De Franse regisseur Laurent Cantet won vele prijzen (onder meer de Gouden Palm en een Oscarnominatie) met Entre les murs uit 2008, een bescheiden praatfilm die zich vrijwel geheel op één locatie afspeelt. Zijn nieuwe film Retour à Ithaque heeft een vergelijkbare opzet, maar is heel wat minder fijnzinnig.

Op een dakterras in Havana komen vijf oude vrienden bij elkaar. Ze zijn inmiddels in de vijftig, maar kenden elkaar al als studenten, toen de onderdrukking op Cuba op z'n hevigst was. Aanleiding voor het feestje is de terugkeer van Amadeo (Néstor Jiménez), een schrijver die zestien jaar eerder naar Barcelona vluchtte.

De avond begint nog gezellig, met muziek, dans en warme herinneringen, maar krijgt al gauw een bittere smaak. De anderen – een kunstenaar, zakenman, fabrieksarbeider en oogarts (de enige vrouw in het gezelschap) – nemen het Amadeo kwalijk dat hij destijds onaangekondigd vertrok, en kampen intussen allemaal met mislukte carrières en gesmoorde dromen.

Laurent Cantet baseerde zijn – geheel Spaanstalige – scenario losjes op een roman van de Cubaanse schrijver Leonardo Padura (die ook de episodenfilm 7 Days in Havana schreef, waarvan Cantet een deel regisseerde). Zou het aan die roman liggen, of aan het feit dat Cantet buiten zijn eigen taalgebied werkt, dat dat scenario zo weinig subtiel is, en doortrokken van platitudes?

Van enige subtekst is in de dialogen amper sprake; emoties en motieven worden allemaal benoemd. Elk personage is verbitterd, en elke mislukking wordt toegerekend aan het systeem. Typische verzuchting van de zakenman: 'Ik ben een klootzak omdat ik heb toegestaan dat ze me een klootzak maakten. Maar ze hebben mijn leven niet afgepakt. Ze hebben mijn droom afgepakt, dat wel, maar niet mijn leven.'

Typisch dialoogje: 'Waarom ben je gestopt met schilderen, Rafa?' 'Ik kon het niet meer. Mijn motivatie is me afgenomen. Ik raakte in een depressie en ben gaan zuipen.'

Misschien had het allemaal nog wel gewerkt in een theater, waar iets grotere gebaren geoorloofd zijn en de toneelmatige mis-en-scène minder was opgevallen. Maar als film is Retour à Ithaque eerder vermoeiend dan meeslepend. Jammer, want de acteurs leveren prima werk en de setting is op zich veelbelovend – over deze gedesillusioneerde generatie Cubanen zijn allicht boeiende verhalen te vertellen.

In de mooi gespeelde slotscène, waarin Amadeo eindelijk onthult hoe het destijds allemaal zat, wordt alsnog iets van die belofte ingelost. Maar dat is rijkelijk laat.