Charles Vissière (1880-1960): cast.
Er zijn 8 films gevonden.

Le retour de Don Camillo

1953 | Komedie

Frankrijk​/​​Italië 1953. Komedie van Julien Duvivier. Met o.a. Fernandel, Gino Cervi, Leda Gloria, Paolo Stoppa en Charles Vissière.

Tweede aflevering van een reeks Don Camillo films met de beroemde Franse komiek Fernandel in de hoofdrol van excentrieke pastoor. Dit vervolg op Don Camillo (1952) is beter dan het origineel. Het verhaal is geloofwaardiger, de dialogen zijn flitsender en de hoofdrolspelers zijn aantoonbaar beter op elkaar ingespeeld. Don Camillo heeft zijn geliefde dorp verlaten in ruil voor een nogal afgelegen post in de bergen. Hij wil het liefst zo snel mogelijk weer naar huis, en andersom willen zijn vroegere parochianen, met inbegrip van de burgemeester, hem graag weer terug. René Barjavel en regisseur Duvivier baseerden het scenario op de boeken van Giovanni Guareschi.

Suzanne et ses brigands

1949 | Komedie, Misdaad

Frankrijk 1949. Komedie van Yves Ciampi. Met o.a. Suzanne Flon, Marie Leduc, Catherine Damet, René Dary en Spinelly.

Een warhoofdige advocate wil heel graag haar echtgenoot, een politie-inspecteur, een handje helpen bij het vestigen van zijn naam. Vervolgens gaat zij bij een aantal moordzaken en diefstallen op z`n zachtst gezegd een beetje merkwaardig te werk. Een beminnelijke komedie, waaraan het grappige optreden van Suzanne Flon een belangrijke bijdrage levert. Een van de weinige films van Yves Ciampi (1921-1982) die de tand des tijds heeft doorstaan. Ook bekend als LE JOUR ET LA NUIT.

Mademoiselle de la Ferté

1949 | Avonturenfilm, Misdaad, Drama

Frankrijk 1949. Avonturenfilm van Georges Lacombe. Met o.a. Jany Holt, Françoise Christophe, Agnès Laury, Colette Régis en Jacqueline Marbaux.

Stève Passeur bewerkte de beroemde volksroman van Pierre Benoît. Gilles Lacombe geeft op vrij exacte en nauwgezette wijze de basisstructuur weer, evenals de sfeer. Erg geïnspireerd is het echter allemaal niet. De mooie beelden van de Landes zijn te danken aan Roger Arrignon.

Non coupable

1947 | Film noir, Misdaad

Frankrijk 1947. Film noir van Henri Decoin. Met o.a. Michel Simon, Jean Debucourt, Jany Holt, Ariane Muratore en Christiane Delacroix.

Het lukt een arts in een kleine plaats, die door zijn collega's vanwege zijn middelmatigheid wordt geminacht, het aantal moorden te verdubbelen. Na de dood van zijn vriendin geeft hij zich aan bij de politie, opdat men in hem een knap misdadiger onderkent... maar die gelooft hem niet. Dan pleegt hij zelfmoord. Op het vlak van de misdaadfilm komt Decoin heel wat beter naar voren dan de reputatie die de 'intellectuele' kritiek hem heeft bezorgd. De film heeft veel te danken aan Simon. Scenario van Marc-Gilbert Sauvajon en de regisseur. Camerawerk van Jacques Lemar.

Le Café du Cadran

1946 | Drama

Frankrijk 1946. Drama van Jean Gehret. Met o.a. Blanchette Brunoy, Nane Germon, Colette Vepierre, Jane Morlet en France Descaut.

Een drama over jaloezie bij de eigenaars van het café du Cadran in hartje Parijs. Eigenlijk gaat het vooral om een intieme kroniek, omdat het belangrijkste deel de nauwlettende half- grappige, half-tragische schildering van de bezoekers van het café is. Eerste film van Gehret, regisseur van een opmerkelijk oeuvre dat maar vijf films omvat. Hij stierf te vroeg op 56-jarige leeftijd.

La Tentation de Barbizon

1946 | Komedie

Frankrijk 1946. Komedie van Jean Stelli. Met o.a. Simone Renant, Juliette Faber, Myno Burnet, François Périer en Daniel Gélin.

Op de aarde gekomen probeert de duivel te stoken tussen twee geliefden maar hun (erg aantrekkelijke) beschermengel steekt daar een stokje voor. Op dit flauwe thema heeft Marc-Gilbert Sauvajon zowel goede dialogen als een degelijke mise-en- scène gemaakt. De film zou echter geen enkele indruk maken als de acteurs niet zo sympathiek waren.

L' Ange qu'on m'a donné

1945 | Drama

Frankrijk 1945. Drama van Jean Choux. Met o.a. Simone Renant, Gabrielle Dorziat, Catherine Fonteney, Mady Berry en Charlotte Ecard.

Naar een toneelstuk van de geheel vergeten schrijver Jean Charma. Een jonge vrouw neemt in 1940 een baby onder haar hoede die ze in 1945 weer aan de vader moet teruggeven. Ze treedt als huishoudster bij hem en zijn vrouw in dienst en bemerkt dat de laatste aan een ernstige vorm van geheugenverlies lijdt. Aan het einde neemt zij ontslag. Een zeer dramatisch werk, erg ouderwets vanwege de erin gehuldigde opvattingen en de filmische aanpak.

Douce

1943 | Drama

Frankrijk 1943. Drama van Claude Autant-Lara. Met o.a. Odette Joyeux, Madeleine Robinson, Marguerite Moreno, Gabrielle Fontan en Marie-José.

Het aristrocratische gezin De Bonaf[KA1]e bewoont een chique herenhuis in Parijs in 1887. Madame de Bonaf[KA1]e (Moreno) is mater familias en de moeder van Engelbert de Bonaf[KA1]e (Debucourt), die weduwnaar is. Hij heeft een houten been. Ir[KA2]ene Comtat (Robinson) is de gouvernante van Engelberts zeventien-jarige dochter Douce (Joyeux) en de ma[KA4]itresse van rentmeester Fabien Marani (Pigaut). Engelbert verlangt naar een vrouw en wil desnoods trouwen met iemand uit de lagere stand; Irène wil wel een stapje omhoog, maar Madame de Bonafé is furieus als haar zoon haar zegen vraagt om met Irène te mogen trouwen. Ondertussen heeft Fabien Douce verleid en het tweetal gaat na hun romantische interlude naar de Opéra- Comique, waar brandt uitbreekt. Douce weet dat de knappe Fabien van plan is met Irène naar Canada te gaan, nu Madame de Bonafé vertoornd is op haar zoon. De wanhopige en vernederde Douce stort zich in het vuur en Irène en Fabien worden ontslagen. In de slotscène's wordt het huis voorgoed gesloten. Deze geweldige draak scoorde qua genre best hoog toen hij uitkwam. Hij werd echter beroemd na de première, omdat de censuur de producent dwong de scène's van een bezoek aan de armen te couperen, omdat men deze te vernederend vond. Vijftig jaar later volslagen belachelijk, al was de strekking natuurlijk onjuist - dat blijft onveranderd. Het scenario is van Pierre Bost en Jean Aurenche naar de roman van Michel Davet. Het camerawerk is van Philippe Agostini. Geproduceerd onder de Duitse bezetter toen de middelen schaars werden; toch kwamen er in dat jaar nog zestig films uit, maar dat was weinig vergeleken met het bevrijdingsjaar 1944, waarin er 73 uitkwamen en het jaar ervoor met 77.