Hans Meier: camera.
Er zijn 7 films gevonden.

En marge des jours

2007 | Drama

Frankrijk​/​​België 2007. Drama van Emmanuel Finkiel. Met o.a. Michèle Laroque, Wladimir Yordanoff, Dominique Reymond en Maurice Chevit.

Op zakenreis ontmoeten de alleenstaande moeder Julie (Laroque) en op punt van scheiding staande Claude elkaar en zoef: Cupido's pijl treft doel. Wat voor beide veertigers een mooi nieuw begin had moeten zijn wordt wreed de pas afgesneden met een ongeluk dat Claude in een coma doet belanden. Zijn ex, profiterend van de erbarmelijke situatie, tracht Julie uit beeld te duwen en een kattengevecht op meerdere niveaus begint. Deze alleen ogenschijnlijk soapachtige geschiedenis wordt opgefleurd door de ravissante Laroque (Nice, 1960), een actrice die vooral bekend is als wendbare comédienne met uitstekend gevoel voor timing.

Eine Liebe auf Mallorca 3

2001 | Romantiek, Drama

Duitsland 2001. Romantiek van Hans Liechti. Met o.a. Diana Amft, Tim Egloff, Katja Giammona, Erich Hallhuber en Sascha Hehn.

Uitgerekend Paul Blesing, de sympathieke sportkameraad van Niklas, blijkt de minnaar van zijn vrouw Christiane te zijn. Sinds enige jaren wonen Niklas en Christiane gescheiden van elkaar. Wanneer Paul op Mallorca na een auto-ongeluk in de praktijk van Niklas komt, gelast hij hem strikte bedrust en lukt het hem op die manier Christiane naar het eiland te lokken.

Voyages

1999 | Oorlogsfilm

Polen​/​​Frankrijk 1999. Oorlogsfilm van Emmanuel Finkiel. Met o.a. Shulamit Adar, Liliane Rovère, Esther Gorintin, Nathan Cogan en Moscu Alcalay.

Debuterend regisseur Finkiel die ook het scenario schreef, leerde het vak o.a. als assistent-regisseur van Krzysztof Kie[KA1]slowski. Hij heeft een drieluik gemaakt die over overlevenden van de holocaust gaat. Verwacht geen drama in de trant van SCHINDLER`S LIST van Steven Spielberg of LA VITA [KA2]E BELLA van Roberto Benigni of een documentair werk in de trant van SHOAH van Claude Lanzmann of LE CHAGRIN ET LA PITI[KA1]E van Marcel Oph[KA3]uls. Het zijn drie gebeurtenissen, die aan het einde min of meer in elkaar overvloeien. De film begint met een bus die bejaarde joodse toeristen vervoert in Polen op een soort bedevaart met als einddoel een bezoek aan het concentratiekamp Auschwitz. Voordat de bus zijn bestemming bereikt krijgt hij pech en hebben we kennis gemaakt met Rivka (Adar), een vrouw die kibbelt met haar man. Het gaat niet om huwelijksproblemen, maar het is de confrontatie met het verleden die ze moeilijk aankan. Het tweede deel speelt in Parijs, waar Regine (Rovere) opgebeld wordt door een man die uit Litauen afkomstig is en zegt dat hij haar vader is. Regine heeft altijd gedacht dat hij in een kamp om het leven gekomen was, maar na de bevrijding in 1945 is hij vast komen te zitten achter het IJzeren Gordijn, hertrouwd en na de verdwijning van het communisme eindelijk terugegaan naar Parijs. Regine beseft dat vijftig jaar een bijna onoverbrugbare verwijdering heeft veroorzaakt en twijfelt of de voor haar onbekende wel haar vader is. Ze haalt hem evenwel naar binnen. In het laatste deel, dat het sterkste is, zien we Vera (Gorintin), een bejaarde, alleenstaande joodse vrouw, die met haar buren uit Rusland naar Isra[KA3]el is ge[KA3]emigreerd, en in Tel Aviv een nicht zoekt. Die vindt zij tenslotte in een bejaardentehuis. Ze kan natuurlijk niet blijven en verdwaalt in de stad, waar vrijwel niemand jiddisch spreekt. Rivka (uit de eerste episode) ziet haar en haalt haar naar binnen om tot rust te komen. Het kenmerkende van deze film, die bezet is met een lovenswaardige rolverdeling amateurspelers, is het gevoelige drama, dat inzicht geeft in wat er moet omgaan in de hoofden van de mensen die op een of andere manier proberen vrede te sluiten met de holocaust. Het getuigt van groot psychologisch inzicht en is absoluut vrij van vals sentiment of aangezet spel. Het camerawerk is van Hans Meier die in Polen en Frankrijk draaide en Jean-Claude Larrieu die in Israël draaide. Een van de belangrijkere films over het onderwerp. Bekroond met veel prijzen, o.a. de Prix de la Jeunesse op het festival van Cannes.

