Tijd en liefde, twee van de grootste mysteries van ons bestaan, staan centraal in de verfilming van Jane Hawkings boek Travelling to Infinity: My Life with Stephen. Een conventionele, maar ontroerende en grappige biopic over een van de briljantste wetenschappers aller tijden. De Golden Globe voor beste acteur is al binnen, Oscars lijken een kwestie van tijd.

In 1963 studeert Stephen Hawking (Eddie Redmayne) aan de universiteit van Cambridge en ontmoet daar tijdens een feestje Jane Wilde (Felicity Jones). Hij is een doortastende nerd, met grote bril en nog grotere grijns, en is op een wetenschappelijke missie om God op de lijst van uitgestorven diersoorten te krijgen. Zij is een sterke jonge vrouw en fervent aanhangster van The Church of England. Toch beginnen de twee een ongemakkelijke flirt die uitbloeit tot een relatie.

Hun ontluikende liefde wordt gebracht in soft-focusbeelden met een gouden gloed, de camera zwiept gracieus omhoog bij hun eerste kus en het Super 8-filmpje van hun huwelijk is grofkorrelig – aan clichés geen tekort. Toch storen ze niet enorm, en dat is te danken aan het voortreffelijke acteerwerk van de hoofdrolspelers.

Terwijl de jonge Stephen grootse doorbraken maakt op academisch vlak, krijgt hij te horen dat hij aan de spierziekte ALS lijdt. Opeens heeft hij met een levensverwachting van twee jaar nog maar heel weinig van wat hij wetenschappelijk onderzoekt: tijd. Desondanks lijkt de liefde tussen hem en Jane alleen maar te groeien. Eddie Redmayne weet alle ontwikkelingen te vangen in een indrukwekkende metamorfose.

Beetje bij beetje voert hij de lichamelijke aftakeling op, tot hij met slechts een paar vingers en enkele spieren in zijn gezicht de slopende ziekte vormgeeft . Via zijn spraak laat hij het fysieke leven verder uit de wetenschapper wegebben, maar met doordringende blikken blijft hij zowel de liefde voor Jane als zijn passie voor het werk uitstralen. Felicity Jones doet niet onder voor Redmayne, al is haar prestatie minder zichtbaar. Ze toont de emotionele complexiteit van haar personage in details als een wenkbrauw die lichtjes wordt opgetrokken, een trilling in een kaakspier of brandende tranen die worden weggeslikt.

Met deze acteurs, het bijzondere liefdesverhaal en ongrijpbare begrippen als tijd en liefde kan je alle kanten op als regisseur. En er zijn een paar momenten waarop de film even meer lijkt te zijn dan een doorsnee biopic. Als het vuur van de openhaard Stephen tot een bijzonder inzicht brengt bijvoorbeeld, en het universum en zijn gedachtestroom samenkomen in een fraaie visualisatie, of wanneer hij in een fantasie opeens opstaat uit zijn rolstoel en wegloopt.

Helaas zijn dat de uitzonderingen en kiest regisseur James Marsh (Man on Wire, Shadow Dancer) verder voor de veilige weg van degelijk drama met een vleugje humor. Dat levert een uiterst vermakelijk liefdesverhaal op, maar niet het allesomvattende, metafysische epos waar je stiekem op hoopt bij het horen van de naam Stephen Hawking.