Met ruim vijftig uur aan materiaal is de voor televisie gemaakte Heimat-trilogie van Edgar Reitz al een geweldige tour de force te noemen. In drie series (uit 1984, 1992 en 2004) schetst hij de Zeitgeist van Duitsland in de twintigste eeuw (1919-2000), door in te zoomen op het wel en wee in het fictieve dorpje Schabbach (alleen serie twee kende een uitstapje naar München). Nu breidt de inmiddels 81-jarige meester dit nog eens uit met een bijna vier uur durende filmprequel die zich afspeelt in de negentiende eeuw.

Het geslacht Simon, dat ook in de andere delen centraal staat, gaat in 1840 net als iedereen gebukt onder strenge winters, voedselschaarste en Pruisisch bewind. De thuiskomst van zoon Gustav ( Maximilian Scheidt) na twee jaar militaire dienst spiegelt het begin van Heimat 1, waarin zoon Paul terugkeert uit de Eerste Wereldoorlog. Maar in tegenstelling tot Paul, kan Gustav weer prima aarden in het dorp. Het is juist zijn jongere broertje Jakob ( Jan Dieter Schneider), de vrije geest van het gezin, die droomt van een vlucht naar Brazilië.  

Reitz verweeft wederom historische gebeurtenissen met de microkosmos van de familie. Doordat een liefdesdriehoek tussen Gustav, Jakob en molenaarsdochter Jettchen ( Antonia Bill) wordt geplaatst tegen het decor van de exodus van Europeanen naar Zuid-Amerika, wordt de inzet voor de personages plotseling extreem hoog. De overtocht is in die tijd een enkele reis, dus beslissingen in de liefde die daarmee samenhangen zijn onomkeerbaar.  

Er gebeurt verder veel in deze kroniek; romances bloeien op en sterven, dromen vergaan en, zoals een personage het verwoordt: 'De dood komt door elke deur.' Maar doordat Reitz ook hele sequenties gebruikt om te tonen hoe de mensen weven, het land bewerken of ijzer smeden, blijft de film goeddeels een meditatief karakter houden. Als kijker word je onderdeel van het dagelijkse leven, waardoor het kleinmenselijke drama dat zich daarbinnen afspeelt heel dichtbij komt. 

De ' geschiedenisles' van Reitz is wederom in zwart-wit, waarbij her en der belangrijke of symbolische voorwerpen worden ingekleurd. Met ingetogen camerawerk creëert hij prachtige composities van het dorpje en de rurale omgeving. Sporadisch zwiept de camera opeens tientallen meters een graanveld over om van de ene close-up naar de andere te komen, of spoedt die achteruit een steegje door om een personage nietig in het frame achter te laten. Het zijn uitbarstingen van grote filmische schoonheid. 

Om deze nieuwe Heimat te kunnen waarderen, is het niet noodzakelijk voorgaande delen gezien te hebben, maar het maakt de kijkervaring wel net iets interessanter. Reitz borduurt voort op eerder aangesneden thema's als verlangen en loyaliteit en laat zowel in de verhalen als in de stijl veel elementen terugkeren. Net als bij de eerdere series is het uiteindelijk jammer om afscheid te moeten nemen van alle personages. Een perfect tijdverdrijf voor een winters weekend.