Een van de grootste namen onder de gasten in Rotterdam is de Italiaanse cineast Bernardo Bertolucci, die na negen jaar stilte een nieuwe film presenteert: Io e te.

De film
Het intieme drama Io e te is gebaseerd op de gelijknamige roman van Niccolò Ammaniti. De eigenzinnige veertienjarige Lorenzo vertelt zijn moeder dat hij meegaat op een skitrip van school, maar brengt in plaats daarvan stiekem de week door in de kelder van hun appartementencomplex. Daar krijgt hij onverwacht bezoek van zijn verslaafde halfzus Olivia.

De maker
Italiaan Bernardo Bertolucci (1940) begon als assistent van regisseur Pier Paolo Pasolini voor hij zelf aan de slag ging als cineast. Hij maakte epische, vaak politiek getinte films als Novecento, met Robert De Niro, en het vele Oscars winnende The Last Emperor. De laatste jaren vertelt hij vooral broeierige coming of age-verhalen, zoals Stealing Beauty, The Dreamers en nu Io e te.

Spraakmakend
Een nieuwe film van grootmeester Bertolucci is vanzelf al spraakmakend, en dat hij die in Rotterdam persoonlijk presenteert draagt daar natuurlijk aan bij. In het verleden trok Bertolucci nogal eens de aandacht met smeuïge thema’s als incest en andere onconventionele seksuele relaties. Vooral berucht is Last Tango in Paris (1972), om een woeste seksscène tussen hoofdrolspelers Marlon Brando en Maria Schneider. Die laatste, destijds een onervaren actrice van negentien, werd pas vlak voor de opnames over de scène ingelicht, voelde zich achteraf misbruikt en heeft Bertolucci nooit vergeven. De film werd in eigen land gecensureerd en Bertolucci werd aangeklaagd wegens immoreel gedrag. Zoiets zal hem naar aanleiding van Io e te niet overkomen: de film is inhoudelijk verrassend tam.

Drie vragen aan Bernardo Bertolucci
Een aantal jaren geleden gaf u aan geen films meer te zullen maken. Wat is er veranderd?
‘Het was niet zo dat ik geen films meer wílde maken, maar ik dacht dat het niet meer kon. Ik was in korte tijd fysiek erg achteruitgegaan . Ik kon niet meer soepel bewegen, ik kon niet meer lopen, moest me in een rolstoel voortbewegen. Ik had het er zwaar mee en dacht: het is afgelopen met filmmaken, ik moet me op iets anders gaan richten. Dat duurde een paar jaar, maar toen ik me eindelijk bij de situatie kon neerleggen, veranderde alles. Ik besefte dat ik vanuit die stoel ook films kan maken en kreeg weer nieuwe energie . Mijn opties zijn nu iets beperkter, daar moet ik rekening mee houden. Het perspectief van de camera ligt nu wat lager, maar dat is overkomelijk.’

Wat trok u aan in het boek van Niccolò Ammanati, waarop de film is gebaseerd?
‘Allereerst het coming of age-element, dat spreekt me altijd aan. Maar het verhaal sloot ook perfect aan bij mijn huidige fysieke beperkingen. Het speelt zich bijna volledig af in één ruimte, in een kelder. Dat heeft iets claustrofobisch, maar ik hou daarvan, in mijn geval kun je spreken van claustrofilie. Zo’n setting levert automatisch spanning en intimiteit op. Het boek eindigt trouwens somberder dan de film. Dat begint jaren later, wanneer het meisje, Olivia, net is overleden. Vervolgens wordt het verhaal in de kelder in flashback verteld. Maar ik vond dat zo’n begin iets afgezaagds had, en wilde hoopvoller eindigen.’
 
Waarom vertelt u in uw laatste films steeds verhalen over adolescenten?
‘Omdat ik zelf ergens tussen mijn veertiende en zeventiende stil ben blijven staan. Daar ligt mijn geestelijke leeftijd, zou je kunnen zeggen. Ik hou van het pure van jonge mensen, ze zijn nog onbeschreven, ze zijn nog niet bedreven in liegen. Daarom werk ik ook graag met onervaren acteurs, die hebben nog geen maniertjes aangeleerd, ze zijn haast naakt voor de camera. Voor de rol van Lorenzo hebben we in de casting veel jongens gezien, maar Jacopo [Olmo Antinori, de hoofdrolspeler, red.] sprong er voor mij uit. Hij had een personage kunnen zijn uit een film van Pasolini, dat sprak me aan. Toen ik met hem in gesprek raakte en vroeg waar hij mee bezig was, vertelde hij dat hij op school een scriptie aan het schrijven was over… Pasolini. Dus toen wist ik dat het goed zat.’

Bekijk Io e te tijdens het IFFR:

Zondag 27 januari, 15:00 uur, Pathé 2
Woensdag 3 januari, 19:45 uur, Cinerama 1
Vrijdag 1 februari, 19:30 uur, Schouwburg Grote Zaal

Bekijk hier de andere afleveringen.