Voor liefdesdrama Cold War putte regisseur Pawel Pawlikowski inspiratie uit de turbulente relatie van zijn ouders.

'Film noir, dat is een vrouw met een verleden en een man zonder toekomst,’ legde Martin Koolhoven onlangs nog uit in het programma De kijk van Koolhoven. Het Poolse liefdesdrama Cold War voldoet subliem aan die eisen, en is ook nog eens gefilmd in zwart-wit en gesitueerd in de jaren vijftig. Femme fatale van dienst is zangeres Zula (prachtrol van Joanna Kulig), die wordt ontdekt door pianist Wiktor (Tomasz Kot). Ze reizen samen het land door met een traditionele zang- en dansgroep, en raken verwikkeld in een onstuimige romance, met dramatische gevolgen.

Regisseur Pawel Pawlikowski, bekend van opgroeidrama My Summer of Love (2004) en het met prijzen overladen Ida (2013), was er niet per se op uit een film noir te maken, vertelt hij telefonisch vanuit Warschau: ‘Ach, dat zijn labels voor recensenten. Ik krijg ook te horen dat de film doet denken aan Casablanca en het werk van Bergman en Tarkovski. En dat snap ik wel, maar zelf ben ik geen moment bezig met genres of filmische verwijzingen. Hooguit heb ik in de casting gezocht naar acteurs met een klassieke uitstraling – Tomasz Kot heeft iets van Gregory Peck, Joanna Kulig iets van Jeanne Moreau. Maar verder heb ik mezelf alleen maar afgevraagd hoe ik dit verhaal, waar ik al heel lang mee rondloop, zo goed mogelijk kon vertellen. En daarvoor val ik dan vanzelf terug op mijn persoonlijke trukendoos: gestileerde beelden, muziek, ironie, religieuze verwijzingen.’

Klopt het dat Zula en Wiktor op uw ouders zijn gebaseerd? Zelfs naar hen zijn vernoemd?
‘Ja, het verhaal is losjes gebaseerd op de relatie van mijn ouders, die niet met en niet zonder elkaar konden. Over een periode van veertig jaar gingen ze steeds opnieuw uit elkaar, om dan toch weer samen te komen. Natuurlijk heb ik veel veranderd en weggelaten, het echte leven is te ingewikkeld om na te vertellen in een film. Voor het gemak had ik de personages in het script hun namen gegeven, en ten slotte besloot ik dat maar zo te laten, omdat die namen zo goed pasten.’

'De muziek is nu haast een derde partner in de relatie, de Heilige Geest in de drie-eenheid, die Zula en Wiktor steeds weer samenbrengt'

Pawel Pawlikowski

Joanna Kulig in Cold War

Het verhaal eindigt dramatisch, maar ook bijna sprookjesachtig. Is dat ook uit het leven gegrepen?
‘Het slot is niet ver verwijderd van de waarheid. Maar daar wil ik verder eigenlijk niet op ingaan.’

Terug naar het begin dan, als Zula en Wiktor elkaar ontmoeten in de muziekgroep. De zang- en dansscènes zijn fantastisch. Hoe kwam u op die muzikale setting?
‘Aanvankelijk had ik alleen die romance, dus ik zocht nog een element om het verhaal op gang te brengen, een rode draad. Toen kwam ik de zang- en dansgroep Mazowsze op het spoor, die traditionele Poolse liedjes verzamelt en uitvoert. De groep werd vlak na de Tweede Wereldoorlog opgericht door een echtpaar dat het hele Poolse platteland afstruinde met een bandrecorder, om ter plekke lokale zangers op te nemen. Dat vond ik een prachtig gegeven, dus heb ik het in het verhaal verwerkt, en ik vroeg Mazowsze mee te werken aan de muziekscènes. De muziek is nu haast een derde partner in de relatie, de Heilige Geest in de drie-eenheid, die Zula en Wiktor steeds weer samenbrengt en inspireert. Maar ik vond het ook mooi om op deze manier een specifiek stukje Poolse geschiedenis te kunnen belichten.’

Cold War heeft opvallende overeenkomsten met uw vorige film Ida. Enerzijds het zwart-wit en het opvallende beeldformaat, anderzijds de historische Poolse setting …
‘Ik vind deze film zelf stilistisch behoorlijk anders. Ida was meditatief, sober, heel katholiek. Deze film is veel bruisender, de camera is heel beweeglijk, het zwart-wit heeft meer diepte. Maar goed, als je ze vergelijkt met Hollywoodblockbusters …’

Nou, ook als je ze vergelijkt met uw eigen eerdere films: die waren Engelstalig en in kleur.
‘Dat is waar. Deze film bouwt ook zeker voort op Ida. Ik wil alleen zeggen dat ik mijn best heb gedaan niet in herhaling te vallen. Je wilt er geen kunstje van maken.’

Zo komt het ook zeker niet over! Maar vanwaar ineens die stemmige Poolse verhalen, relatief laat in uw carrière als filmmaker?
‘Dat heeft alles te maken met mijn persoonlijke omstandigheden. Ik ben in Polen opgegroeid, maar als tiener onverwacht met mijn moeder naar Groot-Brittannië geëmigreerd. Daar heb ik me gesetteld. Toen ik filmmaker werd, wilde ik graag verhalen vertellen over andere delen van de wereld, en dat heb ik ook een paar keer gedaan, maar op den duur kreeg ik kinderen en wilde ik niet meer maandenlang van huis zijn. Er is meer in het leven dan cinema, en soms moet je concessies doen. Dus maakte ik diverse films in Engeland. Maar uiteindelijk begon het wel te kriebelen: ik kreeg steeds meer zin om mijn roots te gaan ontdekken. Toen de kinderen eenmaal volwassen waren, ben ik dus teruggekeerd naar Polen. En hier stuitte ik op zo veel verhalen, zoveel onontdekte geschiedenis. Wat dat betreft kan ik nog tijden vooruit.’

Beschouwt u Cold War zelf ook als een soort fabel over de verhouding tussen Oost en West?
‘Zoiets heb ik er niet bewust ingestopt. Natuurlijk wist ik dat het liefdesverhaal door de historische context een diepere betekenis kon krijgen, maar als je bewust metaforen in een verhaal stopt, wordt het al snel potsierlijk. Je moet gewoon zo goed en puur mogelijk vertellen, dan ontstaat er vaak meer dan je zelf had bedacht.’

Meer over Cold War