Les mômes

1999 | Komedie

België​/​​Frankrijk 1999. Komedie van Patrick Volson. Met o.a. Charles Aznavour, Marie-Joséphine Crenn, Anissa Stili, Pascale Robert en Philippe Faure.

Debuterend regisseur Finkiel die ook het scenario schreef, leerde het vak o.a. als assistent-regisseur van Krzysztof Kie[KA1]slowski. Hij heeft een drieluik gemaakt die over overlevenden van de holocaust gaat. Verwacht geen drama in de trant van SCHINDLER`S LIST van Steven Spielberg of LA VITA [KA2]E BELLA van Roberto Benigni of een documentair werk in de trant van SHOAH van Claude Lanzmann of LE CHAGRIN ET LA PITI[KA1]E van Marcel Oph[KA3]uls. Het zijn drie gebeurtenissen, die aan het einde min of meer in elkaar overvloeien. De film begint met een bus die bejaarde joodse toeristen vervoert in Polen op een soort bedevaart met als einddoel een bezoek aan het concentratiekamp Auschwitz. Voordat de bus zijn bestemming bereikt krijgt hij pech en hebben we kennis gemaakt met Rivka (Adar), een vrouw die kibbelt met haar man. Het gaat niet om huwelijksproblemen, maar het is de confrontatie met het verleden die ze moeilijk aankan. Het tweede deel speelt in Parijs, waar Regine (Rovere) opgebeld wordt door een man die uit Litauen afkomstig is en zegt dat hij haar vader is. Regine heeft altijd gedacht dat hij in een kamp om het leven gekomen was, maar na de bevrijding in 1945 is hij vast komen te zitten achter het IJzeren Gordijn, hertrouwd en na de verdwijning van het communisme eindelijk terugegaan naar Parijs. Regine beseft dat vijftig jaar een bijna onoverbrugbare verwijdering heeft veroorzaakt en twijfelt of de voor haar onbekende wel haar vader is. Ze haalt hem evenwel naar binnen. In het laatste deel, dat het sterkste is, zien we Vera (Gorintin), een bejaarde, alleenstaande joodse vrouw, die met haar buren uit Rusland naar Isra[KA3]el is ge[KA3]emigreerd, en in Tel Aviv een nicht zoekt. Die vindt zij tenslotte in een bejaardentehuis. Ze kan natuurlijk niet blijven en verdwaalt in de stad, waar vrijwel niemand jiddisch spreekt. Rivka (uit de eerste episode) ziet haar en haalt haar naar binnen om tot rust te komen. Het kenmerkende van deze film, die bezet is met een lovenswaardige rolverdeling amateurspelers, is het gevoelige drama, dat inzicht geeft in wat er moet omgaan in de hoofden van de mensen die op een of andere manier proberen vrede te sluiten met de holocaust. Het getuigt van groot psychologisch inzicht en is absoluut vrij van vals sentiment of aangezet spel. Het camerawerk is van Hans Meier die in Polen en Frankrijk draaide en Jean-Claude Larrieu die in Israël draaide. Een van de belangrijkere films over het onderwerp. Bekroond met veel prijzen, o.a. de Prix de la Jeunesse op het festival van Cannes.

