François-Xavier Decraene: productie en muziek.
Er zijn 4 films gevonden.

La bande des Jotas

2012 | Komedie, Misdaad

Frankrijk​/​​België 2012. Komedie van Marjane Satrapi. Met o.a. Marjane Satrapi, Mattias Ripa, Stéphane Roche, Maria de Medeiros en Ali Mafakheri.

De Iraanse striptekenaar Satrapi verfilmde met Persepolis (2007) en Poulet aux prunes (2011) op prachtige wijze twee van haar eigen graphic novels. Maar opvolger La bande des Jotas, naar een origineel scenario, lijkt in niets op haar eerdere werk. Satrapi speelt zelf een van de hoofdrollen, als een mysterieuze vrouw die op de dodenlijst van de maffia staat. Via een verwisselde koffer komt ze in contact met twee badmintonspelers, die ze inhuurt als haar huurmoordenaars. Charmant, maar vooral ook een onnozel tussendoortje.

Filantropica

2002 | Komedie

Roemenië​/​​Frankrijk 2002. Komedie van Nae Caranfil. Met o.a. Mircea Diaconu, Gheorghe Dinica, Mara Nicolescu, Viorica Voda en Florin Calinescu.

Roemenië's prominente filmmaker Caranfil (Asphalt Tango) opent zijn Filantropica sarcastisch als een onverkwikkelijk post-communistisch sprookje: 'Er was eens een stad waarvan de inwoners ofwel prinsen ofwel bedelaars waren. Tussen deze werelden vond je slechts zwerfhonden. Die vormden de middenklasse.' In het moderne Boekarest van Caranfil draait alles om geld en heeft tot overmaat van ramp de mafia het meeste daarvan in handen. In diezelfde stad woont de fictieve leraar met schrijf-aspiraties Ovidiu. Om aan de eisen van zijn nieuwe vlam te voldoen, gaat hij op zoek naar geld en vindt de Filantropica organisatie, die hem in een bedelaarszwendel doet belanden waarvan hij de omvang niet overziet. Of je moet lachen of huilen, daar kom je vaak niet achter, maar dat lijkt met zigeunermuziek van cembalospeler Mihalache op de achtergrond nu juist de essentie van Roemenië. Volgens veel Roemenen is het de beste Roemeense film ooit. Een onvoorwaardelijk compliment is dat niet, want een Roemeense filmindustrie bestaat nog nauwelijks. De goede nationale en internationale ontvangst van Filantropica deed wel deuren opengaan voor meer Roemeense films, zoals Occident.

Pasteur : Cinq années de rage

1995 | Drama, Biografie

Frankrijk 1995. Drama van Luc Béraud. Met o.a. Bernard Fresson, Nadia Barentin, Bernard Verley, Philippe Clay en Claude Evrard.

Met een meerderheid van slechts [KA1]e[KA1]en stem wordt de beroemde dokter Louis Pasteur (Fresson) gekozen als lid van de prestigieuze Franse academie voor geneeskunde. Hij is nog geen zestig, maar wordt sinds zijn 56ste geplaagd door een verlamming aan [KA1]e[KA1]en kant. Hij is nog steeds een gedreven onderzoeker ondanks de tegenwerking van een afgunstig groepje dat wordt aangevoerd door professor Peter (Verley), een van de grootste chirurgen van die tijd. Een boeiend relaas over de herfsttijd van het leven van Louis Pasteur (1822-95), de man die de microbiologie vormgaf en die een vaccin ontdekte tegen hondsdolheid. Fresson zet een onvergetelijke Pasteur neer. Het scenario is van regisseur Béraud, Michel Jestin en Serge Leroy. Het mag verweten worden soms een beetje sentimenteel te zijn. De medische adviezen zijn van Patrice Debré. 16/9, Nicam Stereo.

Daisy et Mona

1994 | Drama

Frankrijk 1994. Drama van Claude D'Anna. Met o.a. Marina Golovine, Dyna Gauzy, Lilah Dadi, Philippe Seurin en Jacques Le Carpentier.

Daisy (Golovine) is een jonge vrouw van twintig. Ze is opstandig, onverschillig en chaotisch; ze leeft in de marge en had een ongelukkige jeugd, waarin ze seksueel misbruikt werd. Toen ze net veertien was kreeg ze een baby, Mona (Gauzy), die door haar vader is grootgebracht. Hij heeft een verkeersongeval veroorzaakt, waardoor hij voor enkele maanden de bajes indraait. Zo krijgt Daisy ineens de verantwoordelijkheid over een meisje van zeven dat eigenlijk een vreemde voor haar is. Hun kennismaking verloopt bepaald niet van een leien dakje. Ze raken echter verwikkeld bij een toevallige moord en moeten hem smeren. Onderweg loert voortdurend gevaar, maar langzaam maar zeker leren moeder en kind elkaar kennen. Een Franse road-movie rond twee personages die elk op zoek zijn naar hun identiteit en hunkeren naar liefde. Soms te filosofisch (waardoor het nogal op een hoop gelul gaat lijken) en dan weer behoorlijk sentimenteel. De kleine meid is best levenswijs, schattig, eigenzinnig en speelt heel goed, maar de onevenwichtigheid van de moeder komt niet al te sterk over en lijkt daardoor nogal ongeloofwaardig ondanks het feit dat Golovine heel erg haar best doet. D'Anna schreef zijn eigen scenario. De fotografie is van Denys Clerval. Technisch is het allemaal best in orde. Ging in november 1994 in première op het filmfestival van Sarasota in Florida, dat door de Fransen als springplank naar het grote Amerikaanse publiek wordt gebruikt en werd door de critici welwillend ontvangen.