Das Experiment begint waar de Stanford-simulatie ophield

Das Experiment van Oliver Hirschbiegel

Gerhard Busch ,

Een even vergaand als omstreden experiment was het, dat begin jaren zeventig aan de Stanford Universiteit plaatsvond. Twaalf studenten simuleerden dat ze gevangen zaten, zes anderen fungeerden als hun bewakers. Een studie naar de effecten van groepsgedrag op het individu, zo heette het destijds. Na zes dagen werd de proef afgebroken, omdat de zaak volledig uit de hand liep. De Duitse regisseur Oliver Hirschbiegel pakte de draad ruim dertig jaar later op en maakte de speelfilm Das Experiment.

In de zomer van 1971 vond aan de Stanford Universiteit in Palo Alto, Californië, een psychologisch experiment plaats dat later bekend en berucht is geworden als The Stanford Prison Experiment. Achttien studenten die zich hadden opgegeven als vrijwilliger werden in een gesimuleerde gevangenis geplaatst. Zes van hen kregen de rol van bewaker toebedeeld, de rest werd gevangene.

Initiatiefnemer Philip G. Zimbardo wilde onderzoeken 'what would happen when you put good people in an evil place' en ging heel ver in het nabootsen van het werkelijke gevangenisleven. De bewakers kregen een uniform en een knuppel, terwijl de gevangenen werden gevisiteerd, 'ontluisd', en hun kleren moesten verruilen voor een lang gevangenishemd (zonder ondergoed!). Het haar in een haarnetje, een ketting om de enkels en het identiteitsnummer op het hemd moesten de ontmenselijking en vernedering nog groter maken.

De studie naar de effecten van groeps- en sociale druk op het individu zou twee weken moeten duren, maar werd al na zes dagen stopgezet. De bewakers begonnen zich steeds sadistischer te gedragen en de gevangenen werden apathisch of depressief.

Het experiment spreekt blijkbaar nog steeds tot de verbeelding. Vorige maand was op BBC 2 in de vierdelige tv-serie The Experiment te zien wat er gebeurt als je het experiment dertig jaar later nog eens dunnetjes overdoet, en vorig jaar maakte de Duitse regisseur Oliver Hirschbiegel de speelfilm Das Experiment, dat gebaseerd is op de gebeurtenissen in Stanford.

De televisieversie is tam vergeleken met het origineel. Zimbardo en co. hadden na afloop veel kritiek gekregen op het feit dat ze het experiment uit de hand hadden laten lopen, en het is duidelijk dat de BBC dat risico niet wilde lopen. De condities werden op veel punten aangepast en wat overblijft is niet meer dan een slap aftreksel. Waarbij je je nog kan afvragen of er met de tv- versie zuiver wetenschappelijke doelen werden gediend. Het riekt meer naar de zoveelste Big Brother-kloon.

Regisseur Hirschbiegel daarentegen kende geen ethische beperkingen. Hij werkte met acteurs, niet met 'echte' mensen. Hij kon in Das Experiment zo ver gaan als hij maar wilde.

Uitgangspunt van de film is Mario Giordano's boek Black Box uit 1998. Daarin verplaatste de schrijver het Stanford-experiment naar Duitsland. Tarek Fahd (gespeeld door Lola Rennt-acteur Moritz Bleibtreu) is taxichauffeur in Keulen en reageert, net als een handvol andere mannen, op een advertentie in de krant waar vrijwilligers DM 4000 wordt geboden voor een 14-daags experiment in een gesimuleerde gevangenis. Tarek, ex-journalist, ziet 'eine gute Story' en weet zijn oude chef het verhaal al op voorhand te verkopen. Met een minicamera in zijn bril en de vaste wil de boel eens flink op te stoken (dat levert immers het beste verhaal op) meldt hij zich aan voor het experiment. Hij wordt ingedeeld bij de gevangenen en heeft na een dag de zaken al op scherp staan.

Jammer genoeg voor Tarek laten de bewakers niet zomaar over zich heenlopen. Vooral ene Berus ( Justus von Dohnànyi), een onwelriekend burgermannetje dat aanvankelijk ook bij de mede-bewakers niet goed ligt, ontpopt zich als een sadistische machtswellusteling. In Elvis-imitator Eckert ( Timo Dierkes) heeft hij zijn ideale folterknecht.

In Stanford werd destijds ingegrepen voor er slachtoffers vielen. Hirschbiegel, die in interviews als grote voorbeelden Amerikaanse actieregisseurs als Howard Hawks, John Huston en Ridley Scott noemt, begreep dat hij in zijn film verder kon en móest gaan. Essentieel voor hem was wel dat 'alles was im Film passiert, glaubwürdig und möglich und denkbar sein sollte.'

Daarin is hij heel aardig geslaagd. De film laat zien wat er in Stanford na de zesde dag allemaal had kunnen gebeuren. Voor sommige critici ging Hirschbiegel te ver, maar zijn verdediging dat de gebeurtenissen in zijn film raakvlakken hebben met zinloos geweld, dat makkelijk en vaak onverklaarbaar uit de hand loopt zodra iemand begint te meppen, is overtuigend en afdoende.

Das Experiment is tot de laatste seconde spannend, maar wordt nodeloos opgehouden door een geforceerde liefdesgeschiedenis tussen Tarek en de Hollandse Dora ( Maren Eggert). Ze ontmoeten elkaar vlak voordat hij zich voor het experiment meldt, en de herinnering aan hun ene, gepassioneerde liefdesnacht blijkt om meerdere redenen Tareks redding.

Vrouwen spelen in Das Experiment sowieso een nogal romantische rol. Ze belichamen ofwel de rede (Dr. Jutta Grimm, de assistent van professor Tohn, die het experiment vergeefs probeert stop te zetten), ofwel geloof, hoop en liefde (Dora). De lagere emoties vind je alleen terug bij de mannen.

Das Experiment is dan ook een film over mannen. Niet voor niets draaide Hirschbiegel tijdens de opnamen de hele tijd muziek uit David Finchers The Fight Club, waarin de krachteloze, zoekende man van nu centraal staat. Hirschbiegel zelf ontkent dat zijn film een statement over de moderne man is. Hij wilde niets anders dan superieure, anti-intellectuele Unterhaltungskino bieden, en vond dat op zich al ambitieus genoeg.

Het grappige van de film is, dat de opnamen wel iets weg hadden van het oorspronkelijke experiment. De scènes werden in chronologische volgorde gedraaid (ondermeer vanwege de toenemende baardgroei) in de kelder van een voormalige kabelfabriek. De acteurs verbleven zo, twaalf tot veertien uur per dag, dertig dagen lang, in en rond de 'gevangenis'. Al na twee dagen lunchten de bewakers en gevangenen apart.

Net als Zimbardo destijds, ging ook Hirschbiegel soms te veel in zijn rol op. Omdat hij veel scènes op de set liet ontstaan was voor de acteurs niet altijd duidelijk hoelang gedraaid werd. En Hirschbiegel liet dat ook bewust in het midden. Hij gaf zijn acteurs algemene opdrachten en zag wel hoe een en ander zich zou ontwikkelen. Hij ging daarin steeds verder, onder het mom: 'Ein bisschen geht noch, ein bisschen geht noch.' Naar verluidt zijn ongelukken à la Stanford uitgebleven.