Le feu sous la glace

1997 | Romantiek

Frankrijk 1997. Romantiek van Françoise Decaux-Thomelet. Met o.a. Philippine Leroy-Beaulieu, François Levantal, Rufus, Valérie Bonneton en Pierre-Olivier Mornas.

Debuterend regisseur Finkiel die ook het scenario schreef, leerde het vak o.a. als assistent-regisseur van Krzysztof Kie[KA1]slowski. Hij heeft een drieluik gemaakt die over overlevenden van de holocaust gaat. Verwacht geen drama in de trant van SCHINDLER`S LIST van Steven Spielberg of LA VITA [KA2]E BELLA van Roberto Benigni of een documentair werk in de trant van SHOAH van Claude Lanzmann of LE CHAGRIN ET LA PITI[KA1]E van Marcel Oph[KA3]uls. Het zijn drie gebeurtenissen, die aan het einde min of meer in elkaar overvloeien. De film begint met een bus die bejaarde joodse toeristen vervoert in Polen op een soort bedevaart met als einddoel een bezoek aan het concentratiekamp Auschwitz. Voordat de bus zijn bestemming bereikt krijgt hij pech en hebben we kennis gemaakt met Rivka (Adar), een vrouw die kibbelt met haar man. Het gaat niet om huwelijksproblemen, maar het is de confrontatie met het verleden die ze moeilijk aankan. Het tweede deel speelt in Parijs, waar Regine (Rovere) opgebeld wordt door een man die uit Litauen afkomstig is en zegt dat hij haar vader is. Regine heeft altijd gedacht dat hij in een kamp om het leven gekomen was, maar na de bevrijding in 1945 is hij vast komen te zitten achter het IJzeren Gordijn, hertrouwd en na de verdwijning van het communisme eindelijk terugegaan naar Parijs. Regine beseft dat vijftig jaar een bijna onoverbrugbare verwijdering heeft veroorzaakt en twijfelt of de voor haar onbekende wel haar vader is. Ze haalt hem evenwel naar binnen. In het laatste deel, dat het sterkste is, zien we Vera (Gorintin), een bejaarde, alleenstaande joodse vrouw, die met haar buren uit Rusland naar Isra[KA3]el is ge[KA3]emigreerd, en in Tel Aviv een nicht zoekt. Die vindt zij tenslotte in een bejaardentehuis. Ze kan natuurlijk niet blijven en verdwaalt in de stad, waar vrijwel niemand jiddisch spreekt. Rivka (uit de eerste episode) ziet haar en haalt haar naar binnen om tot rust te komen. Het kenmerkende van deze film, die bezet is met een lovenswaardige rolverdeling amateurspelers, is het gevoelige drama, dat inzicht geeft in wat er moet omgaan in de hoofden van de mensen die op een of andere manier proberen vrede te sluiten met de holocaust. Het getuigt van groot psychologisch inzicht en is absoluut vrij van vals sentiment of aangezet spel. Het camerawerk is van Hans Meier die in Polen en Frankrijk draaide en Jean-Claude Larrieu die in Israël draaide. Een van de belangrijkere films over het onderwerp. Bekroond met veel prijzen, o.a. de Prix de la Jeunesse op het festival van Cannes.

Der Metzger

1997 | Drama

Duitsland 1997. Drama van Samir. Met o.a. Wilfried Dziallas, Katja Studt, Brigitte Böttrich, Kazim Demir en Süleyman Galis.

