De negenjarige Rachel is een aandoenlijk buitenbeentje, dat de wereld vanonder haar rechte pony met grote ogen beziet. Zij heeft heel wat te stellen met haar goedbedoelende maar wereldvreemde moeder (Agnès Jaoui), introverte vader (Denis Podalydès), die als kind de Shoah overleefde, en eigenzinnige oma met wie ze haar slaapkamer moet delen.

Ook op school gaat niet alles naar wens: een van haar leraressen, die steevast gekleed gaat in weinig verhullende pakjes, doet het misschien wel met de schooldirecteur en de gymleraar. Rachel is heimelijk verliefd op de grote broer van een van haar klasgenootjes en bij een ander klasgenootje probeert ze uit alle macht in het gevlei te komen: ‘Als ik jouw moeder terug zou kunnen brengen door de mijne te doden, zou ik dat direct doen.’

Als moeder ontdekt dat haar meiske met haar schooltas op de rug naar bed gaat, besluit zij dat het tijd is voor een bezoek aan een kinderpsycholoog. De vriendelijke mevrouw Teblo ( Isabella Rossellini) verstaat gelukkig haar vak, en heeft al snel in de gaten wie het echte probleem is.

Du vent dans mes mollets (de titel is een verwijzing naar de fietsende Rachel die de wind langs haar kuiten voelt strelen) is gebaseerd op de gelijknamige roman, annex strip, annex theatervoorstelling van co-scenariste Raphaële Moussafir. Carine Tardieu maakte er een film van die niet wil kiezen tussen drama en komedie; kleurrijk sprookje en coming of age; huwelijksdrama en tijdsdocument (de film is gesitueerd in de jaren tachtig). Du vent dans mes mollets verandert zelfs kortstondig in een natuurfilm.

De film staat bol van de pijnlijke situaties, die keer op keer worden gered door een geruststellende blik of een droogkomische oneliner , of een kwartslag worden gekanteld middels een fraai verbeelde droomsequentie.

Dat is aanvankelijk best onderhoudend en charmant, maar na verloop van tijd zo quirky dat je er jeuk van krijgt.