Gespierde, net niet helemaal naakte kerels vormen het hoofdingrediënt van het luchtige drama Magic Mike, maar daarmee is de film heus niet alleen geschikt voor heterovrouwen en homo’s. Een beetje metroman moet zich voldoende kunnen laten meeslepen door de vlotte regie, gevatte dialogen en verrassend goede acteurs. En wie weet, misschien zelfs door de aanstekelijke stripacts.

Magic Mike is losjes gebaseerd op de ervaringen van hoofdrolspeler Channing Tatum, die de film tevens produceerde. Vóór Tatum een tieneridool werd met formulewerk als G.I. Joe en de Step Up-films, verdiende hij een jaartje de kost als schaars geklede danser in louche nachtclubs. En als we Magic Mike mogen geloven, was dat helemaal niet zo’n vernederende ervaring – het strippen wordt weliswaar niet voorgesteld als hoogstaande carrièreoptie, maar Mike en zijn maten hebben het op het eerste gezicht lang niet slecht. Ze verdienen lekker, krijgen alle vrouwen die ze willen en vieren schijnbaar altijd feest.

Veelzijdig regisseur Steven Soderbergh brengt het allemaal met flair in beeld. Zoals meestal, hanteert hij zelf (onder het pseudoniem Peter Andrews) de camera, wat veel soepele takes en originele invalshoeken oplevert. Hoewel het verhaal wat licht-dramatische wendingen heeft die raken aan de thema’s van serieuze Soderbergh-drama’s als Traffic (drugs, criminaliteit) en The Girlfriend Experience (onpersoonlijke seks), doet Magic Mike qua toon meer denken aan zijn films Out of Sight en Ocean’s Eleven.

En de stripacts? Die zijn geloofwaardig sleazy én behoorlijk knap uitgevoerd. Dat Tatum kan dansen was al bekend van Step Up, maar ook Matthew McConaughey, de aalgladde leider van het gezelschap, is verrassend in vorm.

Nog verrassender is misschien wel dat Tatum ook buiten de dansacts heel geloofwaardig is. Enerzijds is hij de gebekte hedonist die met volle teugen geniet van zijn lifestyle, anderzijds een onzekere jongen die droomt van een carrière als meubelmaker en begint te stotteren bij de ontmoeting met een leuk, intelligent meisje dat weinig moet hebben van zijn weekendbaan ( veelbelovende nieuwkomer Cody Horn).

Die tweestrijd van de hoofdpersoon, daar hadden we best meer van willen zien. De emotionele diepgang van vergelijkbare milieuportretten als Boogie Nights en The Wrestler weet Soderbergh nergens te bereiken. Uiteraard kan hij als serieuze filmmaker niet om de keerzijden van de ongure stripperscene heen, maar de uiteindelijke transformatie van de hoofdpersoon blijft wat clichématig en onuitgewerkt.

Wat resteert is een amusante blik in een platte wereld , met een hoofdpersoon die we graag beter hadden leren kennen.