Aldo Salvi: cast en muziek.
Er zijn 3 films gevonden.

Malamore

1982 | Drama, Romantiek

Frankrijk​/​​Italië 1982. Drama van Eriprando Visconti. Met o.a. Jimmy Briscoe, Nathalie Nell, Antonio Marsina, Remo Girone en Elizabeth Kaza.

Een welgestelde dwerg onderscheidt zich tijdens de WOI nauwelijks van verminkte oorlogsslachtoffers. Via een oplichtingskomplot tegen hem komt hij in contact met een jonge prostituée. Na een ongeval raakt ze verlamd; als medemismaakte zal ze aan zijn zijde blijven. Visconti's neiging tot kitsch en excessen vindt deze keer ideale stof in dit Cocteau-achtige sprookje vol geabstraheerde symboliek, waarin goed gespeeld wordt door de Amerikaanse stuntman Jimmy Briscoe.

L' Ebreo fascista

1980 | Drama

Italië 1980. Drama van Franco Mole. Met o.a. Ray Lovelock, Martine Brochard, Silvia Dionisio, Adalberto Rossetti en José Quaglio.

Een half-joodse bourgeois neemt uit patriottisme in 1935 deel aan Mussolini's Ethiopië-campagne, maar komt door meegemaakte wreedheden tot politiek bewustzijn. Hij geeft zijn welstand op om als journalist het fascisme te bestrijden, maar de nieuwe wetten op raskenmerken maken het werken voor de krant onmogelijk en hij pleegt zelfmoord. De roman van Luigi Petri kreeg van de toneelregisseur een nogal theatrale verfilming, waarbinnen de hoofdrollen vrij zwak geregisseerd zijn en waardoor het tragische einde emotioneel niet werkt. De tijdsreconstructie is echter vaak overtuigend.

Il Piccolo Archimede

1979 | Komedie

Italië 1979. Komedie van Gianni Amelio. Met o.a. John Steiner, Shirley Corrigan, Aldo Salvi, Laura Betti en Graziano Giusti.

Een in het Italië van 1930 wonende Britse intellectueel ontdekt bij een zeventien-jarige boerenjongen een wiskundige aanleg. Hij neemt de jongen onder zijn hoede en gaat méér voor hem voelen dan voor zijn eigen zoon, maar de protegé wordt weggekocht door een kinderloze aristocrate. Stijlvolle en intelligente filmbewerking van een verhaal van Aldous Huxley, maar wat al te zeer in mineur. De expressiviteit van de jonge titelrol en de excentrieke arrogantie van Betti als zijn adoptie-moeder trekken dat laatste in boeiend evenwicht.