Terwijl heden ten dage vooraanstaande wetenschappers en entrepreneurs als Stephen Hawking en Elon Musk kunstmatige intelligentie beschouwen als ‘de grootste bedreiging voor de mensheid’, lijken filmmakers juist steeds milder te zijn geworden. Hoog tijd voor een risicoanalyse van vijf hyperintelligente filmrobots uit de 21ste eeuw.

Ava

Film: Ex Machina (2015), het regiedebuut van The Beach-schrijver Alex Garland. Programmeur Caleb wordt door een excentrieke internetmiljardair uitgenodigd om Ava, de eerste robot met bovenmenselijke intelligentie, te onderwerpen aan de Turingtest.

Apocalyps-potentieel: Mocht er ooit een robot als Ava worden gecreëerd, berg u dan maar. Want wat is er machtiger dan een (vrouwelijke) machine die verleidingstechnieken kan combineren met een superieure kunstmatige intelligentie? Ava is dan ook zonder twijfel de indrukwekkendste robot uit de filmgeschiedenis. En dat ligt niet alleen aan de Zweedse actrice Alicia Vikander, die haar op betoverende wijze gestalte geeft. Ava’s gezicht en stem zijn menselijk, vrouwelijke rondingen zijn doelbewust aangebracht, maar verder is ze in alles een machine: de elektrische bedradingen zijn zelfs duidelijk zichtbaar in haar hals en benen. En toch weet ze Caleb te verleiden, met behulp van een zelf optimaliserend brein dat verbonden is met ‘s werelds belangrijkste zoekmachine. Al helpt het ook dat haar gezicht gebaseerd is op Calebs pornovoorkeuren.

Baymax

Film: Animatie-avontuur Big Hero 6 (2014), waarin aaibare zorgrobot Baymax met de hulp van een jonge uitvinder uitgroeit tot superheld. Moraal van het Disneyverhaal: men zal altijd proberen nieuwe technieken voor het kwade in te zetten, maar uiteindelijk overwint het goede.

Apocalyps-potentieel: Aanzienlijk, want ondanks zijn schattige karakter toont een korte scène aan dat Baymax met een simpele software-update in een allesvernietigend monster kan veranderen. En toch hoop je als kijker dat er zo snel mogelijk een soortgelijke robot – inclusief dat onhandig plompe lijf van wit vinyl graag – wordt ontwikkeld. Helemaal ondenkbaar is dat overigens niet: wie dit jaar een kijkje nam op de International Robot Exhibition in Tokio ontdekte dat het gros van de toekomstige robotcreaties (veelal met een beperkte kunstmatige intelligentie) bestemd is voor de ouderenzorg.

Chappie

Film: Chappie (2015) van District 9-regisseur Neill Blomkamp. In het Johannesburg van 2035 wordt een politierobot gezegend met kunstmatige intelligentie, maar hij valt al snel in de handen van een groep gewelddadige, niet al te snuggere gangsters.

Apocalyps-potentieel: Minimaal. In films als I, Robot (2004) en het nog te verschijnen Avengers: Age of Ultron (2015) is logica altijd het grootste gevaar voor de mensheid. Want wie als opdracht heeft alle problemen op aarde op te lossen, verkiest uiteindelijk de totale vernietiging van die irrationele homo sapiens, zo blijkt. Chappie is echter meer mens dan robot, omdat hij als onbeschreven blad ter wereld komt. Zijn morele kompas krijgt dan ook mee van zijn ouders. Dat zijn vader en moeder in dit geval twee maffe criminelen zijn (gespeeld door Ninja en Yo-Landi van rapgroep Die Antwoord) maakt hem een gevaar voor Johannesburg, maar niet voor de mensheid.

David

Film: Steven Spielbergs Artificial Intelligence: AI (2001), over een robotjongen die er net als Pinokkio van droomt te veranderen in een mens van vlees en bloed. Naar een idee van Stanley Kubrick, wiens filosofische sf-meesterwerk 2001: A Space Odyssey (1968) ook al handelde over kunstmatige intelligentie en de menselijke evolutie.

Apocalyps-potentieel: Geen, ook al is Artificial Intelligence de enige film in dit rijtje waarin het menselijk ras daadwerkelijk uitsterft. Maar daar komt ironisch genoeg dan weer geen robot/computer aan te pas: een intredende ijstijd is de schuldige. Ondanks dat dystopische einde is de boodschap van Spielberg een stuk heilzamer: robotjongen David (kindster Haley Joel Osment) is bereid naar het einde van het universum af te reizen om zijn moeder gelukkig te maken. Uiteindelijk belandt hij op de bodem van de zee, waar hij decennialang het beeld van een in zijn ogen magische fee blijft smeken om een echt jongetje van hem te maken. Totdat zijn accu het begeeft.

Marvin

Film: The Hitchhiker’s Guide to the Galaxy (2005 ), verfilming van de gelijknamige boekenserie van Douglas Adams, waarin twee aardbewoners samen met een stel buitenaardse wezens op zoek gaan naar de betekenis van het bestaan. Gelukkig is er het transgalactisch liftershandboek, dat vragen beantwoordt over handdoeken, het heelal en de rest.

Apocalyps-potentieel: Minimaal, want de manischdepressieve robot Marvin (met de stem van beroepsmopperaar Alan Rickman) is vooral een gevaar voor zichzelf. Vrijwel de gehele film sloft hij teneergeslagen door de kosmos. Het blijkt dan ook helemaal geen pretje om duizenden malen intelligenter dan de rest te zijn. Marvins computerbrein is zo groot als een kleine planeet, maar de taken die hij krijgt toegewezen vereisen slechts een fractie van zijn hersencapaciteit. Jammerend verklaart hij dat hij er nooit om heeft gevraagd gemaakt te worden. En zijn laatste boeiende gesprek had hij naar eigen zeggen zo’n veertig miljoen jaar geleden. Met een koffiezetapparaat.

Mashup: robots in de cinema