Pit Riethmüller: productie.
Er zijn 4 films gevonden.

J'ai tué Clémence Acéra

2001 | Mysterie, Komedie, Thriller, Fantasy

Frankrijk​/​​Duitsland 2001. Mysterie van Jean-Luc Gaget. Met o.a. Gérald Laroche, Catherine Mouchet, Sacha Bourdo, Pia Baresch en Samir Guesmi.

Endstation: Tanke

2001 | Komedie, Romantiek

Duitsland 2001. Komedie van Nathalie Steinbart. Met o.a. Tamara Simunovic, Florian Panzner, Oliver Bröcker, Vadim Glowna en Horst-Günter Marx.

De jonge Poolse gauwdief Marek (Panzner) zit in een jeugdgevangenis in de voormalige DDR. Tijdens een brandalarm ziet hij de kans om hem te drossen. Hij is van plan ver te komen (Australi[KA3]e) en de kans laat niet lang op zich wachten. Hij kan langs een oude Mercedes S-klasse Diesel pikken door de deur van een toilethuisje, waarin de eigenaar zit, van buiten op slot te doen. Hij trekt diens maatpak aan en zet de snelle zonnebril van het slachtoffer op. Helaas komt hij niet ver, want de motor loopt warm en de wagen blijft staan. Twee welwillend glimlachende dames (een moeder en dochter?) in een peperdure sportwagen slepen hem af naar een benzinestation vlak buiten een onooglijk dorp dat in the middel of nowhere ligt en waar de jonge en niet onknappe Margot (Simunovic) de pomp bedient, achter de kassa kruiswoordraadsels invult en dagdroomt over hazen in een grazige weide, terwijl ze naar Duitse country music in de stijl van Ry Cooder luistert. De bullebakkerige garagehouder wil de auto niet repareren (geen onderdelen zegt hij), maar hij wil Marek evenmin een tweedehands wagen die op zijn terrein staat, verkopen, hoewel Marek bereid is dik te betalen. Marek pakt `zijn` bagage en gaat naar de bushalte middenin het dorp. De bus vertrekt pas de volgende dag. In het wirtshaus tegenover de halte geeft hij zich uit voor zijn slachtoffer, die financieel adviseur is en zegt dat hij naar Frankfurt (aan de Oder?) wil. Niemand is bereid hem weg te brengen uit het dorp weg te brengen ondanks de geboden bedragen. Dan gaat de kastelein een licht op: een aalgladde oplichter met dezelfde naam had hen mooie beleggingsverhalen op de mouw had gespeld en de spaarcenten afgetroggeld. Helaas zien ze Marek aan voor de dader en willen hem in vierendelen. De onfortuinlijke Marek ziet nog net de kans om het vege lijf te redden door het gasthof via het toilet te verlaten. Hij vlucht naar de pomp, waar Margot hem onder de teek verbergt. Later moeten ze de deur barricaderen als de opgewonden dorpelingen voor een tweede keer terugkomen. Margot valt op de aantrekkelijke Marek en ze is bereid hem een Ford Fiesta te verkopen. Marek schrijft een eurocheque met een valse handtekening uit. Ondanks de belegering van de beschonken en boze dorpsbewoners kunnen zij hem smeren: het doel van de reis is down-under. De film is het eindexamenwerk van Steinbart die met Peter D'Ambrosio het scenario schreef. Hoewel er wat plotgaten in het tragikomische verhaal zitten, is het allemaal best te verteren. De sfeer is ons-kent-ons is raak getroffen en het tempo is vlot. De jonge hoofdrollen zijn heel geloofwaardig en aantrekkelijk, terwijl de bijrollen ingevuld zijn door heerlijke karakterspelers. Als grapje in de film heist een auto van 'rijkswaterstaat' het schijthuisje met het slachtoffer erin op en plaatst een ander dat nog leeg is en rijdt dan weg naar zijn bestemming. Steinbart die zo te zien sterk beïnvloed is door Amerikaanse films, mag best trots zijn op haar eerste werk. Het camerawerk is van Carl Friedrich Koschnik en Sebastian Edschmid. Exporttitel THE MIDDLE OF NOWHERE.

Sawdust Tales

1997 | Familiefilm, Fantasy

Hongarije​/​​Duitsland​/​​Turkije 1997. Familiefilm van Baris Pirhasan. Met o.a. Hugh O'Conor, Julia Brendler, Károly Eperjes, Haluk Bilginer en Meltem Cumbul.

