

“We realiseren ons niet dat huilen een gedrag is,” wil Vingerhoets met zijn boek benadrukken. “Een gedrag dat net als alle andere gedragingen ook onder invloed is van sociale en culturele factoren.” Het zijn uiteindelijk de hersenen die bepalen of een situatie aanleiding geeft om te huilen. Maar waarom tranen? Welke rol spelen die precies? Het boek Tranen ontraadselt ons huilgedrag.