Debuterend regisseur Finkiel die ook het scenario schreef, leerde het vak o.a. als assistent-regisseur van Krzysztof Kie[KA1]slowski. Hij heeft een drieluik gemaakt die over overlevenden van de holocaust gaat. Verwacht geen drama in de trant van SCHINDLER`S LIST van Steven Spielberg of LA VITA [KA2]E BELLA van Roberto Benigni of een documentair werk in de trant van SHOAH van Claude Lanzmann of LE CHAGRIN ET LA PITI[KA1]E van Marcel Oph[KA3]uls. Het zijn drie gebeurtenissen, die aan het einde min of meer in elkaar overvloeien. De film begint met een bus die bejaarde joodse toeristen vervoert in Polen op een soort bedevaart met als einddoel een bezoek aan het concentratiekamp Auschwitz. Voordat de bus zijn bestemming bereikt krijgt hij pech en hebben we kennis gemaakt met Rivka (Adar), een vrouw die kibbelt met haar man. Het gaat niet om huwelijksproblemen, maar het is de confrontatie met het verleden die ze moeilijk aankan. Het tweede deel speelt in Parijs, waar Regine (Rovere) opgebeld wordt door een man die uit Litauen afkomstig is en zegt dat hij haar vader is. Regine heeft altijd gedacht dat hij in een kamp om het leven gekomen was, maar na de bevrijding in 1945 is hij vast komen te zitten achter het IJzeren Gordijn, hertrouwd en na de verdwijning van het communisme eindelijk terugegaan naar Parijs. Regine beseft dat vijftig jaar een bijna onoverbrugbare verwijdering heeft veroorzaakt en twijfelt of de voor haar onbekende wel haar vader is. Ze haalt hem evenwel naar binnen. In het laatste deel, dat het sterkste is, zien we Vera (Gorintin), een bejaarde, alleenstaande joodse vrouw, die met haar buren uit Rusland naar Isra[KA3]el is ge[KA3]emigreerd, en in Tel Aviv een nicht zoekt. Die vindt zij tenslotte in een bejaardentehuis. Ze kan natuurlijk niet blijven en verdwaalt in de stad, waar vrijwel niemand jiddisch spreekt. Rivka (uit de eerste episode) ziet haar en haalt haar naar binnen om tot rust te komen. Het kenmerkende van deze film, die bezet is met een lovenswaardige rolverdeling amateurspelers, is het gevoelige drama, dat inzicht geeft in wat er moet omgaan in de hoofden van de mensen die op een of andere manier proberen vrede te sluiten met de holocaust. Het getuigt van groot psychologisch inzicht en is absoluut vrij van vals sentiment of aangezet spel. Het camerawerk is van Hans Meier die in Polen en Frankrijk draaide en Jean-Claude Larrieu die in Israël draaide. Een van de belangrijkere films over het onderwerp. Bekroond met veel prijzen, o.a. de Prix de la Jeunesse op het festival van Cannes.

Madame Jacques sur la Croisette

1995 | Komedie

Frankrijk 1995. Komedie van Emmanuel Finkiel. Met o.a. Shulamit Adar, Nathan Cogan, Maurice Chevit, Rywka Wajsbrot en Jacques Spiesser.

Een groepje gepensioneerden van joodse afkomst zit samen op de Croisette in Cannes. Ze praten, spelen kaart, lezen de krant, rusten. Hier ontmoet Cogan Adar. Zij praat over haar leven in Israël, hij over zijn verleden in de kampen. Maar die sombere periode in zijn leven heeft hem niet gedeprimeerd. Hij houdt van het leven en zij is weduwe. Is op hun leeftijd liefde nog mogelijk? Een poëtisch portret van oudere mensen die, ondanks alles wat ze meemaakten, toch nog in de toekomst geloven. De dialogen zitten vol typisch joodse humor waarbij ze zelfspot niet uit de weg gaan. De meestal onbekende acteurs spelen uiterst ontwapenend. Finkiel schreef het scenario. Aan de camera stond Hans Meier. Gemaakt in samenwerking met Krysztof Kieslowski.