Cormac McCarthy won in 2007 een Pulitzer voor zijn door John Hillcoat verfilmde roman The Road, en leverde in datzelfde jaar het bronmateriaal voor het meesterwerk No Country for Old Men van de gebroeders Coen. Toen de inmiddels tachtigjarige schrijver zelf een kant en klaar scenario afleverde voor een drugsthriller, waren de verwachtingen vanzelfsprekend hooggespannen.

De verwachtingen stegen nog eens toen vervolgens acteurs als Michael Fassbender, Penélope Cruz, Brad Pitt, Cameron Diaz en Javier Bardem werden aangetrokken, en Ridley Scott (Blade Runner, Alien) ging regisseren. Maar helaas blijken literatuur en film weer eens behoorlijk verschillende disciplines.

' Diamonds are ultimately defined by their flaws,'  onderwijst Bruno Ganz in een bijrolletje. Het is één van de metaforen die in de vele existentialistische mijmeringen voorbijkomt en de tentakels der symboliek uitslaat in het cynische universum van McCarthy. Want gebreken, daar weten zijn hoofdpersonages alles van. In zijn wereld is de mens slechts een verzameling imperfecties, gecorrumpeerd door macht, gierigheid en seks. Het levert een aantal kille figuren op waar je als kijker weinig binding mee hebt.

The Counselor (Michael Fassbender), die vooral veel ongevraagd advies krijgt van de andere personages, is een succesvolle advocaat die wat extra geld nodig heeft om de perfecte verlovingsring te kunnen kopen. Hij besluit daarom eenmalig mee te doen met een drugsdeal van zijn vriend Reiner (Javier Bardem). Maar Bardem, die met een stekelvarkencoupe een nieuw hoogtepunt toevoegt aan zijn reeks bizarre filmkapsels, waarschuwt hem opzichtig. In deze wereld verlies je, letterlijk of figuurlijk, snel het hoofd. Natuurlijk gaan de zaken mis en vervolgens van kwaad tot erger.

Filmconventies zijn, op wat archetypes na, niet aan McCarthy besteed. Dat is soms verfrissend, bijvoorbeeld als je verhaaltechnisch weinig houvast krijgt en alles zelf een beetje bij elkaar moet puzzelen, maar maakt de film tegelijk problematisch. Zijn ellenlange , allesoverheersende dialogen zijn afstandelijk en lijken pogingen om volledige hoofdstukken tekst te comprimeren in enkele minuten op het scherm. Daar zit af en toe een fijne uiteenzetting tussen over kapitalisme en het kwaad in de mensheid, maar slaat ook regelmatig door naar saai en pretentieus gezwets.

Verlossing van deze praatgroepjes komt in de vorm van wat actie. De ene keer is dat een achtervolging, de andere keer is dat Cameron Diaz die zich bevredigt op de autoruit van een Ferrari, en in alle gevallen klinkt dat veel spannender dan het daadwerkelijk is. Het voelt plichtmatig en klinisch en zelfs de regie van Ridley Scott, vol prachtig gestileerde shots en settings, kan er geen hartslag in krijgen. McCarthy's compacte en gelaagde stijl mag dan literaire meesterwerken opleveren, voor goede cinema is er een grondige vertaalslag nodig.