Stephen Frears kwam speciaal naar Amsterdam om zijn nieuwe film Chéri te promoten. Maar hij bleek weinig spraakzaam. ‘Ik kan je het antwoord nog niet geven, want dat moet mijn verstand nog bereiken.’

De Britse regisseur Stephen Frears (1941) is een van de weinige belangrijke regisseurs die zich niet nadrukkelijk met het scenario bezighoudt. Hij schrijft ze niet, en gaat ook niet op zoek naar verhalen. Als Frears geen film maakt zit hij thuis… en wacht . Wacht tot er een script voorbij komt waarin iets zit dat ‘tot leven gekust’ kan worden. Wat dat precies is weet hij niet. ‘Waarom ik iets mooi vind is onbewust. Daar kom ik meestal pas tien jaar later achter.’

Misschien hadden we Frears dan ook tien jaar later moeten spreken over zijn nieuwe film Chéri, want hoewel hij helemaal naar Amsterdam kwam om de film te promoten, bleven zijn antwoorden kort, teleurstellend kort.

‘Jij wil anekdotes omdat je wilt mythologiseren,’ werpt hij mij halverwege het interview voor de voeten als ik hem probeer te bewegen iets langere antwoorden te geven. ‘ Journalisten liegen en creëren illusies. In mijn films haal ik de illusie juist weg, omdat ik de essentie van het menselijk gedrag wil blootleggen.’

Het is een van de weinige keren tijdens het gesprek dat hij iets van zijn drijfveren en ideeën wil prijsgeven. Verder beperkt hij zich tot korte, feitelijke antwoorden, waaruit je niet zou vermoeden dat je tegenover de maker zit van sprankelende films als My Beautiful Laundrette, The Grifters, Dangerous Liaisons en The Queen.

Chéri, naar een roman van de Franse schrijfster Colette (1873-1954), is niet van hetzelfde niveau als bovenstaand viertal, maar sprankelt – met name in de dialogen – wel degelijk. De film vertelt het verhaal van de oudere courtisane Léa de Lonval (Michelle Pfeiffer) die de jonge, beeldschone Chéri (Rupert Friend) onder haar hoede neemt, en dan – tegen haar eigen verbazing in – verliefd wordt.

Kende u Colette?
‘Ik wist dat ze schrijfster was, maar ik had nog nooit iets van haar gelezen.’

En kende u de tijd waarover ze schrijft, de ‘belle epoque’?

‘Nee, en dat interesseerde me ook niet. Netzomin als de 18de eeuw trouwens [waarin Frears’ doorbraakfilm Dangerous Liaisons zich afspeelt–red.]. Ik ben omringd door mensen die veel slimmer zijn dan ik en me over vanalles en nog wat adviseren. Over de kleding, de meubels, de huizen. Het is het werk van de regisseur om vragen te stellen. Alles wat ik doe is vragen stellen.’

Zegt de film ook iets over het leven nu?
‘De film gaat over rijke mensen, en rijke mensen zijn – zeker sinds Thatcher en Blair – heel dominant geworden in onze maatschappij. Dat is nu allemaal op een ramp uitgelopen, en wat dat betreft kan je wel zeggen dat de film extreem voorspellend is.’

Als Chéri over een oude man en een jonge minnares was gegaan, was de man al gauw als ‘dirty old man’ weggezet. Was u niet bang dat dit het verhaal van een ‘ dirty old woman’ zou worden?

‘Dat is nog niet eerder bij me opgekomen . Op de een of andere manier werkt het bij oudere vrouwen niet zo. Je gunt die vrouwen hun jonge minnaar.’

Was het moeilijk Michelle Pfeiffer voor deze rol over te halen?
‘Nee. Ik belde haar op een vrijdag en zei dat ik een goed script voor haar had, en op maandag zei ze: “Ja, natuurlijk doe ik mee.” Ze is ook niet gek, ze weet donders goed wat een goed script is.’

Ze speelt een courtisane en moet regelmatig uit de kleren. Leverde dat problemen op?
‘Daar kwamen we samen wel uit. Je kan acteurs niet iets laten doen wat ze niet willen. Je moet situaties zo maken dat ze zich durven laten zien. Fysiek en psychisch.’

Er is wel naakt, maar weinig seks…
‘Dat is een kwestie van smaak, lijkt me. Seks is vaak zo saai.’

Ik zeg het, omdat op de poster van de film staat: ‘’Geef je over aan een opwindend spel van verleiding’, wat zo’n beetje haaks staat op de werkelijke inhoud van de film.
‘Dat hoor ik voor het eerst. Het staat niet op de Engelse poster. Ik weet zo weinig van marketing dat ik dat graag aan anderen overlaat. Maar als ik dit zo hoor, denk ik dat ik er toch wat meer bij betrokken zou moeten zijn.’

Nadat u Michelle Pfeiffer had gecast, moest u op zoek naar iemand die Chéri kon spelen, een verwende mooie jongen die volgens Léa iemand is zonder enige persoonlijkheid. Hoe vind je zo iemand?

‘ Ik vond Rupert al aardig toen hij de kamer binnenkwam.’

Wij moeten ons met deze verwende, mooie jongen kunnen identificeren. Waarom dacht u dat Rupert Friend daartoe in staat zou zijn?
‘Hij deed een goede auditie. Hij ontroerde. Was kwetsbaar. Hij zal wel de scéne hebben gespeeld waarin Chéri, die de zoon van een courtisane is, zegt dat hij zich net als alle andere, weggemoffelde kinderen van courtisanes een wees voelt.’

Was het belangrijk dat ook Michelle Pfeiffer hem aardig vond?

‘Ik heb haar een tape van Ruperts auditie gestuurd, en zij antwoordde dat hij er wel uitzag als iemand op wie zij verliefd kon worden. Toen ze elkaar ontmoetten klikte het ook gelijk. Godlof, want anders waren de opnamen 400 keer moeilijker geworden, en had je het ook in de film teruggezien.’

In uw laatste drie films zijn er steeds hoofdrollen voor sterke, oudere vrouwen; Judi Dench in Mr Henderson Presents, Helen Mirren in The Queen, en nu Michelle Pfeiffer in Chéri. Toeval?
‘Die films zijn er, en het lijkt dat daar ergens een verband is. Maar waarom ik nu precies die drie films achter elkaar heb gemaakt, ik zou het niet weten. Dat ligt ergens in mijn onbewuste opgeslagen .’

U heeft zich de vraag zelf nog niet gesteld?
‘Jawel , en ik kwam tot de conclusie dat het wellicht iets met mijn moeder te maken heeft. Helen Mirren in The Queen zeker, die lijkt wel wat op mijn moeder. Michelle Pfeiffer minder. Maar ik kan je het antwoord nog niet geven, want dat moet mijn verstand nog bereiken.’

Chéri gaat donderdag in première.