Het is wel duidelijk wie de filmische helden zijn van Olivier Babinet en Fred Kihn. Hun Robert Mitchum est mort, dat op één quote na verder niets met de Hollywoodacteur uit de titel te maken heeft, ademt de invloed van Jim Jarmush, David Lynch en Aki Kaurismäki. Maar de twee Franse regisseurs maken van de roadmovie over een derderangs acteur en zijn manische manager vooral een verzameling losse ingrediënten die nergens een eigen identiteit heeft en niet in de buurt komt van het werk van hun meesters.

Franky (Pablo Nicomedes) lijdt aan slapeloosheid en is een waardeloos acteur . Alleen een scène uit zijn lievelingsfilm Fatal Angel, een knipoog naar Mitchums Angel Face, kan hij aardig playbacken. Toch gelooft manager Arsène ( Olivier Gourmet) heilig in de roem en rijkdom die zijn protegé hem gaat brengen. Zo erg zelfs dat hij ze in een gestolen auto van Frankrijk naar de poolcirkel rijdt in de hoop een beroemde regisseur te spreken over een rol in diens nieuwste film.

Babinet en Kihn creëren een aantal markante figuren. Onderweg pikken de twee Fransen nog een excentrieke muzikant op, en plaatsen die in absurde situaties en troosteloze decors. Het verhaal lijkt ervoor opgeofferd en het geheel wordt doorspekt met zelfreflexiviteit en verwijzingen naar andere regisseurs of het proces van filmmaken. Maar de verschillende elementen voelen geforceerd samengebracht en vormen nergens één organisch geheel. In tegenstelling tot bijvoorbeeld het werk van Kaurismäki, waar de gestileerde rariteiten altijd verweven zijn met een doorbloed en uitgediept verhaal.

Wel zijn de slechtverlichtte tankstations, verlaten havengebieden en andere desolate settings prachtig in beeld gebracht door Timo Salminen, niet toevallig een regelmatige kracht bij de films van Kaurismäki. Ook het acteerwerk van Olivier Gourmet, die een vaste acteur is van de broers Dardenne, is de moeite van het bekijken waard. Was alles netjes samengekomen dan hadden Babinet en Kihn een eigenzinnige en charmante roadmovie afgeleverd, maar daarvoor waren ze duidelijk te veel met een schuin oog naar andermans werk aan het kijken.