Matthew Vaughn is op nazi-jacht dit jaar. Eerder stuurde hij als regisseur van X-Men: First Class een stelletje mutanten op wraakmissie richting een enge kampwetenschapper, ditmaal laat hij als scenarist een trio Mossad agenten de chirurg van Birkenau opsporen. Twee totaal verschillende films met hetzelfde thema aan de basis – een traumatische gebeurtenis die decennia later nog steeds het leven en de identiteit van de betrokken personen bepaalt.

Drie geheim agenten gaan in de jaren ’60 undercover in Oost-Duitsland om een Mengele-achtig type op te sporen en mee te nemen naar Israel. Dertig jaar later blijken ze nationale helden en wordt er zelfs een boek over één van hen geschreven. Maar onderling wisselen de drie betekenisvolle blikken waardoor twijfel over het hele verhaal begint te knagen. Wat wordt er precies verzwegen?

Regisseur John Madden probeert de spanning rondom die vraag op te bouwen door heen en weer te springen in de tijd. Het probleem daarbij is dat het deel dat zich concentreert op de missie vele malen interessanter is dan dat waarin de veteranen worstelen met spoken uit het verleden. De oudere versies van de personages, gespeeld door respectabele namen als Helen Mirren, Ciarán Hinds en Tom Wilkinson, mogen vooral gepijnigd kijken, terwijl de jonkies met het beste materiaal aan de haal gaan.

Vooral Jessica Chastain heeft als de jonge Rachel een aantal fijne momenten als ze alleen is met de Duitser. Hij heeft na de oorlog een andere identiteit aangenomen en is werkzaam als gynaecoloog. Om zeker te weten dat Dokter Bernhardt, een glansrol van Jesper Christensen, de echte oorlogsmisdadiger is moet ze als patiënt bij hem op bezoek . De scènes waarin ze met haar voeten in de beugels ligt en hij haar wantrouwend en kil ondervraagt terwijl hij met een eendenbek aan de gang is broeien van de onderhuidse spanning.
 
Suspense heeft Madden als regisseur duidelijk onder de knie. Maar als actie het overneemt hapert de film. De montage is te traag en saai waardoor scenes met spektakel geforceerd aanvoelen. De climax van de film, waarin Helen Mirren nog even handelend moet optreden, is eerder lachwekkend dan enerverend. Ook de dramatische ruggengraat van de film werkt niet doordat het contrast tussen de twee delen van de film te groot is en de persoonlijke ontwikkelingen te vluchtig zijn uitgewerkt. Uiteindelijk is The Debt daardoor geen sfeervolle spionagethriller, maar een onevenwichtige verzameling geslaagde en minder geslaagde onderdelen.