Gaston Rey: cast.
Er zijn 3 films gevonden.

La cuisine au beurre

1963 | Komedie

Frankrijk​/​​Italië 1963. Komedie van Gilles Grangier. Met o.a. Fernandel, Bourvil, Claire Maurier, Mag-Avril en Andrex.

Een Franse krijgsgevangene wordt na de bevrijding doodgewaand, maar is in werkelijkheid een nieuw leven begonnen met een gemoedelijke Oostenrijkse. Als na tien jaar haar man uit Rusland terugkomt, keert de Fransman terug naar zijn eerste vrouw. Die is ondertussen ook hertrouwd, met een man uit Normandië die van een Provençaals restaurant een Normandische herberg heeft gemaakt. De enige film met grote komieken Fernandel en Bourvil samen is toch een teleurstelling, door de matte regie en het scenario dat uitsluitend steunt op de vete tussen de Provence en Normandië, die voor Frankrijk afgezaagd is en daarbuiten nietszeggend.

Don Camillo e l'onorevole Peppone

1955 | Komedie

Italië​/​​Frankrijk 1955. Komedie van Carmine Gallone. Met o.a. Fernandel, Gino Cervi, Leda Gloria, Claude Sylvain en Gaston Rey.

Tussen 1952 en 1965 verschenen vijf Don Camillo's, bitterzoete lachfilms waarin de spanning tussen het communisme en het katholicisme in Italië keer op keer werd ontladen met een stoot relativerende humor. De centrale figuur is titelheld Don Camillo (Fernandel), een goedgemutste biechtvader die waakt over een parochie van godvrezende bergbewoners. Peppone (Gino Cervi) is de communistische burgemeester, de natuurlijke vijand van Don Camillo. Kerkelijke en wereldlijke macht botsen weer hevig in deze derde aflevering (met een losgeslagen tank als gevolg!) maar met vereende kracht weten de heren hun individuele ambities te verwezenlijken. In 2005 werden de films opnieuw uitgebracht in digitaal opgepoetste versies.

Mademoiselle ma mère

1937 | Romantiek

Frankrijk 1937. Romantiek van Henri Decoin. Met o.a. Danielle Darrieux, Christiane Isola, Gilberte Géniat, Andrée Poldy en Simone Martell.

Jacqueline (Darrieux) heeft voor de zoveelste maal haar verloving verbroken. De veertiende keer al! Haar ouders krijgen een punthoofd van hun dochter, waarop de impulsieve Jacqueline besluit de eerste de beste man die ze tegenkomt te trouwen. Albert Letournel (Alerme) is de gelukkige; hij is weliswaar achterin de vijftig, maar Jacqueline wil in het wit trouwen. Een complicatie bij deze maagdelijke traditie: Albert heeft een zoon! Het is Georges (Brasseur) en hij is 25 jaar en net even iets ouder dan zijn a.s. stiefmoeder... De afloop is voorspelbaar en Georges trouwt Jacqueline met de zegen van zijn vader. Het scenario van Jean Boyer is gebaseerd op de boulevardklucht van Louis Verneuil. Een onbenullige, maar vrolijke film, waarvoor je de mensen niet meer over straat krijgt om naar de bioscoop te gaan. Het camerawerk is van Léonce-Henri Burel.