Jeroen van Kan spreekt met Willem Otterspeer over 'De kleine Huizinga. De klassieke herfsttij der middeleeuwen samengevat.' Ook te gast is slavist en specialist Russische kunst van de vroege twintigste eeuw Sjeng Scheijen over zijn nieuwe boek 'De Avant-gardisten'.

VPRO Boeken
Uitzending: zondag 12 mei, 11.20 uur, NPO 1
Presentatie: Jeroen van Kan

Willem Otterspeer

Jeroen van Kan spreekt met Willem Otterspeer over De kleine Huizinga. De klassieke herfsttij der middeleeuwen samengevat.

Johan Huizinga (1872-1945) is zonder concurrentie de beroemdste Nederlandse historicus. Hij is tegelijk ook onnavolgbaar en vaak niet goed begrepen. Er is ook niet zo gemakkelijk samenhang in zijn werk te ontdekken. Zijn bekendste boeken, Herfsttij der Middeleeuwen (1919), Erasmus (1924), In de schaduwen van morgen (1935) en Homo ludens (1938) laten achtereenvolgens een historicus, een biograaf, een cultuurcriticus en een antropoloog aan het woord. Toch is die samenhang er wel, misschien wel groter dan bij welke andere historicus ook. Maar om die te ontdekken moet men Huizinga niet als historicus lezen maar als schrijver. Zijn schrijverschap maakte dat hij onze enige reële kanshebber op de Nobelprijs was en dat hij nog steeds gelezen wordt. In dit kleine boekje probeert Willem Otterspeer na te gaan, wat Huizinga tot een echte schrijver maakt, waarom Herfsttij der Middeleeuwen zo’n fascinerend boek is en waarom het raadsel van Huizinga tegelijk het raadsel van het lezen en het leven is.

Sjeng Scheijen

Ook te gast is slavist en specialist Russische kunst van de vroege twintigste eeuw Sjeng Scheijen over zijn nieuwe boek De Avant-gardisten.

Rusland, oktober 1917. De bolsjewieken grijpen de macht. Rusland en de wereld zullen nooit meer hetzelfde zijn. Vijf maanden na de revolutie benoemen de nieuwe machthebbers nu wereldberoemde kunstenaars als Kazimir Malevitsj, Vasili Kandinsky, Vladimir Tatlin en Marc Chagall op hoge ambtelijke posten in het zojuist gevormde ‘Volkscommissariaat van Verlichting’. Deze ‘avant-gardisten’ willen de straten en de pleinen, het onderwijs en uiteindelijk de mens zelf opnieuw vormgeven. De verbeelding aan de macht! Maar de bolsjewieken hebben eigenlijk geen idee wie die door hen aangestelde hemelbestormers en dromers zijn, en de kunstenaars zelf zijn politiek volkomen naïef.
Al snel valt de coalitie tussen bolsjewieken en avant-gardisten uit elkaar. Terwijl de reputatie van deze radicale kunstenaars in Europa groeit, worden zij in de nieuwe Sovjetstaat gemarginaliseerd en onderdrukt. Sommigen emigreren naar Europa, anderen blijven en zinken langzaam weg in het moeras van Stalins terreurstaat.

De Avant-gardisten is het eerste boek waarin deze verbijsterende geschiedenis in zijn geheel is beschreven. Gebruikmakend van een ongehoorde hoeveelheid dagboekfragmenten, brieven, memoires en belangrijke nieuwe archiefvondsten, brengt Sjeng Scheijen de dramatische, soms hartverscheurende verhalen van deze kunstenaars weergaloos tot leven.