Milena Dvorská

Z pekla stestí

Tsjechië 1999. Familiefilm van Zdenek Troska. Met o.a. Michaela Kuklová, Miroslav Simunek, Lukás Vaculik, Karel Liebl en Ivo Theimer.

Senso

Frankrijk​/​​Tsjechoslowakije​/​​Zwitserland 1992. Drama van Gérard Vergez. Met o.a. Chiara Caselli, Jean-Pierre Aumont, Werner Schreyer, Renée Faure en Hans Meyer.

Praag, 1871. In zijn paleis wordt Graaf Aumont getroffen door een verlamming. Zijn jonge echtgenote Caselli is ervan overtuigd dat hij niet lang meer te leven heeft en vertelt hem haar grote geheim. De gehele nacht besteedt zij om een onverkwikkelijke geschiedenis uit de doeken die zes jaar geleden plaatsvond, niet beseffend dat hij alles hoort en wenste niets te horen. Tijdens de bezetting van de Oostenrijkers van de Tsjechische hoofdstad had ze een hartstochtelijke verhouding met officier Schreyer. Een allesbehalve indrukwekkende remake van Luchino Visconti's meesterwerk, enkel gemaakt voor romantische bakvisjes die nog kunnen wegzweven op de wolken van echte liefde en onvervalste verzuchtingen. Prachtige decors en kostuums kunnen het gevoel van leegheid niet verdringen. Het scenario van Vergez en Eric Emmanuel Schmitt mag dan trouwer de klassieker van Camillo Boïto volgen dan met Visconti het geval was, maar het is zeker niet pakkender. Verveling is troef. Prachtig in beeld gebracht door Andrë Diot.

Citová výchova jednej Dáše

Tsjechoslowakije 1980. Komedie van Ján Zeman. Met o.a. Yvetta Kornová, Karol Spišák, Milena Dvorská en Peter Mato.

Een satirische komedie over een 'nouveau riche' vader die zijn best doet zijn passieve en naïeve dochter een plaatsje aan de medische faculteit te bezorgen en probeert een man voor haar te kopen. Al zijn inspanningen zijn voor niets wanneer het meisje in opstand komt, wegloopt en een baantje neemt op de kraamafdeling. Deze tweede film van de veelbelovende regisseur Ján Zeman grijpt terug op de stijl van Miloš Formans komedies maar is bij hem wat al te doorzichtig.

Odysseus und die Sterne

Tsjechoslowakije 1978. Jeugdfilm van Ludvík Ráza. Met o.a. Alois Svehlik, Jaroslava Obermaierová, Gustav Bubnik, Gabriela Hyrmanová en Jaroslav Cmiral.

We zijn in het jaar 2000. Een jongen is zo geobsedeerd door het vliegen dat hij voor zichzelf een paar vleugels heeft gemaakt. Als hij van een berg afspringt kan hij echter alleen dankzij de moderne chirurgische kennis gered worden. Zijn vader herinnert zich een avontuur dat hij beleefde in 1975, toen hij een magische steen uit de ruimte had gevonden, terwijl buitenaardse krachten zich manifesteerden. Een ontwapenend sprookje waarin op poëtische wijze een 'close encounter'- zaak voor een jeugdig publiek wordt gepresenteerd. Mooie effecten, maar het spel van de acteurs is ondermaats. Ita Hofman en Razá schreven het scenario, dat door Josef Pávek werd omgezet in soms adembenemende beelden.

Jak se budí princezny

Tsjechië​/​​Duitsland 1978. Fantasy van Václav Vorlícek. Met o.a. Vladimír Mensík, Milena Dvorská, Jirí Sovák, Marie Horáková en Jan Hrusínský.

Wanneer het koningspaar van het Rozenrijk een dochtertje krijgt is de vreugde zeer groot, maar aan het prille geluk komt al snel een eind wanneer de zus van de koningin, voorheen de troonopvolgster, voorspelt dat de kleine Rosa op haar zeventiende verjaardag zich aan een spits voorwerp zal prikken, waarna het hele slot in een diepe slaap zal vallen.

Jack se budi princezny

Tsjechoslowakije 1977. Fantasy van Václav Vorlícek. Met o.a. Jiří Sovák, Milena Dvorská, Vladimír Menšik, Frantisek Filipovsky en Marie Horáková.

Redelijk vrije bewerking van het beroemde sprookje [KL]De schone slaapster[KLE], ook bekend als [KL]Doornroosje[KLE] over een koningsdochter, waarover een boze fee de vloek uitspreekt, dat zij zich op haar zeventiende verjaardag verwonden zal aan een scherp voorwerp, waardoor het hele rijk in een diepe slaap zal vallen. Aldus geschiedt ondanks de list van haar ouders, maar dankzij de liefde van een prins wordt zij (en het rijk) wakker gekust; ze gaan trouwen en leefden daarna nog lang en gelukkig. Dit onschuldige werkje is al geschikt voor wie gaat leren lezen en schrijven. Het scenario is van Bohumila Zelenková en František Uldrich stond achter de camera.

Kapitan Korda

Tsjechoslowakije​/​​Tsjechië 1970. Familiefilm van Josef Pinkava. Met o.a. Michal Vavrusa, Vladimir Brabec, Milena Dvorská, Drahomira Hofmanová en Jirí Vala.

Pepi (Vavrusa) zit in een kindertehuis. Op een kwade dag moet hij opgenomen worden in het ziekenhuis, waar hij kapitein Korda (Brabec) leert kennen. De eenzame jongen kan goed met Korda opschieten. Als Korda naar huis terugkeert, vraagt hij Pepi hem op te zoeken als hij beter is. Als Pepi dit doet, blijkt dat mevrouw Korda (Dvorska) hem graag mag. Eigenlijk zouden ze Pepi wel willen adopteren, waardoor hij eindelijk eens een echt thuis krijgt en zijn jeugd niet ongemerkt aan zich voorbij hoeft te gaan, maar dan komt de brief van zijn echte moeder (Hofmanová) die eist dat Pepi bij haar en d'r nieuwe vriend intrekt. Eenvoudige, maar doeltreffende film over groot kinderleed en de ongemakkelijke weg naar de volwassenheid. Niet geheel vrij van alle cliché-achtige smetjes, maar zodanig gedaan dat kinderen geboeid over de problematiek zullen gaan nadenken. Het scenario is van Pinkava en Milan Simek naar een vertelling van Marie Kubatova. Het camerawerk is van Karel Kopecky.