De jonge Poolse gauwdief Marek (Panzner) zit in een jeugdgevangenis in de voormalige DDR. Tijdens een brandalarm ziet hij de kans om hem te drossen. Hij is van plan ver te komen (Australi[KA3]e) en de kans laat niet lang op zich wachten. Hij kan langs een oude Mercedes S-klasse Diesel pikken door de deur van een toilethuisje, waarin de eigenaar zit, van buiten op slot te doen. Hij trekt diens maatpak aan en zet de snelle zonnebril van het slachtoffer op. Helaas komt hij niet ver, want de motor loopt warm en de wagen blijft staan. Twee welwillend glimlachende dames (een moeder en dochter?) in een peperdure sportwagen slepen hem af naar een benzinestation vlak buiten een onooglijk dorp dat in the middel of nowhere ligt en waar de jonge en niet onknappe Margot (Simunovic) de pomp bedient, achter de kassa kruiswoordraadsels invult en dagdroomt over hazen in een grazige weide, terwijl ze naar Duitse country music in de stijl van Ry Cooder luistert. De bullebakkerige garagehouder wil de auto niet repareren (geen onderdelen zegt hij), maar hij wil Marek evenmin een tweedehands wagen die op zijn terrein staat, verkopen, hoewel Marek bereid is dik te betalen. Marek pakt `zijn` bagage en gaat naar de bushalte middenin het dorp. De bus vertrekt pas de volgende dag. In het wirtshaus tegenover de halte geeft hij zich uit voor zijn slachtoffer, die financieel adviseur is en zegt dat hij naar Frankfurt (aan de Oder?) wil. Niemand is bereid hem weg te brengen uit het dorp weg te brengen ondanks de geboden bedragen. Dan gaat de kastelein een licht op: een aalgladde oplichter met dezelfde naam had hen mooie beleggingsverhalen op de mouw had gespeld en de spaarcenten afgetroggeld. Helaas zien ze Marek aan voor de dader en willen hem in vierendelen. De onfortuinlijke Marek ziet nog net de kans om het vege lijf te redden door het gasthof via het toilet te verlaten. Hij vlucht naar de pomp, waar Margot hem onder de teek verbergt. Later moeten ze de deur barricaderen als de opgewonden dorpelingen voor een tweede keer terugkomen. Margot valt op de aantrekkelijke Marek en ze is bereid hem een Ford Fiesta te verkopen. Marek schrijft een eurocheque met een valse handtekening uit. Ondanks de belegering van de beschonken en boze dorpsbewoners kunnen zij hem smeren: het doel van de reis is down-under. De film is het eindexamenwerk van Steinbart die met Peter D'Ambrosio het scenario schreef. Hoewel er wat plotgaten in het tragikomische verhaal zitten, is het allemaal best te verteren. De sfeer is ons-kent-ons is raak getroffen en het tempo is vlot. De jonge hoofdrollen zijn heel geloofwaardig en aantrekkelijk, terwijl de bijrollen ingevuld zijn door heerlijke karakterspelers. Als grapje in de film heist een auto van 'rijkswaterstaat' het schijthuisje met het slachtoffer erin op en plaatst een ander dat nog leeg is en rijdt dan weg naar zijn bestemming. Steinbart die zo te zien sterk beïnvloed is door Amerikaanse films, mag best trots zijn op haar eerste werk. Het camerawerk is van Carl Friedrich Koschnik en Sebastian Edschmid. Exporttitel THE MIDDLE OF NOWHERE.

The Lost Films Of Orson Welles

1995 | Documentaire

Duitsland​/​​Zwitserland​/​​Frankrijk 1995. Documentaire van Vassili Silovic.

Orson Welles was een filmgenie, maar hij had ook de reputatie dat hij aan heel wat films begon die uiteindelijk nooit het licht van de projector aanschouwden. De oorzaken waren divers: tegenslag, geldgebrek of eigenzinnigheid. In deze documentaire leidt zijn levensgezellin en medewerkster (van de laaste 20 jaar) Oja Kadar ons door het labyrint van de onvoltooide werken van Welles uit het priv[KA1]e-archief van de nalatenschap. Naast de beroemdste DON QUIXOTTE die ondertussen gemonteerd is en uitgebracht werd, is er CHURCHILL, waarin hij de rol van de Britse strijdlustige eerste minister speelt. We krijgen beelden te zien uit de mysterieuze THE DEEP waarmee hij stopte na de dood van hoofrol Laurence Harvey, uit de op locatie gefilmde THE MERCHANT OF VENICE, dat bijna compleet was en waarvan een groot deel van de negatieven gestolen werden, uit een gefilmde lezing van MOBY DICK en uit zijn laatste film THE OTHER SIDE OF THE WIND. Een interessante documentaire vooral voor Welles-vorsers (en bewonderaars) die hierdoor niet alleen de mens achter het genie kunnen verkennen, maar ook de gelegenheid krijgen fragmenten te zien uit films die nooit de zalen zullen halen. Silovic en Roland Zag schreven het scenario. De montage werd verzorgd door Marie-Josèphe Yoyotte en nieuw materiaal werd geschoten door Thomas Mauch. Stereo.