Dat het helemaal mis kan gaan met een film over jongeren en kanker bewees vorig jaar de kitscherige chemotragedie Meisje met negen pruiken. Lodewijk Crijns laat met Kankerlijers zien dat je een verhaal over hoop en overleven heel anders aan de doelgroep kunt vertellen: met vaart en botte humor.

Goed, van z'n diepgang moet deze bewerking van het Spaanse Planta 4a uit 2003 het niet hebben. De vier jongens in rolstoelen en het meisje dat als nieuwe patiënt binnenkomt op de kankerafdeling van het Amstelwijck Ziekenhuis worden meer geteisterd door hormonen dan door hun ziekte . Dat levert het gebruikelijke gestoei en geflirt op. Maar dat is juist het punt : ze leven praktisch in het ziekenhuis – af en toe mogen ze naar huis – en ze doen wat ze buiten de muren van het gebouw ook zouden doen. 

Daar schuilt natuurlijk ook iets van ontkenning en verzet in en die dramatische ondertoon brengt Crijns op gezette tijden naar de voorgrond. Hoe graag ze ook anders zouden willen, de dood is voor hen nou eenmaal net iets dichterbij dan voor de rest van de wereld. En omdat die rest van de wereld het vaak laat afweten – klasgenoten vinden ziektes maar griezelig – is Kankerlijers vooral een verhaal over vriendschap, en niet een verhaal over lijden. Een keuze die goed uitpakt. 

Maar waar Kankerlijers vooral scoort is de vorm. Ga er maar aan staan: een film maken in de TL-verlichte linoleumpaleizen die de Nederlandse ziekenhuizen zijn. Kamers die er allemaal hetzelfde uitzien en eindeloze gangen zonder suspense en dynamiek. Ja, Lars von Trier deed het inderdaad meesterlijk in The Kingdom, maar dat was een genreparodie, wat je als regisseur veel meer vrijheid geeft. 

Crijns weet letterlijk elke scène snelheid mee te geven, waardoor de film van begin tot eind de aandacht vasthoudt. Geholpen natuurlijk door die beweeglijke rolstoelen, maar vooral door de bravoure van de personages. Die krijgen het voor elkaar om praktisch overal een spoor van vernieling achter te laten. Overtuigend gespeeld trouwens door de jonge acteurs , die bijna allemaal debuteren. 

Kankerlijers is een film met weinig pretenties, die duidelijk mikt op een jongerenpubliek. Binnen de grenzen die de productie zichzelf oplegt – brutaal maar niet verontrustend, geen psychologische moeilijkdoenerij – worden alle ambities waargemaakt. Zelfs de onvermijdelijke romantische subplot waarin de jongens om de gunsten van het meisje vechten, wordt verfrissend uitgespeeld. Waardoor het stiekem veel realistischer is dan het valse melodrama van al die zogenaamd waargebeurde tragedies.