In de latere films van Woody Allen (1935) lijkt het wel alsof hij zijn vertrouwen in de mensheid heeft verloren. De mens is doortrapt en egoïstisch (Match Point), duurzame relaties zijn onmogelijk (Vicky Cristina Barcelona) en domheid is het beste wapen tegen het leven (You Will Meet a Tall Dark Stranger). Maar in Midnight in Paris lijkt de oude meester weer een strohalm gevonden te hebben.

Dat begint al met de acteur die Allen, die altijd erg veel zorg besteedt aan de casting van zijn films, heeft gekozen als zijn alter ego. Geen misantropische , hypernerveuze intellectueel uit New York, maar een romantische goedzak uit Texas, Owen Wilson.

Wilson speelt de Amerikaanse schrijver Gil, die met zijn verloofde Inez (type tuthola) en schoonouders (type Tea Party) naar Parijs is gekomen. Gil is een succesvolle schrijver van soapseries, maar zou al het geld dat hij daarmee verdient zo inruilen voor die ene Great American Novel . Bij voorkeur over de jaren twintig, toen de fine fleur van literatuur en schilderkunst samenkwam in Parijs.

Gils nostalgische verlangens zijn blijkbaar zo sterk dat om middernacht een stokoude Peugeot komt voorrijden en hem meeneemt naar de verafgode jaren twintig, waar hij ontmoetingen heeft met schrijvers als F. Scott Fitzgerald, Ernest Hemmingway en Gertrude Stein, en met de schilders Picasso en Salvador Dali.

En zo gaat Gil iedere nacht klokke twaalf terug in de tijd. Allen doet geen enkele poging die tijdreis uit te leggen of te verklaren. Begrijpelijk, want elke uitleg zou belachelijker zijn dan van de kijker te vragen het simpelweg te accepteren. En accepteren is makkelijk, want de episodes in het verleden zijn veel interessanter en amusanter dan die in het heden.

Dat is gelijk het grote bezwaar tegen Midnight in Paris. De reeks ontmoetingen zijn soms hilarisch (vooral die met Dali en diens maatje Luis Bunuel), maar de film mist een groot verhaal. Uiteindelijk is Midnight in Paris een aaneenschakeling van cameo’s. En het is veelzeggend dat die korte optredens – van acteurs als Kathy Bates, Marion Cotillard, Adrien Brody en ook Frankrijks ‘first lady’ (of is dat: ‘madame première’?) Carla Bruni – veel spannender zijn dan de gedoemde relatie tussen Gil en Inez.