Chroniqueur van de ondergang

J.G. Ballard overleden op 78-jarige leeftijd

In een interview liet de zaterdag overleden schrijver J.G. Ballard (78) ooit weten dat hij soms fantaseerde over een rustige oude dag ergens in de bergen, waar hij zich beheerst maar gestaag dood zou drinken.

De uitspraak, hoewel waarschijnlijk provocerend bedoeld, was typerend voor zijn symbiotische relatie met alcohol. Gedurende een belangrijke fase van zijn loopbaan consumeerde hij dagelijks driekwart fles Johnny Walker, met als doel zijn overspannen verbeelding enigszins te kalmeren, en zo ‘een vriendelijk geestelijk microklimaat’ te scheppen waarin hij kon schrijven.

Net als Churchill kon Ballard stellen: ‘I took more out of alcohol than alcohol took out of me’. De whisky maakte hem niet apathisch, maar juist productief. Toen artsen een paar jaar geleden prostaatkanker bij hem constateerden, was dat voor Ballard geen aanleiding zijn eerdere uitspraak gestand te doen en het stervensproces door alcoholconsumptie te versnellen. Hij schreef, integendeel, een van de mooiste autobiografieën van de laatste jaren: Shanghai to Shepperton .

Ballard behoort tot het groepje auteurs wier naam een adjectief is geworden. Het woord Ballardian is opgenomen in Collins English Dictionary en verwijst onder meer naar ‘distopische moderniteit’ en ‘troosteloze, door de mens verwoeste landschappen’.

Ballard verwierf zijn reputatie als chroniqueur van een door technologie, willekeur en amoreel materialisme beheerste wereld met romans die gebruik maakten van elementen uit genres als sciencefiction en fantasy.

Tot zijn belangrijkste boeken behoren The Drowned World (1962), waarin de hoofdpersoon de chaos van een postapocalyptische wereld koestert, The Atrocity Exhibition (1970) waarin onder meer wordt gepoogd een logica te vinden voor de moord op John F. Kennedy, Crash (1973), dat zich verdiept zich in de heimelijke seksuele connotaties van auto- ongelukken en Running Wild (1988), waarin de gruwelijke gevolgen worden geschetst van het opgroeien in een wereld met slechts materialistische idealen.

Door zijn compromisloze schrijfstijl en onderwerpskeuze, bleef Ballard lang een cultfiguur met de status van provocateur en avant-gardist, die vooral aanzien genoot in artistieke kringen.

Bij een breder publiek raakte Ballard bekend dankzij zijn autobiografische roman Empire of the Sun (1984) en het vervolg daarop The Kindness of Women (1991). Het eerste boek werd verfilmd door Stephen Spielberg, en vertelt het verhaal van de Britse, in Shanghai woonachtige jongetje Jim, dat tijdens de Tweede Wereldoorlog in een Japans kamp belandt.

Hoewel hij de werkelijkheid hier en daar naar zijn hand heeft gezet, is Empire of the Sun in veel opzichten een betrouwbare weergave van Ballards jeugdjaren. James Graham ‘Jim’ Ballard werd in 1930 geboren als zoon van een zakenman die in Shanghai een Britse textielfabrikant vertegenwoordigde.

Tijdens zijn stiekeme fietstochten door de stad, leerde Jim Shanghai kennen als een bruisende, kosmopolitische stad, maar ook als een wreed en smerig oord waar handelaartjes, riksjarijders en weeskinderen dagelijks om hun bestaan vochten.

Nadat de Japanners in 1937 een deel van China hadden bezet – maar niet de internationale wijk – brachten de Ballards en de andere westerlingen dikwijls bij wijze van uitstapje bezoeken aan de slagvelden buiten de stad. Daar zag de jonge Jim niet alleen de wrakken van vliegtuigen, tanks, auto’s die in zijn latere werk vaak zouden terugkeren, maar ook de kadavers van dieren en mensen. Ook Chinese doodskisten in de Whangpoo-rivier vormden een vertrouwd beeld.

Het leidt geen twijfel dat die bizarre werkelijkheid van Shanghai in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw een belangrijke literaire inspiratiebron voor Ballard is geweest. Ook de plotselinge dood van zijn echtgenote Mary, in 1963, waardoor hij in zijn eentje hun drie kleine kinderen moest opvoeden en tegelijkertijd de kost verdienen, zal van ontzagwekkende invloed zijn geweest, niet alleen op de mens Jim Ballard, maar ook op de schrijver.

De ‘ Ballardiaanse’ inhoud van zijn boeken ten spijt, bleef de schrijver zelf echter een aimabel mens. ‘Mensen die me nooit hebben ontmoet, verwachten een Burroughsachtige figuur, die dronken of stoned zijn kinderen molesteert’, zei hij eens. ‘In werkelijkheid ben ik een nogal burgerlijke man.’